24 077 Drugbeleid

Nr. 547 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juli 2024

Zoals toegezegd in de stand van zakenbrief moties en toezeggingen zomerreces 20231, informeer ik uw Kamer met deze brief over de mogelijkheden voor het in kaart brengen van de effecten van het testen van drugs op preventie van gezondheidsrisico’s, en van de mogelijke gezondheidswinst op het gebied van preventie door de capaciteit van het Drugs Informatie en Monitoring Systeem (DIMS) te vergroten.

Het primaire doel van het DIMS is het monitoren van de Nederlandse (gebruikers) markt van illegale drugs en het afgeven van gerichte waarschuwingen wanneer daar aanleiding voor is. Via een netwerk van 32 testlocaties, verspreid over het land, kunnen gebruikers hun drugs laten testen. De informatie die uit deze tests voortkomt wordt verzameld in het DIMS. Omdat de testservices bij instellingen voor verslavingszorg zijn ondergebracht, biedt dit tevens mogelijkheden tot een preventiegesprek met de gebruiker, een belangrijk aspect van de werkwijze van het DIMS-netwerk.

Dat het DIMS een essentiële signalerings- dan wel waarschuwingsfunctie heeft, blijkt uit een onderzoek uitgevoerd in 2017 met betrekking tot het bereik van de waarschuwing rondom de grote risico’s van het gebruik van 4-FA. In september 2016 is naar aanleiding van enkele ernstige incidenten, waarvan twee fataal, via een publiekswaarschuwing gecommuniceerd over de risico’s van 4-FA gebruik. Van de gebruikers die de waarschuwing hadden vernomen (93%) heeft 60% het gebruik aangepast vanwege de waarschuwing: 30% was helemaal gestopt en de overige 30% paste op een andere manier het gebruik aan, zoals het eerst laten testen van de 4-FA. Minder gebruik draagt bij aan gezondheidswinst.

Niet voor niets constateert ook de Staatscommissie MDMA dat het DIMS-netwerk ervoor zorgt dat de ecstasymarkt in Nederland goed gemonitord wordt. Het biedt de mogelijkheid om gericht te waarschuwen voor drugs die extra risicovol blijken en het biedt een contactmoment met gebruikers waarin schadebeperkende informatie kan worden gegeven.

Het laten testen van drugs wordt in steeds meer landen beschikbaar. Op dit moment is het beschikbaar in 11 EU-landen, Zwitserland, het Verenigd Koninkrijk en een aantal andere landen buiten de EU. Het Europees Waarnemingscentrum voor Drugs en Drugsverslaving (EMCDDA) geeft terecht aan dat services voor het testen van drugs steeds relevanter worden als onderdeel van een gezondheidsbenadering gericht op het beperken van gezondheidsschade. Het EMCDDA geeft daarnaast echter aan dat ten aanzien van de effectiviteit van de preventieboodschap meer onderzoek zou moeten worden gedaan, aangezien empirisch bewijs voor de impact op risicogedrag op dit moment nog beperkt is. Dit is vooral van belang gezien de toename van steeds sterkere en meer diverse stoffen op de Europese drugsmarkt, zoals sterke synthetische opioïden.

Het Trimbos heeft conform de toezegging van de toenmalige Minister van VWS een voorstel gemaakt voor een onderzoek naar de effecten van DIMS op preventie van gezondheidsrisico’s en de mogelijke gezondheidswinst door de capaciteit van het DIMS te vergroten. Een dergelijk onderzoek kan bijdragen aan het vergroten van onze kennis en het beter voorbereid zijn op veranderingen in de drugsmarkt en de gevaren die dat met zich meebrengt voor gebruikers.

Hieronder treft u een uiteenzetting van een voorstel dat DIMS hiertoe heeft gemaakt. Ik zal het onderzoek naar de effecten van uitbreiding van het DIMS in gang zetten. Besluitvorming over het op basis van dit onderzoek eventueel verder vergroten van de capaciteit van het DIMS is aan een volgend kabinet.

Voorstel onderzoek effecten DIMS

Een onderzoek naar de effecten van de uitbreiding van DIMS zou in kaart moeten brengen wat het huidige bereik is wat betreft het aantal bezoekers en aantal mensen dat de preventieboodschap ontvangt. Naast het bereik zou de impact van de preventieboodschap op het gedrag van degene die deze boodschap ontvangt onderzocht moeten worden.

