22 112
Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

nr. 949
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 oktober 2009

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij 4 fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC):

1. Mededeling inzake SEPA routekaart; (Kamerstuk 22 112, nr. 946);

2. Mededeling betreffende Pandemie (H1N1); (Kamerstuk 22 112, nr. 947);

3. Verordening inzake euromunten; (Kamerstuk 22 112, nr. 948);

4. Richtlijn inzake vervoerbare drukapparatuur.

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,

F. C. G. M. Timmermans

Fiche: Richtlijn inzake vervoerbare drukapparatuur

1. Algemene gegevens

Voorstel: Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende vervoerbare drukapparatuur

Datum Commissiedocument: 18 september 2009

Nr. Commissiedocument: COM (2009) 482 definitief

Prelex: http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=fr&DosId =198604

Nr. impact-assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board: Niet opgesteld.

Behandelingstraject Raad: Raadswerkgroep Transport, Transportraad (naar verwachting zal dit worden opgepakt door het Spaans voorzitterschap)

Eerstverantwoordelijk ministerie: Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Rechtsbasis, stemwijze Raad, rol Europees Parlement en comitologie

a) Rechtsbasis: artikel 71 EG-verdrag

b) Stemwijze Raad en rol Europees Parlement: gekwalificeerde meerderheid, medebeslissingsprocedure

c) Comitologie: de Commissie krijgt bijstand van een comité; regelgevingsprocedure met toetsing

2. Samenvatting BNC-fiche

Het voorstel is een technische wijziging van de bestaande richtlijn 1999/36/EG en vervangt deze bestaande richtlijn. Het voorstel beoogt aan de hand van gemeenschappelijke normen inzake ontwerp, constructie en follow-upcontroles een hoog niveau van vervoersveiligheid voor vervoerbare drukapparatuur (bijv. gasflessen) te verwezenlijken (zonder daarbij het vrije verkeer en gebruik op de Europese vervoermarkt te beperken). Het voorstel is bedoeld ter voorkoming van tegenstrijdigheden tussen diverse internationale regelgeving en sluit aan bij recente ontwikkelingen in communautaire wetgeving inzake het vrij verhandelen van industriële producten op de Europese interne markt.

Er is sprake van een gedeelde bevoegdheid. Subsidiariteit en proportionaliteit worden positief beoordeeld. Nederland is voorstander van het in overeenstemming brengen van EU regelgeving met internationale regelgeving betreffende vervoerbare drukapparatuur ten behoeve van meer eenduidige en eenvoudige regelgeving. Voorliggend voorstel van de richtlijn wordt door Nederland als een logisch gevolg gezien van het onderbrengen van de EG-richtlijn in de internationale vervoerregelgeving en richtlijn 2008/68/EG.

3. Samenvatting voorstel:

De bestaande richtlijn 1999/36/EG verzekert aan de hand van gemeenschappelijke normen inzake ontwerp, constructie en follow-upcontroles een hoog niveau van vervoersveiligheid voor vervoerbare drukapparatuur (zonder daarbij het vrije verkeer en gebruik op de Europese vervoermarkt te beperken).

Met voorliggend voorstel worden richtlijn 1999/36/EG en een aantal verouderde richtlijnen ingetrokken:

• Het veiligheidstechnische deel van de inhoud van de bestaande richtlijn 1999/36/EG wordt ondergebracht in de internationale overeenkomsten1 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land en de richtlijn 2008/68/EG.

• Het deel van de richtlijn 1999/36/EG met betrekking tot het op de markt brengen en het gebruik van de vervoerbare drukapparatuur wordt overgebracht naar voorliggende conceptrichtlijn. Daarbij wordt rekening gehouden met een nieuw wetgevend kader inzake het verhandelen van industriële producten op de Europese interne markt, zoals vastgelegd in verordening 765/2008/EG en besluit 768/2008/EG; dit wetgevende kader omvat regels betreffende accreditatie, verplichtingen marktdeelnemers, conformiteitsbeoordelingen, controle van producten uit derde landen en de CE-markering.

Met het voorstel wordt bewerkstelligd dat:

• tegenstrijdigheid tussen diverse internationale regelgeving wordt voorkomen; en

• wordt aangesloten bij recente ontwikkelingen in communautaire wetgeving inzake het vrij verhandelen van industriële producten op de Europese interne markt.

4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

a) Bevoegdheid: Gedeelde bevoegdheid van de Gemeenschap en de Lidstaten op basis van Artikel 71. Dit is de juiste rechtsbasis.

b) Functionele toets

Subsidiariteit: positief

Proportionaliteit: positief

Onderbouwing:

Subsidiariteitsbeginsel

De voorgestelde richtlijn beoogt niet alleen een hoog veiligheidsniveau voor het vervoer van gevaarlijke goederen, maar bevat ook voorschriften voor het behoud van de bestaande interne markt voor de apparatuur die nodig is voor het vervoer van gassen. Hiervoor worden de algemene Europese beginselen die zijn opgenomen in de voorschriften van het zogenaamde «Nieuw wetgevend kader» (verordening 765/2008/EG en besluit 768/2008/EG), als basis gebruikt. Met nationale maatregelen alleen kan zo’n doelstelling niet worden behaald.

Proportionaliteitsbeginsel

Aangezien er al een richtlijn bestaat, hebben de wetgevende organen van de Europese Unie reeds geoordeeld dat een dergelijke maatregel noodzakelijk en evenredig is. Dit oordeel is gegrond, omdat stoffen die in vervoerbare drukapparatuur verpakt moeten worden, inherent gevaarlijk zijn. Het vervoer is nodig om stoffen die plaatselijk niet beschikbaar zijn en toch nodig zijn voor onder andere medisch, wetenschappelijk en industrieel gebruik, internationaal te vervoeren. Daarom is een Europese wetgeving die zorgt voor een gemeenschappelijk veiligheidsniveau en een efficiënt gebruik van vervoerbare drukapparatuur gerechtvaardigd. Een richtlijn biedt de mogelijkheid voor lidstaten eigen organisatorische keuzes te maken ten aanzien van de uitvoering.

a) Nederlands oordeel

Aangezien vervoerbare drukapparatuur internationaal wordt ingezet, is het doelmatig om deze kwestie in gezamenlijkheid te regelen vanuit oogpunt van veiligheid en vrije verhandelbaarheid van drukapparatuur. Nederland vindt een richtlijn het juiste instrument gezien de mogelijkheid eigen organisatorische keuzes te maken ten aanzien van uitvoering.

5. Implicaties financieel

a) Consequenties EG-begroting

De Commissie geeft in het voorstel aan dat het minieme financiële gevolgen heeft voor de EU-begroting.

b) Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/of decentrale overheden

c) Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger

d) Administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden

e) Administratieve lasten voor bedrijfsleven en burger

Ad b), c), d) en e):

Voorstel voor richtlijn behelst geen substantiële verzwaring ten opzichte van huidige richtlijn 1999/36/EG. Immers de inhoud van huidige richtlijn wordt voortaan deels geregeld in richtlijn 2008/68/EG en deels in voorliggende (voorstel tot) richtlijn. Verwacht worden lagere administratieve lasten voor het bedrijfsleven door meer eenduidige en geharmoniseerde regelgeving.

6. Implicaties juridisch

a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid

De huidige richtlijn vervoerbare drukapparatuur is geïmplementeerd in de regeling vervoerbare drukapparatuur. Deze regeling zal, nu daarin een groot aantal verwijzingen naar de oude richtlijn zijn opgenomen, als gevolg van de nieuwe richtlijn volledig moeten worden aangepast.

Op een aantal punten is (wetstechnische) verduidelijking van de richtlijn wenselijk. Zo is het nieuwe toepassingsbereik gekoppeld aan verschillende situaties die verderop in de richtlijn (artikel 12) weer terug komen, hetgeen een en ander minder overzichtelijk maakt. Ook de verhouding tussen de «erkende instantie» als bedoeld in de oude richtlijn en de «aangemelde instantie» in de nieuwe richtlijn verdient verduidelijking. De nieuwe richtlijn spreekt voorts van een aanmeldende autoriteit die toeziet op procedures voor beoordeling, de aanmelding en op de aangemelde instanties. Deze taak ligt op dit moment bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Gewaarborgd moet worden dat deze taak ook na de implementatie van de nieuwe richtlijn bij het ministerie kan worden gelegd. Voorkomen moet worden dat de richtlijn het ontstaan van een nieuwe autoriteit ten behoeve van deze taak noodzakelijk maakt.

Het expliciete onderscheid tussen fabrikanten, eigenaars, importeurs en distributeurs maakt het systeem volledig en meer overzichtelijk, maar kan een uitbreiding betekenen van het aantal actoren waar toezicht op moet worden gehouden.

b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen en kaderbesluiten), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid

De implementatietermijn is 30 juni 2011. Nu zeer waarschijnlijk enkel op het niveau van ministeriële regeling de Nederlandse regelgeving hoeft te worden aangepast, hoeft deze termijn geen probleem te vormen.

c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling

Evaluatie-/horizonbepaling is niet opgenomen in het voorstel. Gelet op het doel en de strekking van dit voorstel lijkt dit niet noodzakelijk.

7. Implicaties voor uitvoering en handhaving

a) Uitvoerbaarheid

Voorstel van richtlijn behelst meer eenduidige, eenvoudige en geharmoniseerde regelgeving, waardoor de uitvoerbaarheid wordt verbeterd ten opzichte van de huidige situatie.

b) Handhaafbaarheid

Voorstel van richtlijn behelst meer eenduidige, eenvoudige en geharmoniseerde regelgeving, waardoor de handhaafbaarheid wordt verbeterd ten opzichte van de huidige situatie.

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

N.v.t.

9. Nederlandse positie (belangen en eerste algemene standpunt)

a) Nederlandse belangen en eerste algemene standpunt

Nederland is voorstander van het in overeenstemming brengen van EU regelgeving met internationale regelgeving betreffende vervoerbare drukapparatuur ten behoeve van meer eenduidige en eenvoudige regelgeving. Aangezien na 30 juni 2011 de bepalingen van de internationale overeenkomsten en richtlijn 2008/68/EG verplicht moeten worden toegepast is het van belang voor die datum de richtlijn 1999/36/EG in te trekken teneinde tegenstrijdige regelgeving te voorkomen. Voorliggend voorstel van richtlijn wordt door Nederland als een logisch gevolg gezien van het onderbrengen van de EG-richtlijn in de internationale vervoerregelgeving en richtlijn 2008/68/EG. Wel zou Nederland graag zien dat de Commissie aangeeft wat de precieze financiële gevolgen zijn voor de EU-begroting.


XNoot
1

ADR: Europese overeenkomst betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over land; RID: Reglement betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen per spoor; ADN: Europese overeenkomst betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over binnenwateren.

Naar boven