24 337
Herijking van het buitenlands beleid

nr. 24
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juli 2000

Naar aanleiding van de brief van de griffier van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van uw Kamer dd. 29 juni jl., (zie bijlage), deel ik u, mede namens de minister voor Ontwikkelingssamenwerking, het volgende mede.

In mijn brief van 21 april 1999 (Tweede Kamer, vergaderjaar 1998–1999, 24 337, nr. 22) informeerde ik u, mede namens de minister voor Ontwikkelingssamenwerking, over de concrete uitwerking van de herijking, de efficiency-operatie en de reorganisatie op het departement van Buitenlandse Zaken. Sindsdien zijn in het kader van de herijking, ontschotting en integratie o.a. de volgende samenvoegingen van diensten gerealiseerd:

– De voorlichtingsdiensten van OS en BZ tot één Directie Voorlichting en Communicatie (DVL).

– Het bureau van de Plaatsvervangend Secretaris-Generaal en de Stafeenheid Strategische Beleidsoriëntatie tot één Bureau Secretaris-Generaal (BSG).

– De Directie Verenigde Naties en de Directie Multilaterale Ontwikkelingsfinanciering en Macro-economische aangelegenheden tot één directie Verenigde Naties en Financiële instellingen (DVF).

– De Directie Crisisbeheersing en Humanitaire Hulp en de Directie Mensenrechten, goed bestuur en democratisering tot één directie Mensenrechten en Vredesopbouw (DMV).

– De omvorming van de personeelsdienst van Buitenlandse Zaken tot een Hoofddirectie Personeel & Organisatie (HDPO), in verband met de vernieuwing van het personeelsbeleid.

Uiteraard zullen de minister voor Ontwikkelingssamenwerking en ik in de memorie van toelichting op de begroting van Buitenlandse Zaken voor 2001 verdere mededelingen doen over de voortgang van het proces van herijking en reorganisatie.

Dit proces is in volle gang en nadert zijn voltooiïng. Ik heb kennis genomen van de opvattingen van de heer Richelle, die hij op 5 juni jl. in een memorandum aan zijn opvolger heeft neergelegd. Ik laat dit memorandum voor zijn rekening.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. van Aartsen

Aan de Minister van Buitenlandse Zaken

Den Haag, 29 juni 2000

Namens de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken verzoek ik u om nadere inlichtingen aangaande het memorandum van de heer Richelle over de herijking van het beleid, de reorganisatie in uw ministerie, het SG/Dg-beraad en de operatie voor een betere efficiency van het ambtelijk apparaat. De commissie zou het op prijs stellen te worden geïnformeerd over de voortgang van de reorganisatie.

De griffier van de commissie,

Hommes