Deelonderzoek naar het bereik en de impact van de preventieboodschap

Het voorstel is om naast gebruikers van verschillende drugs die naar de testservice komen, juist ook gebruikers die (nog) niet naar de testservice komen te benaderen, om meer inzicht te krijgen in motieven voor het wel of niet laten testen en welke belemmerende factoren meespelen. Vervolgens is het van belang zicht te krijgen op daadwerkelijke gedrag van bezoekers van een testservice nadat zij de testuitslag en de daarbij behorende preventieboodschap hebben ontvangen. Er kan worden voortgebouwd op eerdere onderzoeken die uitgevoerd zijn onder uitgaanders die een drug checking service op festivals hebben bezocht. Een dergelijk onderzoek laat namelijk niet alleen zien hoe ver de preventieboodschap reikt die gekoppeld is aan het bezoek aan de testservice, maar ook wat er uiteindelijk mee gedaan wordt. Informatie over het aanpassen van het drugsgebruik (minder of niet gebruiken) op basis van de testuitslag en de daaraan gekoppelde preventieboodschap verschaft meer inzage in de mogelijke gezondheidswinst die er wordt behaald met het DIMS.

Op dit moment loopt er in Frankrijk een evaluatieonderzoek naar de effectiviteit van drug checking interventions, gericht op het vergroten van kennis en het verminderen van gezondheidsrisico’s.2 Een dergelijk onderzoek zal ook in

Nederland en later in breed Europees verband moeten worden opgepakt in samenwerking met het Trans European Drug Information (TEDI) netwerk. Ik zal dit onderzoek in gang zetten.

Deelonderzoek naar hoe meer kwetsbare doelgroepen bereiken

Eerder heeft het DIMS bij zijn netwerk opgehaald welke kwetsbare groepen er zijn voor wie het bezoeken van een testservice in de huidige vorm een te grote barrière vormt en met welke professionals verbonden aan het netwerk zij in contact staan. Op basis van deze inventarisatie is er vanuit het DIMS dit jaar een pilot gestart. Voor deze pilot is gekozen om via intermediairs (met name veldwerkers en andere outreachwerkers verbonden aan instellingen voor verslavingszorg die in het bezit zijn van een Opiumontheffing) na een training in het veld drugsmonsters op te halen bij met name gemarginaliseerde gebruikersgroepen en deze via het DIMS te analyseren op samenstelling. Voor de monitor is de verwachting dat dit met name meer inzicht zal geven in trends over drugs die nu minder worden ingeleverd bij het DIMS zoals basecoke, heroïne, methamfetamine en bepaalde Nieuwe Psychoactieve Stoffen (NPS). Vanuit het oogpunt van preventie zal dit waarschijnlijk zorgen voor snellere signalering van ontwikkelingen binnen deze groepen. Ook kan het de communicatie verbeteren over specifieke ontwikkelingen op de markt (zoals versnijdingen of vervuilingen) richting een groep waarmee nu nog weinig direct contact is. Dit contact is er nu voornamelijk op het moment dat deze groepen gebruik maken van de beschikbare harm reduction voorzieningen. Daarnaast is de verwachting dat het meer mogelijkheden geeft tot direct waarschuwen voor extra verontrustende stoffen indien die in omloop zijn. Indien hier sprake van is, wordt hiermee gezondheidsschade voorkomen.

Ook dit deelonderzoek is reeds in gang gezet.

Vergroten capaciteit van het DIMS

Indien uit beide deelonderzoeken zou blijken dat sprake is van een positief effect op preventie, dan zou een volgend kabinet kunnen besluiten tot het ophogen van de capaciteit van het DIMS. Een verdubbeling van deze capaciteit zou om een aanvullende subsidie van ruim 600.000 euro per jaar vragen bovenop de huidige subsidie van het DIMS-bureau. Hiervoor zijn geen middelen beschikbaar op de begroting van het Ministerie van VWS. Naast een extra investering vanuit het Ministerie van VWS zou sprake moeten zijn van een evenredige investering vanuit reeds deelnemende en aanvullende gemeentes, zodat er ook een verdubbeling is qua spreekuren en bezetting uitslagenlijnen en daarbij behorende preventiemedewerkers.

De Minister voor Medische Zorg, P.A. Dijkstra


X Noot
1

Kamerstukken II 2022–2023, 36 200 XVI, nr. 236. Toezeggingsnummer 202304099.

Naar boven