24 077 Drugbeleid

Nr. 412 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 april 2018

In 2016 heeft de toenmalige Staatssecretaris van VWS tijdens het AO drugs/verslavingszorg (Kamerstuk 24 077, nr. 364) toegezegd om te laten weten wat de beweegredenen van jongeren zijn om drugs te gebruiken. Met deze brief doe ik die toezegging gestand. Ook ga ik kort in op de toezegging die mijn collega – de Minister voor Medische Zorg en Sport – tijdens het AO coffeeshopbeleid van 20 december 2017 (Kamerstuk 24 077, nr. 407) heeft gedaan dat hij u in het voorjaar zou laten weten of er onderzoek is gedaan naar de schadelijkheid van het roken van cannabis (en dat als dat onderzoek er niet is, hij onderzoek zou laten verrichten).

Persona onderzoek

Eind 2015 heeft de toenmalige Staatssecretaris van VWS de Beleidsvisie drugspreventie naar uw Kamer gestuurd (Kamerstuk 24 077, nr. 357). Deze is begin 2016 met uw Kamer besproken (Kamerstuk 24 077, nr. 364). Eén van de voornemens uit de visie betrof meer maatwerk in voorlichting. Toegezegd is dat u op de hoogte zou worden gehouden van de voortgang van de diverse voornemens.

Op verzoek van mijn voorganger is het Trimbos-instituut in 2016 met communicatie-experts van de Hogeschool Utrecht en Universiteit van Amsterdam het zogenaamde persona onderzoek gestart. Het doel van deze langdurige studie is om verschillende subgroepen gebruikers en niet-gebruikers van middelen te identificeren op basis van variabelen als motivatie, leefstijl, sociale omgeving of ervaring. Specifiek binnen de groep jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 25 jaar. Deze subgroepen vormen de basis voor de ontwikkeling van persona’s. Persona’s zijn niet-bestaande, fictionele karakters die symbool staan voor de verschillende gebruikerstypen van (in dit geval) middelen; één specifieke, niet-bestaande vertegenwoordiger van de subgroep waarvan de doelen en gedragspatronen duidelijk omschreven worden. Gebruik van persona’s helpt om de doelgroep beter te begrijpen, beter in te spelen op hun specifieke behoeften en effectiever met hen te communiceren. In 2017 is fase I van het onderzoek afgerond. Fase I omvatte literatuuronderzoek en interviews om te komen tot bovengenoemde persona’s.

Binnen deze fase is onder andere onderzoek gedaan naar beweegreden voor drugs- en alcoholgebruik. Redenen voor gebruik, triggers van gebruik en voordelen van gebruik die jongeren in het kader van dit onderzoek hebben genoemd, liggen vaak erg dicht bij elkaar en zijn daarnaast zeer sterk gerelateerd aan het gebruikte middel. In het algemeen kunnen de in de interviews genoemde redenen voor middelengebruik in de volgende categorieën worden geplaatst: rustig worden/relaxen/chillen, sociale effecten middel, geest verruimen, nieuwsgierigheid, smaak, het geeft een fijn/blij/vrolijk gevoel, relatie tot andere middelen, middel biedt afleiding van nare gevoelens, oppeppende werking, niet nuchter zijn, anders.

De geïnterviewde jongeren die geen alcohol en/of geen drugs gebruiken, noemen hiervoor redenen als slechte ervaringen in het verleden en geen behoefte of interesse. Zij zien voornamelijk nadelen en risico’s aan het gebruik van alcohol/drugs.

De onderzoekers gaan nu verder met het valideren van gegevens en bezien hoe onze preventieve aanpak met de persona’s versterkt kan worden. Deze fase zal eind 2019 zijn afgerond. Ik zal u dan weer nader informeren.

Schadelijkheid roken cannabis

Tijdens het AO coffeeshopbeleid van 20 december 2017 (Kamerstuk 24 077, nr. 407) heeft de Minister voor Medische Zorg en Sport u toegezegd dat hij in het voorjaar zou laten weten of er onderzoek is gedaan naar de schadelijkheid van het roken van cannabis (en dat als dat onderzoek er niet is, hij onderzoek zou laten verrichten).

De Minister heeft het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) opdracht gegeven (wetenschappelijke) onderzoekliteratuur in deze te verzamelen en na te gaan of dergelijk onderzoek is uitgevoerd en zo ja, wat de bevindingen zijn voor wat betreft verschillende wijzen van toediening (in elk geval roken en inhaleren via een zogenaamde vaporiser). Het RIVM heeft aangegeven in juni 2018 te kunnen rapporteren. Na ontvangst zal de Minister de gerapporteerde bevindingen aan Uw Kamer zenden.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis

Naar boven