24 439
Wijziging van het Burgerlijk Wetboek, de Ziektewet en enkele andere wetten in verband met loondoorbetaling door de werkgever bij ziekte van de werknemer (Wet uitbreiding loondoorbetalingsplicht bij ziekte)

nr. 23
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 22 mei 1996

Hierbij informeer ik u omtrent de voortgang van mijn toezegging tijdens de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel Wulbz om de mogelijkheid nader te bezien voor bedrijven om eigen risicodrager te worden voor de vangnetvoorziening van de Ziektewet.

Aanleiding van deze toezegging was een verzoek van enkele uitzendondernemingen.

Alvorens kan worden besloten tot het treffen van een regeling van eigen risicodragerschap, is een antwoord nodig op de volgende twee vragen:

1. leidt het uittreden van grote bedrijven uit een bepaalde sector tot draagvlakproblemen voor de overblijvende bedrijven, en

2. is het juridisch mogelijk de werkgever een betalingsplicht bij ziekte op te leggen, wanneer er geen arbeidsovereenkomst meer bestaat?

Het antwoord op de eerste vraag luidt dat het, vanwege het ontbreken van informatie, op korte termijn niet valt na te gaan in hoeverre het uittreden van grote bedrijven tot draagvlakproblemen voor de overblijvende bedrijven kan leiden. Eigen risicodragen voor het vangnet in de Ziektewet kan vèrstrekkende kwantitatieve gevolgen hebben, omdat deze faciliteit niet beperkt kan worden tot alleen het uitzendwezen. Er is namelijk geen reden waarom andere bedrijven daarvoor niet in aanmerking zouden komen. Daarom moet de mogelijkheid onder ogen worden gezien dat ook door bedrijven in andere sectoren bijvoorbeeld de horeca en de bouw zal worden geopteerd voor het eigen risicodragen onder Wulbz. Hoewel ik in beginsel open sta tegenover de mogelijkheid van het eigen risicodragen onder Wulbz, heb ik derhalve moeten besluiten om de beslissing hierover maximaal een jaar uit te stellen. In deze uitstelperiode kan op basis van ervaringscijfers specifiek door de bedrijfsverenigingen worden nagegaan tot welke premiemutaties deze vangnetvoorziening aanleiding geeft. Het Tica zal gevraagd worden vanaf nu relevante informatie te registreren.

Hoewel nu minder van belang, kan de tweede vraag bevestigend worden beantwoord. De Organisatiewet Sociale Verzekering zal moeten worden ingericht zoals vóór de inwerkingtreding van Wulbz: de werkgever krijgt de mogelijkheid het risico van de ziekteverzekering zelf te dragen. De werkgever wordt als het ware zelf bedrijfsvereniging.

Hij zal loon moeten verstrekken in (een deel van) de situaties waarin de bedrijfsvereniging na Wulbz nog ziekengeld verstrekt. Dat vereist een nadere afweging in welke situaties de werkgever het eigen risicodragen kan en in welke niet. Ik ben van mening dat indien een werkgever kiest voor eigen risicodragen dit, net als in het verleden gebruikelijk was, in principe alle risico's van de Ziektewet moet omvatten, dus ook voor personen die geen arbeidsovereenkomst meer hebben, en gevallen van nawerking. Het vraagt nog een nadere afweging of uitkeringen zoals bij ziekte van de werkloze, orgaandonatie, zwangerschap en bevalling, herintredende arbeidsongeschikten en de vrijwillig verzekerde van het eigen risico moeten worden uitgesloten.

Alvorens tot een definitieve standpuntbepaling hierover te komen, wil ik echter eerst de resultaten van het onderzoek naar de draagvlakproblema- tiek afwachten.

Ik vertrouw u hiermee voldoende te hebben ingelicht.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

R. L. O. Linschoten

Naar boven