23 706
Wettelijke regeling van het notarisambt, mede ter vervanging van de Wet van 9 juli 1842, Stb. 20, op het Notarisambt en de Wet van 31 maart 1847, Stb. 12, houdende vaststelling van het tarief betreffende het honorarium der notarissen en verschotten (Wet op het notarisambt)

nr. 21
AMENDEMENT VAN HET LID G. DE JONG

Ontvangen 11 maart 1998

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel 15a wordt als volgt gewijzigd:

I

Het eerste lid wordt vervangen door:

1. De notaris kan een samenwerkingsverband aangaan met beoefenaren van een ander beroep, mits hierdoor zijn onafhankelijkheid of onpartijdigheid niet wordt of kan worden beïnvloed en hij in het samenwerkingsverband een gelijkwaardige positie verkrijgt. De samenwerking geschiedt onder de eigen naam van de notaris of het notariskantoor. In een zodanig samenwerkingsverband is geen winstdeling toegestaan, tenzij de samenwerking is of wordt aangegaan met een advocaat of belastingadviseur.

II

In het tweede lid wordt «ter waarborging van die onafhankelijkheid en onpartijdigheid» vervangen door: ter waarborging van die onafhankelijkheid, onpartijdigheid en gelijkwaardige positie.

III

In het derde lid wordt na «heeft voldaan aan» ingevoegd: het eerste lid en aan.

Toelichting

Door dit amendement wordt de positie van de notaris beter gewaarborgd in de gevallen dat een samenwerking beoogd of aangegaan wordt met een groot conglomeraat van beoefenaren van een ander beroep. Voorkomen moet worden dat de identiteit van het notariaat door dergelijke grootschalige samenwerkingsverbanden verloren gaat. De in dit artikellid omschreven voorwaarden worden nader uitgewerkt in de verordening bedoeld in het tweede lid van artikel 15a.

G. de Jong

Naar boven