23 251
Partiële wijziging van het Wetboek van Strafvordering (herziening van het gerechtelijk vooronderzoek)

nr. 20
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DE CAMP

Ontvangen 10 november 1998

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel I, onderdeel Ca, vervalt.

II

Artikel I, onderdeel Cb, vervalt.

III

Artikel I, onderdeel SS, wordt vervangen door:

SS

Artikel 184 wordt als volgt gewijzigd:

a. Het tweede lid van dit artikel komt als volgt te luiden:

Indien ten aanzien van de verdachte een bevel tot voorlopige hechtenis is gegeven, kan de rechter-commissaris onverminderd het bepaalde in artikel 181, zolang het bevel tot voorlopige hechtenis niet is opgeheven en de officier van justitie nog geen dagvaarding of, indien deze is ingetrokken, geen nieuwe dagvaarding ter betekening aan de verdachte heeft doen uitgaan, ambtshalve of op het verzoek van de verdachte, een gerechtelijk vooronderzoek instellen ten aanzien van het feit waarvoor de voorlopige hechtenis is bevolen.

b. Na het tweede lid wordt een nieuw derde lid ingevoegd, dat luidt:

Indien de rechter-commissaris, gehoord de officier van justitie, oordeelt dat grond tot gebruik van deze bevoegdheid bestaat, verklaart hij dit bij een met redenen omklede beslissing. Een afschrift daarvan zendt hij aan de officier van justitie en de verdachte.

c. De leden van dit artikel worden genummerd.

Toelichting

De zogenaamde mini-instructie is bij nota van wijziging (23 251, nr. 9) in de wet gebracht. Dit amendement strekt er toe de tekst van het oorspronkelijke wetsvoorstel terug te brengen.

Van de Camp

Naar boven