24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting

Nr. 526 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 februari 2020

Uw Kamer heeft tijdens de stemmingen op 21 januari jl. diverse moties aangenomen (Handelingen II 2019/20, nr. 43, stemmingen) die zijn ingediend tijdens het VAO Armoede en Schulden op 16 januari jl. (Handelingen II 2019/20, nr. 42, VAO Armoede- en schuldenbeleid). Het lid Peters (CDA) heeft mij vervolgens verzocht om u binnen twee weken te informeren op welke wijze ik uitvoering zal geven aan de door hem ingediende moties (Kamerstuk 24 515, nr. 515). De Kamerleden Kuzu (DENK) en Van Weyenberg (D66) hebben mij ook verzocht om op de door hen ingediende moties te reageren (Kamerstuk 24 515, nrs. 508, 507, 517 en 521).

Ik hecht veel belang aan de zorgvuldige uitvoering van de door u aangenomen moties. Ik zou graag voor alle tien door u aangenomen moties willen aangeven op welke manier daaraan uitvoering zal worden gegeven. Ik vraag u daarom enkele weken tijd om dit in samenhang en in afstemming met andere betrokken departementen en partijen te kunnen doen. Ik zal u in maart nader informeren.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, T. van Ark

Naar boven