23 645 Openbaar vervoer

Nr. 442 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 april 2011

Een groot aantal decentrale overheden heeft mij in de afgelopen weken per brief verzocht om in de eigen concessiegebieden de Nationale Vervoerbewijzen (NVB) uit te zetten. De verzoeken zijn afkomstig van de provincies Overijssel, Gelderland, Flevoland (inclusief de gedelegeerde concessies in Almere), Noord-Holland, Fryslân, Limburg, Zeeland, de Stadsregio Arnhem Nijmegen en Regio Twente.

Met deze brief informeer ik uw Kamer over mijn positieve besluit ten aanzien van deze verzoeken.

Ik ben tot het oordeel gekomen dat eerder genoemde decentrale overheden voldoen aan de criteria, zoals genoemd in de brief van 29 november 2007 (Kamerstukken II, 23 645, nr. 173) en de criteria die daaraan in het Aanvalsplan OV-chipkaart zijn toegevoegd, als gevolg waarvan het NVB wordt uitgezet per 30 juni 2011 dan wel 7 juli 2011:

Per 30 juni 2011:

  • Regio Twente

  • Provincie Overijssel

  • Provincie Gelderland

  • Stadsregio Arnhem Nijmegen

  • Provincie Flevoland

  • Provincie Flevoland betreffende de gedelegeerde concessies in Almere

  • Provincie Noord-Holland

  • Provincie Fryslân

Per 7 juli 2011:

  • Provincie Zeeland

  • Provincie Limburg

De provincie Fryslân heeft eerder aangetoond te voldoen aan de afgesproken criteria die aan het uitzetten van het NVB zijn verbonden (Kamerstukken II, 23 645, nr. 391). Het uitzetten van het NVB is opgeschort omdat de OV-chipkaart nog niet was ingevoerd in de provincies Groningen en Drenthe. Inmiddels is dit sinds 16 maart 2011 wel het geval. De provincie Fryslân heeft mij daarop verzocht om het NVB per 30 juni 2011 uit te zetten omdat zij graag wil aansluiten bij de decentrale overheden uit Oost-Nederland. Daarom heb ik besloten om de datum voor het uitzetten van het NVB vast te stellen op 30 juni 2011.

In bijlage 1 bij deze brief licht ik per criterium mijn oordeel toe. Op een aantal specifieke onderdelen uit de verzoeken van de decentrale overheden ga ik in het onderstaande nader in.1

Kostenneutrale overgang

De Commissie Kist heeft een onafhankelijk onderzoek uitgevoerd naar één van de genoemde criteria, de opbrengstneutraliteit per decentrale overheid bij gelijkblijvend reizigersvolume. De bevindingen van de Commissie Kist ten aanzien van de opbrengstneutraliteit zijn positief: voor alle decentrale overheden heeft de Commissie geconcludeerd dat er sprake is van een kostenneutrale overgang naar de OV-chipkaart (zie bijlage 2 bij deze brief).

Incomplete transacties

Bij het behandelen van de verzoeken van de betrokken decentrale overheden tot het uitzetten van het NVB is ook gekeken naar de incomplete transacties. Per decentrale overheid geldt voor de individuele vervoerders dat het percentage incomplete transacties ten opzichte van het aantal ritten op saldo binnen of onder de gehanteerde bandbreedte liggen van de regio’s Rotterdam en Amsterdam ten tijde van het besluit tot het uitzetten van het NVB aldaar.

Deze percentages vormen geen eindpunt. Ik ben van mening dat de incomplete transacties een belangrijk punt van aandacht moet blijven voor de decentrale overheden en hun vervoerders. Ik heb er dan ook bij alle decentrale overheden op aangedrongen om de ontwikkeling van incomplete transacties nauwgezet te volgen en desgewenst aanvullende, gerichte maatregelen te nemen om het percentage incomplete transacties verder omlaag te brengen.

Voorts heb ik naar de decentrale overheden het belang benadrukt van een ruimhartig, klantvriendelijk en laagdrempelig coulancebeleid in het geval een reiziger niet heeft uitgecheckt. Daarnaast heb ik er bij hen op aangedrongen er op toe te zien dat eventueel overgebleven gelden als gevolg van incomplete transacties aan maatregelen worden besteed die de reiziger ten goede komen.

Advies consumentenorganisaties

Bij het beoordelen van de verzoeken staan de belangen van de reiziger voorop. Deze worden niet alleen gewaarborgd door toetsing op essentiële punten zoals een goede werking van de apparatuur en de aanwezigheid van voldoende distributiepunten, maar ook door rechtstreekse advisering vanuit de regionale consumentenorganisaties ten aanzien van het verzoek.

Het ROCOV Flevoland, het ROL in Limburg en het OPOV in Zeeland hebben positief geadviseerd. Voor Flevoland betrof dat zowel Flevoland Oost als de gedelegeerde concessies in Almere. Het ROCOV Twente en het ROCOV Overijssel hebben onder voorwaarden positief geadviseerd. Het ROCOV Gelderland Stadsregio heeft opnieuw een negatief advies gegeven over het uitzetten van het NVB per 30 juni voor Gelderland en de Stadsregio Arnhem Nijmegen. Sinds het afwijzen van het verzoek van de overheden uit Oost-Nederland om het NVB uit te laten zetten per 18 november 2010, hebben de decentrale overheden hard gewerkt aan het oplossen van een groot aantal bezwaarpunten van het ROCOV. Daarnaast heeft een intensief traject van overleg en samenwerking plaatsgevonden met het ROCOV. Dit heeft niet geleid tot een positief advies. Het ROCOV blijft een aantal bezwaren houden, waaronder het nog niet ingevoerd zijn van de OV-chipkaart op de Valleilijn (regionaal spoor) en het niet wachten op de adviezen van de Commissie Meijdam bij de besluitvorming over het uitzetten van het NVB.

Ook in Noord-Holland heeft het ROCOV een negatief advies uitgebracht. Het ROCOV heeft onder meer bezwaar tegen het aantal storingen van het OV-chipkaartsysteem, onjuiste halteregistratie en het serviceniveau bij de distributiepunten.

Op een deel van de voorwaarden of bezwaren zoals geformuleerd door de consumentenorganisaties is positief gereageerd door de decentrale overheden. Daar waar dat niet het geval was, betroffen het adviespunten die geen onderdeel uitmaakten van de vastgestelde criteria voor het uitzetten van het NVB. Op grond hiervan is er geen belemmering om het NVB uit te zetten in de betreffende gebieden.

Mijn besluit om de verplichting tot het accepteren van het NVB te beëindigen in de gebieden van voornoemde decentrale overheden per 30 juni 2011 respectievelijk 7 juli 2011, zal leiden tot een aanpassing van de Ministeriële regeling nationale vervoerbewijzen openbaar vervoer.

De minister van Infrastructuur en Milieu,

M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

BIJLAGE 1 TOETSING AAN VOORWAARDEN OPHEFFEN VERPLICHTING ACCEPTEREN NVB

1. Het OV-chipkaartsysteem is operationeel en stabiel

Op basis van informatie van de provincies Flevoland, Gelderland, Overijssel, Limburg en Zeeland en Regio Twente, de Stadsregio Arnhem Nijmegen en hun vervoerders kan worden vastgesteld dat sinds het uitrollen van het systeem de stabiliteit van het systeem goed is uitgebouwd.

De percentages incomplete transacties ten opzichte van het aantal ritten op reissaldo zijn vergelijkbaar met de percentages in de stadsregio’s Rotterdam en Amsterdam ten tijde van het besluit om het NVB aldaar uit te zetten en liggen binnen of onder de gehanteerde bandbreedte.

Tijdens de vakantieperiode is in een aantal gebieden sprake van een stijging van het percentage, naar alle waarschijnlijkheid heeft dit ermee te maken dat veel nieuwe reizigers gebruik maken van de OV-chipkaart. Incomplete transacties blijven een belangrijk punt van aandacht voor de betreffende overheden. Door het blijven inzetten van gerichte maatregelen kan het percentage incomplete transacties nog verder naar beneden gedrongen worden. De ervaring van de Stadsregio’s Rotterdam en Amsterdam leert dat ook het uitzetten van het NVB bijdraagt aan een vermindering van het vergeten uit te checken.

Provincie/Regio

Vervoerders

% incomplete transacties t.o.v. ritten reissaldo

% restitutieaanvragen t.o.v. het aantal ritten1

Flevoland Almere – Connexxion

2,9

0,072

Flevoland-Connexxion

3,5

0,18

Gelderland gemiddeld (juli 10)

4,3

0,04

Arriva

4,3

0,21

Syntus

4,3

0,13

Overijssel-Connexxion (juli 10)

3,3

0,04

Syntus

3,1

 

Connexxion

4,6

 

Arnhem Nijmegen-Cxx (juli 10)

2,8

0,04

Twente gemiddeld (juli 10)

3,0

0,03

Connexxion

2,9

0,02

Syntus

3,6

0,22

Noord-Holland (Cxx)

2,0

0,08

Limburg (Veolia) (feb 11)

1,0

0,02

Zeeland gemiddeld (feb 11)

2,8

0,07

Connexxion

4,4

0,09

Veolia

0,7

0,03

X Noot
1

Voor Oost-Nederland is het percentage restitutieaanvragen uit de aanvragen van najaar 2010 opgenomen. Dit betreffen cijfers voor de concessiewisseling in Overijssel (tot eind augustus alleen Cxx).

X Noot
2

Percentage oktober 2010.

2. Distributie van de regio is op peil

De betrokken decentrale overheden (de provincies Flevoland, Flevoland Almere, Gelderland, Overijssel, Limburg, Zeeland, Noord-Holland, Regio Twente en de Stadsregio Arnhem Nijmegen) zijn van mening dat het gerealiseerde distributienetwerk op peil is.

Decentrale overheid

Walpunten

opwaarderen en afhalen 1

Verkoop geladen A-kaarten

Bus afhaalpunt

Bus opladen

NS-stations

Flevoland

22

 

71

10

Alle

Flevoland Almere

14

8

58

58

Alle

Gelderland

118

69

262

262

 

Overijssel

63

48

146

 

Alle

Regio Twente

41

 

104

 

Alle

Stadsregio Arnhem Nijmegen

71

84

280

 

Alle

Noord-Holland

111

108

268

268

Alle

Limburg

115

56

252

 

Alle

Zeeland

15 + 4*

15 +4*

  

Alle

* Het betreft hier 15 vaste walpunten en 4 bibliobussen.

Daarnaast is bij de NS-stations OV-chipkaartapparatuur aanwezig om de OV-chipkaart op te laden en of A-kaarten te kopen.

X Noot
1

Aantal walpunten in vrije markt groeit.

3. Aantoonbaar soepele overgang van NVB naar OV-chipkaart voor reizigers

In alle aangrenzende concessiegebieden van de decentrale overheden kunnen reizigers met de OV-chipkaart op saldo reizen. Dit geldt ook voor het reizen met NS. Daarnaast kan inmiddels op de regionale treindiensten in Limburg eveneens gebruik gemaakt worden van de OV-chipkaart. Op de regionale spoorlijnen in Oost-Nederland kan vanaf mei 2011 met de OV-chipkaart worden gereisd, met uitzondering van de Valleilijn. Daar wordt de OV-chipkaart naar verwachting eind 2011 ingevoerd.

De landsgrensoverschrijdende buslijnen onder opdrachtgeverschap van de provincies Limburg en Zeeland zijn voorzien van werkende OV-chipkaartapparatuur. Reizigers kunnen op deze lijnen, ook bij overschrijding van de landsgrens, in- en uitchecken. Het systeem is zo ingesteld dat er met de OV-chipkaart alleen wordt betaald voor het gedeelte dat de reiziger aflegt op Nederlands grondgebied. Voor het reizen in België en Duitsland dient een papieren kaartje in de bus te worden gekocht conform de huidige situatie. Voor de gezamenlijk geëxploiteerde lijn 42 (De Lijn en Veolia) geldt dat op de bussen van De Lijn vooralsnog geen gebruik van de OV-chipkaart mogelijk is. Aan een oplossing wordt gewerkt. De verwachting van de provincie Zeeland is wel dat op deze bussen OV-chipkaartapparatuur wordt geïnstalleerd. Indien geen apparatuur op deze bussen aanwezig is, kunnen reizigers gratis worden vervoerd wanneer de OV-chipkaart wordt getoond.

4. Studenten kunnen beschikken over een OV-chipkaart

Studenten beschikken over een OV-chipkaart.

5. (Jaar)abonnementhouders zijn over op een vervangende propositie of hun bestaande abonnement wordt op de OV-chipkaart geplaatst.

De provincies Flevoland, Gelderland, Overijssel, Limburg, Zeeland, Noord-Holland en Regio Twente en de Stadsregio Arnhem Nijmegen hebben ervoor gekozen om de huidige papieren NVB-abonnementen te handhaven. Daartoe zijn deze abonnementen als regionaal abonnement vastgesteld. De abonnementen zullen gehandhaafd blijven tot en met 31 december 2011. In de loop van 2011 komen er vervangende producten beschikbaar voor de OV-chipkaart, die vanaf 1 januari 2012 de papieren abonnementen zullen vervangen. De abonnementen die buiten dit gebied in verchipte vorm zijn aangeschaft, kunnen wel worden herkend door het OV-chipkaartsysteem in deze regio’s.

De abonnementen in de concessies Flevoland-Almere zijn verchipt. In alle omliggende regio’s accepteert de chipkaartapparatuur dit verchipte abonnement. Reizigers kunnen derhalve probleemloos reizen.

