22 187
Ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid

nr. 108
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Zoetermeer, 12 september 2000

Bij brief d.d. 28 maart jl. (22 187, nr. 103) heb ik aan de Kamer gemeld dat het Vervangingsfonds er rekening mee houdt dat zich over 2000 een groot tekort aandient op de vervangingsuitgaven. Thans heeft het VF aangekondigd dat het na 2000 ook een tekort voorziet van 75 mln.

In overleg met het VF heb ik in het voorjaar aan de Accountantsdienst opdracht verleend om een onderzoek in te stellen naar de factoren die het tekort kunnen verklaren. Het financieel beheer van het VF en het feitelijk gedrag van de scholen in het PO zijn daartoe onderzocht.

De Accountantsdienst heeft onlangs zijn onderzoeksrapport opgeleverd. Het rapport is bijgevoegd1 en is voorzien van een aantal concrete aanbevelingen.

Op dit moment ben ik in gesprek met het Vervangingsfonds om te bezien hoe gevolg wordt gegeven aan de aanbevelingen uit het rapport. Deze aanbevelingen zijn overigens niet toereikend als oplossing voor de structurele tekorten, die het VF voorziet. Zoals ik ook tijdens het algemeen overleg over Maatwerk 2 heb aangegeven, zullen structurele maatregelen onontkoombaar zijn om de bekostiging van vervanging ook in de toekomst te waarborgen. Met het VF is inmiddels het overleg gestart om te vragen welke aanvullende structurele maatregelen het Fonds treft om tot een sluitende exploitatie te komen onder vermelding van het tempo waarin deze maatregelen kunnen worden gerealiseerd. De randvoorwaarde die ik daarbij stel is dat deze maatregelen niet ten koste gaan van de mogelijkheid tot vervanging, maar de scholen juist stimuleren om de kosten van ongewenst beïnvloedbaar verzuim te beperken. Eind september wordt zichtbaar of het pakket aan maatregelen voor de lange termijn voldoende perspectief biedt om (betaalbare) vervanging ook feitelijk te kunnen garanderen.

Eerst na een sluitende structurele exploitatie kan de omvang van het dan resterende incidentele tekort worden vastgesteld tegen de achtergrond van de bij de miljoenennota 2001 beschikbaar te stellen incidentele middelen voor het (uitvoerings) jaar 2000.

Ik houd u van de uitkomsten op de hoogte.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

L. M. L. H. A. Hermans


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven