nr. 246
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag,
29 oktober 2009
Uw Kamer heeft mij verzocht om een aanvullende reactie te sturen op
mijn brief van 30 september 2009 over prof. dr. Osterhaus1 naar aanleiding van berichten in de
media sinds die datum.
In de betreffende brief heb ik u uitgelegd hoe ik mij heb laten
adviseren over vaccinatie tegen Nieuwe Influenza A (H1N1), wat de rol
van prof. dr. Osterhaus in de advisering door de Gezondheidsraad is
geweest en hoe het Kabinet tot het besluit is gekomen over de aanschaf
van 34 miljoen doses vaccin.
Sindsdien zijn in de media nog enkele andere berichten verschenen
over mogelijke belangen van prof. dr. Osterhaus. Daarbij ging het om
zijn rol als voorzitter van de European Scientific Working group on
Influenza (ESWI) en over zijn aandelen in het bedrijf Isconova.
EWSI is een not-for-profitorganisatie die als doel heeft om het
aantal griepslachtoffers in Europa te reduceren door de vaccinatiegraad
van met name de risicogroepen te verhogen. Dit doel deelt ESWI met
bijvoorbeeld de Wereldgezondheidsorganisatie. ESWI financiert projecten
met bijdragen van de farmaceutische industrie. Dat gebeurt in alle
transparantie en openheid. ESWI bemoeit zich niet met de aanschaf van
vaccin door de Nederlandse overheid.
Prof. dr. Osterhaus heeft al langer dan 10 jaar een belang van iets
minder dan drie procent in het bedrijf Isconova. Dit bedrijf houdt zich
voornamelijk bezig met hulpstoffen (adjuvantia) voor veterinaire
vaccins. Daarnaast produceert het bedrijf één veterinair vaccin. Er
zijn geen humane vaccins op de markt die gebruik maken van adjuvantia
van het bedrijf. Wel is het zo dat het bedrijf plannen heeft om zich op
die markt te begeven. Prof. dr. Osterhaus geeft aan dat sinds dat
bekend is, hij zijn aandelen te koop heeft aangeboden, teneinde
belangenverstrengeling te voorkomen. Isconova heeft geen belang bij de aanschaf van griepvaccins door de
Nederlandse overheid.
Mocht u nog andere vragen hebben, dan ben ik graag bereid die te
beantwoorden tijdens het spoeddebat op 29 oktober 2009.
Ik vertrouw erop uw Kamer afdoende te hebben geïnformeerd met deze
brief.
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
A. Klink