24 515 Preventie en bestrijding van stille armoede en sociale uitsluiting

Nr. 209 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 oktober 2011

Hierbij stuur ik u de verkennende studie van de Inspectie Werk en Inkomen «Dat werkt».1 Ik heb u het rapport toegezegd tijdens het Algemeen Overleg armoede en schuldhulpverlening van 13 januari jl. (kamerstuk 24 515, nr. 197).

Voorafgaand aan het feitelijke onderzoek heeft de inspectie zich aan de hand van bestaand onderzoek georiënteerd op het begrip armoede in Nederland. Uit eerder onderzoek blijkt dat werk de beste weg uit armoede is.

De studie «Dat werkt» beschrijft ervaringen van mensen die na langere tijd een uitkering te hebben gehad aan het werk zijn gekomen. De Inspectie komt tot de conclusie dat een positieve opstelling van de klant, gekoppeld aan een stimulerende benadering van een werkcoach, leidt tot de grootste kans op uitstroom uit armoede.

Deze conclusie onderstreept de visie van het kabinet dat succesvolle uitstroom uit een uitkering naar werk, begint met een positieve opstelling en de drang om aan het werk te komen van mensen zelf. Het kabinet wil mensen uitdrukkelijk op die eigen verantwoordelijkheid aanspreken als vliegwiel om andere factoren in gang te zetten die leiden naar werk, als het beste middel om armoede te bestrijden.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

P. de Krom


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven