24 400 X
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 1996

nr. 107
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 24 mei 1996

Mede namens mijn ambtgenoot van Buitenlandse Zaken voldoe ik gaarne aan Uw verzoek inlichtingen te verschaffen naar aanleiding van tijdens de Regeling van werkzaamheden op 22 mei jl.1 door de leden Marijnissen, Dijksma, Oedayra Singh Varma, Van Ardenne-van der Hoeven en Hoekema gestelde vragen inzake samenwerking met Indonesië.

De chef Defensiestaf (CDS), generaal H.G.B. van den Breemen, heeft van 6 tot 12 mei jl. een tegenbezoek gebracht aan zijn Indonesische collega, generaal Feisal Tanjung, die begin 1995 Nederland heeft bezocht; tevens werd hij ontvangen door de Indonesische minister van Defensie. De CDS bracht daarnaast een bezoek aan enkele onderdelen van de Indonesische strijdkrachten.

Het bezoek van de CDS past in het regeringsbeleid om de lopende contacten en samenwerking met Indonesië op uiteenlopende gebieden te bestendigen. Over het bezoek is tevoren overlegd met het ministerie van Buitenlandse Zaken.

In de afgelopen decennia bleven de militaire contacten met Indonesië beperkt tot incidentele bezoeken, enkele leveranties en deelname door Indonesische militairen aan opleidingen in de Nederlandse krijgsmacht. Indonesië behoort niet tot de landen waarmee Nederland op militair gebied intensief samenwerkt. Het ligt niet in het voornemen hierin verandering te brengen. Wel wordt getracht de thans bestaande bescheiden contacten op een niveau te brengen dat gangbaar is in de militaire contacten met vele andere landen. Het bezoek van de CDS moet tegen deze achtergrond worden gezien.

De CDS heeft in Indonesië gesproken over samenwerking op het gebied van militaire opleidingen en over contacten tussen Nederland en Indonesië in verband met de eerdere leverantie van de voormalige Van Speijk-fregatten. Ook heeft de CDS met zijn Indonesische collega gesproken over de uitwisseling van ervaringen op het gebied van de inzet van eenheden voor vredesoperaties. De gesprekken over genoemde onderwerpen hadden een oriënterend karakter; er zijn geen concrete afspraken gemaakt. Er is tijdens het bezoek van de CDS niet gesproken over mogelijke leveranties aan Indonesië van militair materieel.

De Indonesische regering heeft enige tijd geleden de staatssecretaris van Defensie uitgenodigd met een delegatie deel te nemen aan de «Indonesia Air Show» die op 22 juni te Jakarta begint. De staatssecretaris heeft deze uitnodiging aanvaard. Naar aanleiding van deze uitnodiging heeft het ministerie van Economische Zaken een aantal bedrijven gevraagd aan deze luchtvaartmanifestatie deel te nemen, voor het merendeel behorend tot de sector van de civiele luchtvaarttechnologie. Om het belang dat de Nederlandse overheid hecht aan deze deelname te onderstrepen, heeft de staatssecretaris besloten dat een KDC-10 tankervliegtuig en twee F-16 toestellen van de Koninklijke luchtmacht op de luchtvaartshow aanwezig zullen zijn. Overigens zijn er op dit moment geen concrete voornemens voor de afstoting van overtollig defensiematerieel aan Indonesië.

Zoals bekend wordt de bezorgdheid van de regering over de mensenrechtensituatie in Indonesië en in het bijzonder op Oost-Timor en Irian Jaya in de daartoe bestemde politieke gremia op de passende politieke niveaus ter sprake gebracht. Naast deze bilaterale gesprekken over mensenrechten geeft ook de Europese Unie regelmatig blijk van haar bezorgdheid inzake de mensenrechtensituatie in Indonesië.

De Minister van Defensie,

J. J. C. Voorhoeve


XNoot
1

Zie Handelingen II nr. 30, vergaderjaar 1995–1996.

Naar boven