6. «Het uitzetten» van het NVB

In de afgelopen maanden is veelvuldig overleg gevoerd met de vervoerders en met de omliggende overheden om alle relevante zaken goed op elkaar af te stemmen. De omliggende overheden hebben positief gereageerd op het voornemen van de betrokken decentrale overheden om het NVB te laten beëindigen. Daarbij zijn onderling afspraken gemaakt.

Daarnaast is intensief overleg gevoerd met de regionale consumentenorganisaties. Het ROCOV Flevoland, het ROL in Limburg en het OPOV in Zeeland hebben positief geadviseerd over het voornemen om het NVB uit te laten zetten. Het ROCOV Twente en het ROCOV Overijssel hebben onder voorwaarden positief geadviseerd. Het ROCOV Gelderland Stadsregio heeft opnieuw een negatief advies gegeven over het uitzetten van het NVB per 30 juni 2011 voor Gelderland en de Stadsregio Arnhem Nijmegen. De provincie Gelderland en de Stadsregio Arnhem Nijmegen hebben naar aanleiding van de afwijzing van het verzoek in 2010 een intensief traject doorlopen, waarbij veel bezwaarpunten van het ROCOV zijn opgelost. Het ROCOV blijft echter een aantal bezwaren houden, onder meer het nog niet ingevoerd zijn van de OV-chipkaart op de Valleilijn en het niet wachten op de adviezen van de Commissie Meijdam bij de besluitvorming over het uitzetten van het NVB.

Ook in Noord-Holland heeft het ROCOV een negatief advies uitgebracht. Het ROCOV heeft onder meer bezwaar tegen het aantal storingen van het OV-chipkaartsysteem, onjuiste halteregistratie en het serviceniveau bij de distributiepunten.

Op de voorwaarden of afwijzingsgronden is dan wel positief gereageerd door de decentrale overheid, dan wel maakten deze geen onderdeel uit van de criteria die zijn vastgesteld voor toetsing van de aanvraag. Op grond hiervan is er geen beletsel om het NVB uit te zetten.

7. Voor de begeleiderskaart voor gehandicapten, de opsporingsambtenaren en alle andere speciale vervoerbewijzen zijn er oplossingen om met het openbaar vervoer te kunnen reizen.

De reisrechten van deze groepen zijn verkrijgbaar op de OV-chipkaart. Dit was een vereiste voor de metro. Bij de onderhavige overheden is er geen sprake van een gesloten systeem, waardoor deze groepen kunnen reizen op zichtkaarten.

Decentrale overheden en vervoerders hebben op landelijk niveau afspraken gemaakt over een tijdelijke landelijke regeling voor de doelgroep blinden en slechtzienden. Voor de groep mensen met een visuele beperking is er een (tijdelijke) landelijke kaart om het reizen met de OV-chipkaart toegankelijker te maken, het Vizirisproduct. Het product, in de vorm van een abonnement, is inmiddels beschikbaar voor deze doelgroep. Het is mogelijk om hiermee bij alle stads- en streekvervoerders te reizen.

8. Beveiliging moet op orde zijn

TLS en de vervoerders hebben een migratieplan ontwikkeld, dat getoetst is door het Royal Holloway University of London. Daarnaast zijn vervoerders en TLS gestart met de migratie naar een nieuwe chip. Naar aanleiding van de motie Monasch hebben TLS en de vervoerders eind februari een rapport opgeleverd waarin de impact van de kraakacties in beeld werd gebracht. PwC heeft dit rapport getoetst. De conclusie van het frauderapport was dat de huidige en toekomstig verwachte fraude beheersbaar en controleerbaar is. Tijdens het Algemeen Overleg op 17 maart 2011 is gedebatteerd over de impact van de fraude en de relatie tussen fraude en het uitzetten van het NVB. De conclusie van het debat onderstreept de uitkomst van het rapport wat betreft de beheersbaarheid van de fraude en de afwezigheid van de relatie tussen fraude en het uitzetten van het NVB. De beveiliging vormt derhalve geen belemmering voor het uitzetten van het NVB.

9. Opbrengstneutraliteit (bij gelijkblijvend reizigersvolume)

De Commissie Kist heeft een onderzoek uitgevoerd naar de opbrengstneutraliteit van de OV-chipkaarttarieven bij de betrokken decentrale overheden. Voor alle overheden geldt dat de bevindingen van de Commissie Kist positief zijn: er is sprake van een kostenneutrale overgang naar de OV-chipkaart. De Commissie heeft de overheden een aantal aanbevelingen meegegeven, die door de overheden zijn overgenomen.


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven