23 727
Rwanda

nr. 14
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 26 april 1995

Met deze brief wil ik U, mede namens mijn ambtgenoot voor Ontwikkelingssamenwerking, informeren over de recente gebeurtenissen bij de ontruiming van het ontheemdenkamp Kibeho, Rwanda, en de stappen die de Regering heeft ondernomen om van haar verontrusting hierover blijk te geven. Deze informatie werd U reeds toegezegd in de brief gedateerd 24 april van de minister voor Ontwikkelingssamenwerking J. P. Pronk.

De Regering is geschokt door de gewelddadigheden die hebben plaatsgevonden bij de ontruiming van het ontheemdenkamp Kibeho in het weekeinde van 22 en 23 april. Het gebruik van geweld is in tegenspraak met de toezegging van de Rwandese regering aan minister Pronk voor Ontwikkelingssamenwerking eerder deze maand, dat geen geweld zou worden gebruikt bij de ontruiming van de ontheemdenkampen, en dat ontmanteling van de kampen zou geschieden in overeenstemming met de plannen die de Verenigde Naties hiervoor hadden opgesteld.

Voor de begeleiding van de ontmanteling van de ontheemdenkampen, de zogeheten «Operation Retour», werd reeds in december 1994 het «Integrated Operations Centre» opgezet. In deze tripartite structuur zijn de ministeries van Wederopbouw en Defensie alsook VN-instellingen en NGO's vertegenwoordigd. Kern van «Operation Retour» was een vrijwillige terugkeer van de ontheemden naar de communes. Na de herdenkingsplechtigheid van de genocide op 7 april zou de eindfase van «Operation Retour» worden ingeluid. Deze behelsde evenals voorheen een vrijwillige, geweldloze terugkeer van de ontheemden. Het IOC had hiertoe een gefaseerde ontmanteling voorgesteld. De voedseldistributie in de kampen zou geleidelijk worden afgebouwd en worden verplaatst naar de communes.

Alvorens dit plan in werking werd gezet, heeft het Rwandese leger vorige week de kampen Kibeho, Munini, Ndago en Kamana in het zuidwesten van Rwanda omsingeld. Het IOC was hierover niet tevoren ingelicht. De bedoeling was een scheiding aan te brengen tussen vermoedelijk onschuldige kampbewoners die met vrachtwagens naar huis zouden worden getransporteerd, en medeplichtigen aan de genocide. De kampbewoners werden bij elkaar gedreven op een kleiner oppervlakte. Aanvankelijk werd hun drinkwater en droog voedsel geboden. Vanaf vrijdag verslechterde de situatie zienderogen. Er was te weinig voedsel en water. NGO's hadden nauwelijks toegang tot de kampen. De Speciale Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal, Shaharyar Khan, is vervolgens vrijdagavond met vice-president en minister van Defensie Kagame overeengekomen dat de hulporganisaties vrij toegang zouden krijgen tot het kamp, en dat bewoners ook te voet naar huis zouden mogen, na registratie door het leger en Unhcr.

Over de toedracht van de gebeurtenissen in het kamp Kibeho bestaat nog geen volledige duidelijkheid. Het regeringsleger heeft de kampbewoners, die over vijf heuvels verspreid leefden, bijeen gedreven op één heuvel. Volgens sommige waarnemers hebben leden van het interahamwe gedurende het weekeinde met geweld geprobeerd ontheemden te beletten naar huis terug te keren. De extremistische milities zouden daarbij gebruik hebben gemaakt van zowel machetes als vuurwapens. In de paniek die hierop volgde trachtte op zaterdag een aantal bewoners door het cordon RPA-militairen te breken. Het leger opende hierop het vuur. Hierbij werd gebruik gemaakt van mitrailleurvuur, handgranaten en mortiervuur. Deze beschietingen leidden tot verdere paniek en nieuwe pogingen uit het kamp te breken. Hierbij zijn mensen onder de voet gelopen. Zaterdagnacht had het leger de situatie niet langer onder controle en vluchtten de meeste bewoners het kamp uit. Ondanks eerdere toezeggingen van Kagame hadden hulporganisaties geen toegang tot Kibeho.

Over de aantallen slachtoffers bestaat nog geen zekerheid. Volgens de laatste schatting van de VN zijn bij de beschietingen en de hierop volgende paniek tussen de 800 en 2000 doden gevallen. Overlevenden gaan terug naar de communes van oorsprong. Daar wacht velen een agressief onthaal. Sommigen worden gestenigd of zelfs gedood. Minstens 20 000 mensen zijn in Butare neergestreken. De meeste van hen werden in een stadion opgevangen. De hulporganisaties zorgden voor opvang van de rondzwervende ontheemden. Inmiddels zijn zij door het leger naar huis geëscorteerd. De Nederlandse vertegenwoordiger in Kigali constateerde tijdens zijn bezoek op 25 april dat het stadion van Butare leeg is.

De ontmanteling van de andere drie omsingelde ontheemdenkampen Ndago, Munini en Kamana is zonder geweld verlopen. Bewoners zijn, geëscorteerd door het leger, te voet en met vrachtwagens naar hun communes vertrokken. Daar zouden verdachten van medeplichtigheid aan de genocide worden gearresteerd en worden overgebracht naar de gemeentelijke cachots.

De Regering veroordeelt het gebruik van geweld bij de ontruiming. Zij heeft de Nederlandse vertegenwoordiger in Kigali reeds op zondag 23 april een demarche laten uitvoeren bij de minister van Buitenlandse Zaken Anastase Gasana en op 24 april bij vice-president Paul Kagame. Daarbij is de in de bijlage opgenomen note verbale overhandigd1. Daarnaast hebben de EU-leden op 24 april gezamenlijk een demarche ondernomen bij de minister van Buitenlandse Zaken. In de demarche stond humanitaire hulp, en vooral de toegang van de hulporganisaties tot de slachtoffers, centraal. Deze demarche droeg nadrukkelijk geen politiek karakter omdat de EU-collega's ter plaatse daartoe nog geen instructies van hun hoofdsteden hadden ontvangen. Op 25 april is bijgevoegde politieke EU-verklaring1 uitgegeven, waarin de eerder genoemde gewelddadigheden worden veroordeeld.

In het licht van de gewelddadigheden heeft de Regering besloten de hulptoezeggingen die directe steun inhouden aan de regering van Rwanda tot nader order op te schorten. Humanitaire hulp alsook rehabilitatiehulp via VN-instellingen en NGO's blijft echter doorgang vinden.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

H. A. F. M. O. van Mierlo


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven