24 446 Ruimtevaartbeleid

Nr. 69 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 oktober 2019

Hierbij informeer ik uw Kamer, conform mijn toezegging aan het lid Bromet (GroenLinks) tijdens het AO Ruimtevaart op 5 september jl. (Kamerstuk 24 446, nr. 66), over de successen van de werkgroep ruimtemijnbouw.

De in 2015 ingestelde The Hague International Space Resources Governance Working Group zal, naar verwachting, haar werkzaamheden in november van dit jaar afronden met de aanvaarding van bouwstenen (Building Blocks) voor de regulering van mijnbouw in de ruimte. Informatie over de samenstelling en werkzaamheden van de werkgroep, met inbegrip van een ontwerptekst van de bouwstenen, is openbaar en te vinden op de website van de werkgroep.1 Aan de werkgroep neemt een vertegenwoordiger van het Ministerie van Buitenlandse Zaken als waarnemer deel. Op de Nederlandse appreciatie van deze (tussen)resultaten kan ik, omdat het proces zich nog in de afrondende fase bevindt en Nederland daarbij de rol heeft van onafhankelijk voorzitter, niet vooruitlopen.

Verder zal de werkgroep naar verwachting de leden aanbevelen de bouwstenen onder de aandacht te brengen van relevante internationale fora. Nederland is voornemens de bouwstenen in de loop van volgend jaar onder de aandacht te brengen van (a) het Comité van de Verenigde Naties inzake het vreedzaam gebruik van de ruimte, waarvan Nederland lid is, en (b) de aangesloten partijen bij de op 5 december 1979 tot stand gekomen Overeenkomst ter regeling van de activiteiten van Staten op de maan en andere hemellichamen, waarbij Nederland partij is.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

Naar boven