24 245
Bepalingen met betrekking tot de militaire dienstplicht alsmede wijziging van enige wetten en overgangsrecht (Kaderwet dienstplicht)

nr. 9
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DEN DOEL

Ontvangen 2 april 1996

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel 38, tweede lid, wordt vervangen door:

2. Een krachtens het eerste lid vastgesteld besluit wordt aan de beide kamers der Staten-Generaal overgelegd. Het besluit treedt niet in werking dan nadat twee weken na de overlegging zijn verstreken. Indien een van de kamers daartegen overwegende bezwaren te kennen heeft gegeven, wordt het besluit ingetrokken. De tweede en de derde volzin zijn niet van toepassing indien door de beide kamers te kennen is gegeven dat het koninklijk besluit op een eerder tijdstip in werking kan treden.

Toelichting

Er is geen reden om de opschorting en beëindiging van de opschorting op verschillende wijze te behandelen. Aan beide besluiten dient minstens evenveel gewicht te worden toegekend.

De procedure zoals vermeld in artikel 37 is zorgvuldig en kan ook dienen voor de beëindiging van de opschorting.

Wanneer de regering voorstelt om de opschorting van de opkomstplicht te beëindigen zullen hiervoor zwaarwegende argumenten zijn. Zo kan worden gedacht aan een aanzienlijke verslechtering van de internationale veiligheidssituatie. Korte, duidelijke en slagvaardige besluitvorming is dan van belang.

Van den Doel

Naar boven