24 257
Wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van enige andere wetten in verband met reorganisatie van de raden voor de kinderbescherming

nr. 8
TWEEDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 17 januari 1996

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

In onderdeel B van artikel I vervalt in het vijfde lid van artikel 239: , anders dan rechtstreeks betrekking hebbend op de uitvoering van een alternatieve sanctie,.

Toelichting

Het vijfde lid van artikel 239 vormt de wettelijke basis voor de algemene maatregel van bestuur inzake de klachtenbehandeling. Vooralsnog was bepaald dat de klachtbehandeling niet zou zien op aangelegenheden inzake taakstraffen, in afwachting van een nadere standpuntbepaling over een algemene rechtspositieregeling taakgestraften. De Overleg en adviescommissie alternatieve sancties (OCAS) had in haar advies over een regeling voor een rechtspositie taakstraffen aanbevolen dat een aparte klachtenregeling taakstraffen voor minder- en meerderjarigen zou worden ingevoerd, omdat de bestaande klachtenregeling van de raden voor de kinderbescherming (en van de reclassering) niet geschikt zou zijn, gelet op het spoedeisende karakter van de klachten in het kader van de taakstraffen. Deze aanbeveling van OCAS wordt niet overgenomen. Het is niet gewenst om nog weer een aparte regeling voor klachtbehandeling met aparte klachtcommissies in het leven te roepen. Klachten over de bejegening van de coördinator taakstraffen kunnen, voor zover zij niet hebben geleid tot voortijdige beëindiging van de taakstraf, worden gedaan in het kader van de bestaande klachtenregelingen. In het algemeen hebben deze klachten niet een zo spoedeisend karakter dat zij niet binnen het kader van de bestaande klachtenbehandelingsprocedure kunnen worden afgedaan.

De Staatssecretaris van Justitie,

E. M. A. Schmitz