24 450
Vaststelling van een nieuwe Arbeidsvoorzieningswet (Arbeidsvoorzieningswet 1996)

nr. 12
AMENDEMENTEN VAN HET LID VLIEGENTHART C.S.

Ontvangen 7 juni 1996

De ondergetekenden stellen de volgende amendementen voor:

I

Het eerste, tweede en derde lid van artikel 30 worden vervangen door vijf nieuwe leden, luidende:

1. Het Regionaal Bestuur bestaat uit:

a. hetzij tien leden, onder wie een voorzitter, indien dit bestuur ervoor kiest de voorzitter uit zijn midden te kiezen,

b. hetzij tien leden en een voorzitter, indien dit bestuur ervoor kiest de voorzitter niet uit zijn midden te kiezen.

2. De voorzitter wordt in het geval bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, door het Regionaal Bestuur uit zijn midden gekozen, en in het geval bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, door het Regionaal Bestuur, niet uit zijn midden, voor benoeming aan het Centraal Bestuur voorgedragen.

3. Het Regionaal Bestuur kiest uit zijn midden een eerste en een tweede plaatsvervangend voorzitter.

4. De leden en, in het geval bedoeld in het eerste lid, onderdeel b, de voorzitter, worden benoemd door het Centraal Bestuur.

5. Het Regionaal Bestuur bepaalt, met inachtneming van artikel 31, de zittingsperiode van de voorzitter.

II

In artikel 31 wordt vóór «de leden» ingevoegd: de voorzitter en.

III

In artikel 32 wordt vóór «zijn leden» ingevoegd: zijn voorzitter en.

IV

In artikel 33 wordt «De leden» vervangen door: De voorzitter en de leden.

Toelichting

Door wijziging van artikel 30 is de mogelijkheid gecreëerd om RBA's de keuze te laten tussen een voorzitter, gekozen uit de leden, en een voorzitter «van buiten» (te benoemen op voordracht van het RBA). Daaraan is gekoppeld de mogelijkheid om de zittingsduur van de externe voorzitter zelf te bepalen (mits binnen de zittingstermijn van 4 jaar van het gehele bestuur). Deze beide opties hebben ook gevolgen voor de redactie van de artikelen 31 t/m 33. De toevoeging aan deze artikelen van het woord «voorzitter» is alleen nodig met het oog op de benoemde voorzitter; de gekozen voorzitter valt immers al onder «de leden» als bedoeld in deze artikelen.

De plaatsvervangende voorzitters dienen zoals ook in de huidige situatie gebruikelijk is leden van het Regionaal Bestuur te zijn. Dit geldt ook voor de plaatsvervangers van de benoemde voorzitter. Het optreden van een lid van het RBA als plaatsvervanger voor de externe voorzitter moet worden beperkt tot een technisch voorzitterschap (het leiden van de vergadering), zodat de betrokkene overigens als volwaardig lid van het bestuur aan de vergadering kan blijven deelnemen, dit met inbegrip van het uitoefenen van zijn stemrecht.

Het kan, ongeacht de keuze voor de soort voorzitter, aan het Regionaal Bestuur worden overgelaten de zittingsduur van de voorzitter te bepalen, mits deze blijft binnen de termijn van 4 jaar bedoeld voor het hele bestuur.

Vliegenthart

Bakker

Essers