23 987 Lidmaatschap van de Europese Unie

Nr. 306 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 januari 2019

Tijdens het AO Brexit op 23 januari 2019 zijn door de leden van GroenLinks, CDA en VVD vragen gesteld over de effecten van het no-deal scenario op de visserij en hoe hierop wordt voorbereid. Door de Minister van Buitenlandse Zaken is toegezegd dat ik deze schriftelijk beantwoord, wat uw Kamer hierbij ontvangt.

Het Verenigd Koninkrijk (VK) heeft het recht om na de Brexit vissersboten die onder Nederlandse vlag varen de toegang tot de wateren van het VK te ontzeggen. Omgekeerd heeft de EU het recht om vissersboten die varen onder de vlag van het VK, de toegang tot haar wateren te ontzeggen. Of het VK gebruik zal maken van dat recht, is de vraag, maar we moeten er serieus rekening mee houden en er op voorbereid zijn.

De Brexit heeft géén gevolgen voor de voor 2019 vastgestelde vangstquota voor Nederlandse vissers. Als het VK besluit direct zijn wateren te sluiten, dan is er een kleiner oppervlak aan EU-wateren om de vangstquota op te kunnen vissen. Mocht het VK echter besluiten zijn verplichtingen voor 2019 na te komen, dan verandert er dit jaar nagenoeg niets.

Als Nederlandse overheid kunnen we niet zelf de toegang tot de Britse wateren regelen noch daarover een verdrag met het VK sluiten. Daarvoor is een akkoord nodig tussen de EU en het VK. Hetzelfde geldt voor de toegang van Britse visproducten tot de interne (en dus ook Nederlandse) markt. Voor al deze onderwerpen is de Europese wetgever exclusief bevoegd.

Dit neemt niet weg dat het kabinet zich tot het uiterste inspant om waar mogelijk zelf de negatieve gevolgen van de Brexit voor de Nederlandse visserijsector te beperken. Ik ben met de Europese Commissie en de meest betrokken EU-landen in gesprek over de voorbereiding op een no deal. Op 23 januari jl. heeft de Europese Commissie twee nieuwe voorstellen gepubliceerd die de negatieve impact van een no deal Brexit op de visserijsector kunnen verminderen. Het eerste voorstel zal het mogelijk maken om vanuit het Europees Fonds voor Maritieme Zaken en Visserij vissers te compenseren als zij vanwege de Brexit moeten stoppen. Het tweede voorstel maakt het mogelijk om visserijlicenties en vangstcertificaten te verstrekken wanneer de EU en het VK het eens worden dat toegang tot elkaars wateren (al dan niet tijdelijk) in stand blijft. We zijn nog bezig om beide voorstellen inhoudelijk te beoordelen.

Daarnaast is mijn departement in nauw overleg met vertegenwoordigers uit de visserijsector (o.a. VisNed, Nederlandse Vissersbond, European Fisheries Alliance) over de verschillende Brexit-scenario’s, inclusief een no-deal scenario.

Verder treffen RVO.nl en de NVWA de nodige voorbereidingen om ons snel aan de gewijzigde situatie aan te passen. Ik denk hierbij bijvoorbeeld aan het verlenen van visserijlicenties en vangstcertificaten, of de aanpassing van software. Ik hecht zeer aan een adequate communicatie dus ik stuur er op dat hierover tijdig en goed gesproken wordt met de betrokken partijen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven