nr. 97
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 juli 2009
Tijdens het Algemeen Overleg met uw Kamer op 19 februari jl. (21 501-02,
nr. 886) heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over de rol en verantwoordelijkheid
van de Europese Commissie onder het Coöperatie en Verificatiemechanisme
(CVM) voor Bulgarije en Roemenië. Mede namens de minister van Justitie
heb ik de eer u als volgt te informeren.
Op 30 mei heb ik de Vice-President van de Commissie verantwoordelijk
voor JBZ-aangelegenheden, de heer Jacques Barrot, per brief het Nederlands
standpunt uiteengezet. Deze bijgevoegde brief1
is gelijktijdig aan de Bulgaarse en Roemeense autoriteiten overhandigd en
met hen besproken. Op 18 juni heb ik in een gesprek met Commissaris Barrot
het Nederlands standpunt nader toegelicht.
In mijn brief en tijdens mijn gesprek met Commissaris Barrot heb ik, zoals
ik reeds op hoofdijnen uiteenzette in debat met uw kamer op 23 juni bevestigd
dat Nederland veel belang hecht aan een effectief en robuust CVM. De gestelde
ijkpunten inzake juridische hervormingen en de strijd tegen corruptie en tegen
de georganiseerde misdaad zijn essentieel voor het welslagen van de rechtsstaat
in Bulgarije en Roemenië en daarmee voor het voldoen aan het acquis communautaire.
Nederland ondersteunt, zoals bekend, beide landen bij deze hervormingen. Ook
heb ik benadrukt dat de Commissie betreffende landen zou moeten blijven aanspreken
op hun verplichtingen en, indien noodzakelijk, maatregelen zou moeten treffen.
Het is aan de Commissie te besluiten welke maatregelen het meest voor de hand
liggen. Ik heb gesuggereerd hierbij ook een aangepaste besteding van structuurfondsen
te overwegen.
Zoals ik uw Kamer in een eerder stadium heb bevestigd, volgt Nederland
de voortgang in Bulgarije en Roemenië nauwgezet. Tegelijkertijd is Nederland
het land dat sterk gecommitteerd is om betreffende landen met raad en daad
bij te staan om de noodzakelijke hervormingen door te voeren.
Naar verwachting publiceert de Commissie de zomerrapporten in de tweede
week van juli, of anders begin september a.s.. Deze rapporten, die de stand
van zaken inclusief aanbevelingen dienaangaande zullen weergeven, zullen uw
Kamer zo spoedig mogelijk toegaan, gevolgd door een Kabinetsappreciatie.
De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
F. C. G. M. Timmermans