24 250
Wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag in verband met de invoering van een regulerende energiebelasting

nr. 33
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 mei 1996

Mede namens de minister van Economische Zaken en de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer deel ik het volgende mede.

Bij de behandeling in de Tweede Kamer van het voorstel van wet tot wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag in verband met de invoering van een regulerende energiebelasting is een amendement aanvaard (Kamerstukken II 1995/96, 24 250, nr. 13), waarmee wordt beoogd te komen tot een bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen teruggaafregeling van energiebelasting aan «verbruikers die in het kader van met Onze Ministers gemaakte afspraken verplichtingen op zich hebben genomen ter verbetering van de energie-efficiency.» Het amendement is in de Wet belastingen op milieugrondslag verwerkt als artikel 36q.

Ingevolge een met vorenbedoeld amendement samenhangende motie (Kamerstukken II 1995/96, 24 250, nr. 30) dient het kabinet vóór 1 mei 1996 «voorstellen te doen om verbruikers die individueel dan wel gemeenschappelijk toetsbare meerjarenafspraken met de overheid over een meer doelmatig energiegebruik hebben gemaakt c.q. maken geheel of gedeeltelijk vrij te stellen van de regulerende energiebelasting.» Tijdens de mondelinge behandeling van vorengenoemd wetsvoorstel is overeengekomen dat de motie zo dient te worden uitgelegd dat nog geen panklare voorstellen worden voorgelegd, maar dat het kabinet de hoofdlijnen van een teruggaafregeling zal schetsen (Handelingen II, 11 oktober 1995, blz. 11–742).

Met het oog op de uitwerking van de teruggaafregeling is een interdepartementale werkgroep gevormd. Hoewel de werkgroep begin januari met voortvarendheid aan de slag is gegaan, is de aard van de materie dermate complex gebleken, dat het helaas niet mogelijk is thans reeds vorenbedoelde schets te geven. Wij streven ernaar u zo spoedig mogelijk nader te informeren.

De Staatssecretaris van Financiën,

W. A. F. G. Vermeend