Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 november 2024
Met deze brief bied ik uw Kamer de evaluatie van de Wet kansspelen op afstand (Wet
koa) aan die recentelijk is uitgevoerd in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek-
en Datacentrum (WODC).1 Het betreft het onderzoeksrapport «Drie jaar legaal online gokken» uitgevoerd door Dialogic innovatie & interactie.
Met de Wet koa is per 1 april 2021 het aanbieden van online kansspelen gereguleerd.
De markt voor kansspelen op afstand is op 1 oktober 2021 geopend. Met de Wet koa is
beoogd de bestaande en toekomstige behoefte aan online gokken te leiden naar een verantwoord,
betrouwbaar en controleerbaar aanbod. Dit aanbod zou waarborgen moeten hebben gericht
op het voorkomen van kansspelverslaving, het beschermen van consumenten en het tegengaan
van kansspelgerelateerde fraude en criminaliteit.
De evaluatie beschrijft hoe het beleid met betrekking tot kansspelen op afstand tot
stand is gekomen, toetst de beleidslogica en gaat in op de vraag in hoeverre de doelstellingen
van de Wet koa zijn behaald. Het rapport sluit af met aanbevelingen voor verbetering
van de regulering van kansspelen op afstand.
Zoals toegezegd in mijn brief van 10 oktober 2024, streef ik ernaar uw Kamer eind
dit jaar mijn beleidsreactie op de evaluatie toe te sturen. Deze evaluatie is belangrijk
en richtinggevend voor mijn voorstellen op het gebied van kansspelen op afstand. Op
basis daarvan zal ik voorstellen doen voor wijzigingen van wet- en regelgeving. Daarbij
betrek ik ook de door uw Kamer aangenomen moties. Bij deze voorstellen staat de bescherming
kwetsbare mensen tegen de negatieve effecten van kansspelen voor mij voorop.
In de brief waarin ik mijn beleidsreactie geef op de evaluatie zal ik ook een reactie
geven op de initiatiefnota van de leden Boswijk en Diederik van Dijk: Gegokt en verloren,
zoals door de vaste Kamercommissie van Justitie is verzocht.2
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, T.H.D. Struycken