24 498
Wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de Ambtenarenwet in verband met het verbod tot het maken van onderscheid tussen werknemers naar arbeidsduur

nr. 10
GEWIJZIGDE AMENDEMENTEN VAN HET LID BAKKER TER VERVANGING VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 7

Ontvangen 19 maart 1996

De ondergetekende stelt de volgende amendementen voor:

I

In de beweegredenen wordt «en daartoe het Burgerlijk Wetboek en de Ambtenarenwet te wijzigen» vervangen door: en mede daartoe het Burgerlijk Wetboek en de Ambtenarenwet te wijzigen.

II

Na artikel II wordt een nieuw artikel ingevoegd luidende:

ARTIKEL III

1. Het maken van onderscheid op grond van een verschil in arbeidsduur is verboden bij de voorwaarden waaronder een arbeidsovereenkomst wordt aangegaan, voortgezet dan wel beëindigd, en bij de voorwaarden waaronder een aanstelling wordt verleend, verlengd dan wel beëindigd, tenzij een dergelijk onderscheid objectief is gerechtvaardigd.

2. Een beding in strijd met het eerste lid is nietig.

3. De Commissie gelijke behandeling, genoemd in artikel 11 van de Algemene wet gelijke behandeling, kan onderzoeken of een onderscheid is of wordt gemaakt als bedoeld in het eerste lid. De artikelen 12, 13, 14, 15, 20, tweede lid, en 33 van de Algemene wet gelijke behandeling zijn van overeenkomstige toepassing.

Toelichting

Deze amendementen strekken ertoe om het verschil in werkingssfeer op te heffen tussen het onderhavige wetsvoorstel, dat uitsluitend ziet op de relatie werkgever-werknemer, c.q. ambtenaar-bevoegd gezag, en artikel 5 van de Algemene wet gelijke behandeling (AWGB), dat indirect onderscheid op grond van (onder meer) geslacht verbiedt en van toepassing is op alle partijen die de arbeidsvoorwaarden (mede) bepalen. Door middel van deze formulering wordt zowel een dubbele rechtsgang als het toepassen van uit twee verschillende wetten (de onderhavige en de AWGB) voortvloeiende toetsingskaders op een zelfde handeling of bepaling voorkomen.

Bakker

Naar boven