nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING
Algemeen
De komende jaren zal het adviesstelsel van het Rijk geheel worden herzien.
In dat kader worden alle externe adviescolleges in de zin van artikel 79 van
de Grondwet op grond van het voorstel Herzieningswet adviesstelsel (Kamerstukken
II 1994/95, 24 232), dat op 1 januari 1997 in werking zal treden, opgeheven,
respectievelijk in die gevallen waarin zij tevens belast zijn met andere taken,
van hun algemene beleids- of wetgevingsadviestaak ontheven.
Het Kapittel voor de civiele orden heeft thans tot taak de Minister van
Binnenlandse Zaken desgevraagd of uit eigen beweging te adviseren over de
algemene aspecten van het beleid inzake de civiele orden, de minister die
het aangaat te adviseren over het verlenen van onderscheidingen in een der
civiele orden en de Tweede Kamer der Staten-Generaal desgevraagd te adviseren
over bij de kamer aanhangig gemaakte initiatiefvoorstellen van wet die op
de civiele orden betrekking hebben. De eerste en laatstgenoemde taak vallen
onder de adviestaak, bedoeld in artikel 79 Grondwet. In het kader van de herziening
van het adviesstelsel zullen deze taken vervallen.
Bij de totstandkoming van de rijkswet van 15 april 1994 tot wijziging
van de wet van 4 april 1892, houdende instelling van de Orde van Oranje-Nassau,
en van de wet van 29 september 1815, houdende instelling van de Orde van de
Nederlandse Leeuw, alsmede instelling van het Kapittel voor de civiele orden
(Stb. 1994, 350) is destijds gesteld dat de adviestaak van het Kapittel in
beginsel alleen bedoeld was voor het uitbrengen van een eenmalig algemeen
advies over de uitvoeringsregeling (zie Handelingen II 1993/94, blz. 239–140).
Het Kapittel heeft over deze uitvoeringsregeling geadviseerd en deze is inmiddels
in werking getreden (Stb. 1995, 264). Aan een algemene adviestaak inzake het
decoratiestelsel is noch1
voor Nederland, noch voor de Nederlandse Antillen en Aruba nog behoefte.
Het Kapittel is bij rijkswet ingesteld. Zijn algemene adviestaken dienen
derhalve ook weer bij rijkswet te vervallen. Onderhavig voorstel van rijkswet
strekt hiertoe1. De taak van het Kapittel met betrekking tot het
adviseren van de minister wie het aangaat over het verlenen van onderscheidingen
in een der civiele orden is geen adviestaak in de zin van artikel 79 van de
Grondwet. Deze taak zal het Kapittel blijven uitvoeren.
Op 1 januari 1997 dient de herziening van het nieuwe adviesstelsel te
zijn voltooid. Het ligt derhalve voor de hand dat ook de algemene adviesbevoegdheid
van het Kapittel in de zin van artikel 79 Grondwet in ieder geval met ingang
van die datum vervalt.
Voorts is van de gelegenheid gebruik gemaakt om nog enkele technische
aanpassingen aan te brengen. Zo is de benaming van Grootkruis in beide orden
vervangen door Ridder Grootkruis. Grootkruis is immers een ding. Hiermee kan
geen persoon worden aangeduid. Bij amendement is de naam van de Raad voor
de civiele orden gewijzigd in het Kapittel voor de civiele orden (Kamerstukken
II 1993/94, 20 668 (R1354), nr. 23). Daarbij is verzuimd de wijziging
ook in het vijfde lid van artikel III aan te brengen. Dit verzuim wordt thans
hersteld.
De Minister van Binnenlandse Zaken,
H. F. Dijkstal