23 908 (R1519) Voornemen tot het sluiten van uitvoeringsverdragen

BA/ nr. 114 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 30 januari 2014.De wens dat het verdrag aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal wordt onderworpen kan door of namens een van de Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 1 maart 2014.

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 januari 2014

Ter voldoening aan het bepaalde in artikel 8 van de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen, en met het oog op artikel 7, onderdeel b, van die Rijkswet, heb ik de eer u mede te delen dat de regering het voornemen heeft om over te gaan tot het sluiten van het volgende uitvoeringsverdrag:

  • 1. Wijziging van een aantal reglementen behorende bij de op 20 maart 1958 te Genève tot stand gekomen VN-ECE-Overeenkomst betreffende het aannemen van eenvormige goedkeuringsvoorwaarden en de wederzijdse erkenning van goedkeuring van uitrustingsstukken en onderdelen van motorrijtuigen (Trb. 1959, 83). Een overzicht terzake is gegeven in de bijlage bij deze brief1.

  • 2. Aanvaarding van een aantal nieuwe reglementen behorende bij de op 20 maart 1958 te Genève tot stand gekomen VN-ECE-Overeenkomst betreffende het aannemen van eenvormige goedkeuringsvoorwaarden en de wederzijdse erkenning van goedkeuring van uitrustingsstukken en onderdelen van motorrijtuigen (Trb. 1959, 83). Zie de bijlage bij deze brief.

Wat het Koninkrijk betreft, zal het voornoemde uitvoeringsverdrag alleen voor het Europese deel van Nederland gelden.

De Minister van Buitenlandse Zaken, F.C.G.M. Timmermans


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven