nr. 23
AMENDEMENT VAN HET LID VAN MIDDELKOOP C.S.
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
Artikel 5:4 wordt vervangen door:
Artikel 5:4
1. De werknemer verricht op zondag geen arbeid, tenzij dit uit de aard
van de arbeid voortvloeit. De werknemer verricht in ieder geval op tenminste
4 zondagen in elke periode van 13 achtereenvolgende weken geen arbeid.
2. De werknemer verricht op zondag geen arbeid, tenzij dit uit de bedrijfsomstandigheden
voortvloeit en de werknemer daar telkens mee instemt. De werknemer verricht
in ieder geval op tenminste 9 zondagen in elke periode van 13 weken geen arbeid.
3. Van het eerste en tweede lid, tweede volzin, kan, met inachtneming
van het vierde en vijfde lid, slechts bij collectieve regeling worden afgeweken.
Elk beding waarbij op andere wijze dan in de vorige volzin is bepaald wordt
afgeweken van het eerste of tweede lid, is nietig.
4. De werkgever organiseert de arbeid zodanig, dat de werknemer op tenminste
13 zondagen in elke periode van 52 achtereenvolgende weken geen arbeid verricht.
5. De werkgever organiseert de arbeid zodanig dat de werknemer op tenminste
33 zondagen in elke periode van 52 achtereenvolgende weken geen arbeid verricht.
6. Indien een jeugdige werknemer op zondag arbeid verricht, organiseert
de werkgever de arbeid zodanig, dat hij op de dag voorafgaande aan die zondag
geen arbeid verricht.
Toelichting
Het amendement beoogt tweeërlei.
In de eerste plaats de bescherming van de rechtspositie van de werknemer
die bezwaren heeft tegen arbeid op zondag indien deze arbeid niet uit de aard
van de arbeid voortvloeit.
In deze gevallen is zondagsarbeid alleen mogelijk indien de werknemer
daarmee instemt.
In de tweede plaats beoogt het amendement duidelijker aan te geven dat
arbeid vanwege bedrijfsomstandigheden een uitzondering op de regel «geen
arbeid op zondag» hoort te zijn. In het wetsvoorstel is het mogelijk
dat vanwege bedrijfsomstandigheden op 39 zondagen in het jaar gewerkt kan
worden. Dit is veel te ruim.
Van Middelkoop
Bijleveld-Schouten
Rosenmöller