24 557
Kansspelen

17 050
Misbruik en oneigenlijk gebruik op het gebied van belastingen, sociale zekerheid en subsidies

nr. 43
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 augustus 2004

In mijn brief van 6 april 2004 (TK 24 036 en 24 557, nr. 296) en tijdens het interpellatiedebat op 7 april 2004 over mogelijke witwaspraktijken bij Holland Casino (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2003–2004, nr. 64, blz. 4168–4177) heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over eventuele aanbevelingen van het Openbaar Ministerie met betrekking tot de wijze van registreren en administreren bij Holland Casino. Inmiddels heb ik een ambtsbericht van het Openbaar Ministerie ontvangen met een drietal aanbevelingen. Derhalve kan ik thans mijn toezegging gestand doen.

Alvorens op deze aanbevelingen in te gaan vraag ik uw aandacht voor de volgende meer algemene constateringen. Het Openbaar Ministerie constateert in zijn ambtsbericht dat er geen aanleiding is om te veronderstellen dat Holland Casino stelselmatig wordt gebruikt ten behoeve van witwaspraktijken, laat staan dat de conclusie gerechtvaardigd zou zijn dat Holland Casino zou meewerken aan criminele activiteiten.

In het jaaroverzicht 2003 dat ik op 24 juni 2004 aan uw Kamer zond (TK 17 050, nr. 266), komt het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (verder: MOT) tot dezelfde conclusie. Het MOT onderschrijft de stelling niet dat in de Amsterdamse vestiging van Holland Casino tien tot twintig miljoen euro zou kunnen worden witgewassen door gebruik te maken van depotoverboekingen naar privé-rekeningen van spelers. Depotoverboekingen boven € 10 000 moeten altijd als ongebruikelijke transacties worden gemeld. Na onderzoek heeft het MOT de afgelopen jaren gemiddeld per jaar depotoverboekingen gedaan door Holland Casino Amsterdam ter hoogte van een bedrag van € 1,4 miljoen als verdacht aangemerkt. Als hier de subjectieve meldingen op grond van verdachte omstandigheden bij worden opgeteld, dan gaat het gemiddeld om een bedrag van ongeveer € 2,25 miljoen per jaar aan verdachte transacties, voortkomend uit Holland Casino Amsterdam, die door het MOT aan de politie zijn doorgemeld.

Ondanks een relatief beperkt risico van witwassen van crimineel verkregen gelden kan de integriteit van de financiële dienstverlening door Holland Casino mogelijk op basis van de aanbevelingen van het Openbaar Ministerie verder worden verbeterd. De bestaande maatregelen beschreef ik reeds in antwoord op vragen van de leden Griffith, De Wit en Vendrik (Aanhangsel der Handelingen II, vergaderjaar 2003–2004, resp. nrs. 64, 65, en 66).

De aanbevelingen van het Openbaar Ministerie zijn als volgt:

Ten eerste geeft het Openbaar Ministerie in overweging om aan Holland Casino op te dragen de administratie op onderdelen anders in te richten.

Ten tweede geeft het Openbaar Ministerie mij in overweging de bestaande registraties van het spelverloop langer voor raadpleging beschikbaar te houden. Ten derde en meer in het algemeen beveelt het Openbaar Ministerie aan dat de betrokken toezichthouders en Holland Casino in overleg treden over eventuele (aanvullende) maatregelen.

Conform de eerste aanbeveling van het Openbaar Ministerie zal ik met de betrokken instanties, waaronder het MOT, het College van toezicht op de kansspelen, de Belastingdienst (voor de heffing en inning van rijksbelastingen), De Nederlandsche Bank, het Openbaar Ministerie en voor zover relevant het College Bescherming Persoonsgegevens, in overleg treden over eventuele wijzigingen in de administratie en registratie van Holland Casino, waardoor mogelijke witwaspraktijken verder kunnen worden voorkomen.

Enkele toezichthouders beoordelen bij de uitvoering van hun reguliere werkzaamheden regelmatig of, en zo ja op welke wijze, de administratie en registratie van in casu Holland Casino dienen te worden aangescherpt. Zo zal De Nederlandsche Bank binnenkort in overleg met Holland Casino de mogelijkheden bezien om de uitvoering van de meldingsplicht op basis van de Wet MOT beter controleerbaar te maken en effectiever uit te voeren.

Voorts wordt in de zogenoemde Werkgroep Indicatoren, onder voorzitterschap van het ministerie van Financiën, periodiek de effectiviteit van het bestaande stelsel van indicatoren voor melding van ongebruikelijke transacties door Holland Casino bekeken en worden de indicatoren waar nodig aangepast.

Conform de tweede aanbeveling van het OM, zal ik Holland Casino verzoeken de bestaande registraties van het spelverloop langer voor raadpleging beschikbaar te houden. Momenteel houdt Holland Casino voor intern gebruik zo goed als mogelijk winsten en verliezen van grote spelers op dagbasis bij. Deze registratie wordt een kwartaal bewaard. Gelet op de verwevenheid van deze gegevens met de gegevens die in het kader van de Wet MOT worden verzameld, zal voor deze gegevens eenzelfde bewaartermijn worden gehanteerd als voor MOT-gegevens, namelijk vijf jaar. De uitvoering van mijn verzoek vergt afstemming tussen Holland Casino en het College Bescherming Persoonsgegevens.

Zoals ik hiervoor al heb aangegeven zal ik, conform de derde aanbeveling van het OM, met de betrokken toezichthouders in overleg treden over eventuele aanvullend te treffen maatregelen om mogelijke witwaspraktijken bij Holland Casino te voorkomen. Dat laat onverlet dat de verschillende instanties, vanuit hun eigen verantwoordelijkheden, Holland Casino op eventueel te treffen maatregelen kunnen aanspreken. Waar nodig zal ik daarin een coördinerende rol vervullen.

Mochten er naar aanleiding van de aanbevelingen van het Openbaar Ministerie maatregelen kunnen worden getroffen, dan zal ik het bestuur van Holland Casino vragen deze in de organisatie door te voeren. Het bestuur heeft mij al eerder toegezegd daartoe bereid te zijn.

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner