23 646
Bepalingen inzake de arbeids- en rusttijden (Arbeidstijdenwet)

nr. 36
AMENDEMENT VAN HET LID ROSENMÖLLER

Ontvangen 30 maart 1995

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel 5:9 wordt vervangen door:

Artikel 5:9

1. Van de artikelen 5:7 en 5:8 kan, uitsluitend ten aanzien van de arbeidstijd, worden afgeweken, indien zich een onvoorziene wijziging van omstandigheden, incidenteel en niet-periodiek, voordoet, of de aard van de arbeid, incidenteel en voor korte tijd, dergelijke afwijkingen noodzakelijk maakt. In dat geval verricht de werknemer van 18 jaar of ouder ten hoogste 11 uren per dienst, 45 uren per week en in elke periode van 13 achtereenvolgende weken gemiddeld 40 uren per week arbeid. Indien de arbeid geheel of gedeeltelijk wordt verricht in nachtdienst, geldt, onverminderd hetgeen in de vorige volzin is bepaald, dat de werknemer van 18 jaar of ouder ten hoogste 9 uren per nachtdienst arbeid verricht. Op de afwijking, bedoeld in de eerste volzin, zijn de artikelen 5:8, eerste lid, onderdeel b, en artikel 5:10, derde lid, onderdelen b en c, en vijfde lid niet van toepassing.

2. Van het eerste lid, tweede tot en met vierde volzin, kan, met inachtneming van het derde lid, slechts bij collectieve regeling van de artikelen 5:7 en 5:8 worden afgeweken. Elk beding waarbij op andere wijze dan in de vorige volzin bepaald, wordt afgeweken van het eerste lid, tweede tot en met vierde volzin, is nietig.

3. De werkgever organiseert de arbeid zodanig, dat de werknemer van 18 jaar of ouder ten hoogste 11 uur per dienst, 55 uur per week en in elke periode van 13 achtereenvolgende weken gemiddeld ten hoogste 45 uren per week arbeid verricht. Indien die arbeid geheel of gedeeltelijk in nachtdienst wordt verricht, geldt, onverminderd hetgeen in de vorige volzin is bepaald, dat de werknemer van 18 jaar of ouder ten hoogste 10 uur per nachtdienst en in elke periode van 13 achtereenvolgende weken gemiddeld 40 uren per week arbeid verricht.

Toelichting

Dit amendement beoogt beperkingen aan te brengen aan de voorgestelde overwerkregeling, zowel in de standaardregeling, als in de overlegregeling.

De indiener is van mening dat de grenzen voor de maximale gemiddelde arbeidsduur per week en per kwartaal in de standaardregeling ruim genoeg zijn om daarbinnen overwerk mogelijk te maken. Wel laat dit amendement ruimte om, bijvoorbeeld in situaties waarin een vierdaagse werkweek van 9 uur geldt, overwerk mogelijk te maken tot een totale arbeidsduur per dienst van 11 uur, mits de totale arbeidstijd per week en per kwartaal de grenzen van de standaardregeling niet overschrijdt.

Voor wat de overlegregeling betreft wordt voorzien in een kleinere marge voor overwerk. Daarbij wordt het advies van de meerderheid van de SER gevolgd.

Rosenmöller

Naar boven