Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 december 2012
In antwoord op het verzoek van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken van 6 december
2012, informeer ik u hierbij over de actuele stand van zaken met betrekking tot de
Nederlandse inzet bij de bespreking van het agendapunt Midden-Oosten Vredesproces
in de Raad Buitenlandse Zaken van maandag a.s.
Afgelopen weekend maakte de Israëlische regering het voornemen bekend 3 000 nieuwe
woningen te bouwen in nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever en in Oost-Jeruzalem.
Daarnaast kondigde zij stappen aan in het planningsproces ten aanzien van het zogenaamde
E1-gebied ten oosten van Jeruzalem. Ook besloot de Israelische regering in strijd
met afspraken terzake BTW-afdrachten aan de Palestijnse Autoriteit op te schorten.
De Israëlische plannen zijn een reactie op het besluit van de Algemene Vergadering
van de VN van 29 november 2012 om de Palestijnse status te verhogen tot non member state observer.
Het kabinet is bezorgd over de Israëlische stappen. Nederzettingen zijn illegaal en
ondermijnen het vertrouwen tussen partijen, dat cruciaal is voor een terugkeer naar
de onderhandelingstafel. Uitvoering van de plannen met betrekking tot het E1-gebied
maakt de totstandkoming van een levensvatbare Palestijnse staat en daarmee een twee-statenoplossing
vrijwel onmogelijk. Op 3 december jl. heb ik deze boodschap overgebracht in een gesprek
met de Israëlische ambassadeur in Den Haag. Een dag eerder bracht de Nederlandse ambassadeur
in Tel Aviv dezelfde boodschap over aan zowel het kantoor van premier Netanyahu als
het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken.
Nederland steunt de inzet van Hoge Vertegenwoordiger Ashton gericht op het voorkomen
dat Israël zijn voornemens uitvoert. Net als Nederland heeft een groot aantal EU-lidstaten
Ashtons inzet op nationale titel kracht bijgezet, waaronder Frankrijk, het Verenigd
Koninkrijk en Duitsland.
De inzet van de EU is de hervatting van directe onderhandelingen te bevorderen en
te voorkomen dat partijen stappen zetten die het bereiken van een duurzame vredesregeling
bemoeilijken. De Raad Buitenlandse Zaken zal op 10 december bespreken hoe de EU hieraan
kan bijdragen. Het kabinet zal inbrengen dat de EU de Israëlische plannen dient af
te wijzen en beide partijen dient op te roepen geen stappen te zetten die het wederzijds
vertrouwen verder ondermijnen. Daarnaast zal Nederland aandringen op een heldere oproep
aan beide partijen om de onderhandelingen over een twee-statenoplossing zo spoedig
mogelijk te hervatten.
De minister van Buitenlandse Zaken,
F.C.G.M. Timmermans