nr. 45A
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN RIJPSTRA EN VERHAGEN TER
VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 22
Ontvangen 5 november 1996
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Na artikel XXII wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL XXIIA
De Wet gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens wordt als volgt
gewijzigd:
A
Artikel 26, eerste lid, komt te luiden:
1. Op grond van zijn aangifte van verblijf en adres wordt degene die niet
in een basisadministratie is ingeschreven, naar redelijke verwachting gedurende
een half jaar ten minste twee derden van de tijd in Nederland verblijf zal
houden en:
a. de Nederlandse nationaliteit bezit,
b. op grond van een wettelijke bepaling als Nederlander wordt behandeld,
of
c. vreemdeling is en rechtmatig verblijf geniet als bedoeld in artikel
1b van de Vreemdelingenwet, ingeschreven in de basisadministratie van de gemeente
waar hij zijn adres heeft.
B
Artikel 65, zevende lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel b komt «of» te vervallen.
2. In onderdeel d wordt de punt vervangen door: , of.
3. Toegevoegd wordt een nieuw onderdeel d, dat luidt:
d. de betrokkene een vreemdeling is die niet is ingeschreven in een basisadministratie
en geen rechtmatig verblijf geniet als bedoeld in artikel 1b van de Vreemdelingenwet.
Toelichting
Het amendement strekt ertoe iemand die niet rechtmatig in Nederland verblijft
niet in de GBA op te nemen. Het wetsvoorstel heeft namelijk tot doel vreemdelingen
die hier onrechtmatig verblijven uit te sluiten van aanspraken op verstrekkingen,
voorzieningen en uitkeringen. Daarmee is niet in overeenstemming, dat iemand
die hier niet rechtmatig verblijft, wel in de GBA wordt ingeschreven. Dan
wordt de schijn van legaliteit gecreëerd, terwijl er geen sprake is van
rechtmatig verblijf.
De wijzigingen ten opzichte van amendement nr. 22 zijn technisch van aard.
Aan diegenen die op grond van artikel 26, eerste lid in de GBA worden ingeschreven
wordt toegevoegd de categorie vreemdelingen die op grond van bijzondere wetgeving
als Nederlander wordt behandeld. In casu gaat het om de Wet betreffende de
positie van Molukkers, de zogenaamde faciliteitenwet (Stb. 1976, 468).
Voorts is aan het amendement toegevoegd een wijziging van artikel 65 van
de wet GBA, betreffende de verplichting om aangifte te doen van het woonadres.
Deze eis kan vervallen voor diegenen die op grond van het gewijzigde artikel
26, eerste lid, niet meer worden ingeschreven.
Rijpstra
Verhagen