22 112
Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

nr. 933
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 oktober 2009

Overeenkomstig de bestaande afspraken heb ik de eer u hierbij 4 fiches aan te bieden die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC):

1. Wijziging beschikking Europees Vluchtelingen Fonds;

2. Mededeling gezamenlijk EU hervestigingsprogramma (Kamerstuk 22 112, nr. 934);

3. Verordening inzake de vangstmogelijkheden Oostzee (Kamerstuk 22 112, nr. 935);

4. Mededeling inzake Europeana (Kamerstuk 22 112, nr. 936).

De staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,

F. C. G. M. Timmermans

Fiche: Wijziging beschikking Europees Vluchtelingen Fonds

1. Algemene gegevens

Titel voorstel: Voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Beschikking nr. 573/2007/EG tot instelling van het Europees Vluchtelingenfonds (EVF) voor de periode 2008–2013 als onderdeel van het algemeen programma «Solidariteit en beheer van de migratiestromen» en tot intrekking van Beschikking 2004/904/EG van de Raad.

Samen met dit voorstel keurt de Commissie een mededeling betreffende de vaststelling van een gemeenschappelijk hervestigingsprogramma van de EU goed – COM (2009) 447. Daarin worden de motivering, de doelstellingen, de context en het functioneren van het gemeenschappelijke EU-hervestigingsprogramma toegelicht. Dit fiche dient derhalve samen met die mededeling te worden gelezen.

Datum Commissiedocument: 2 september 2009

Nr. Commissiedocument: COM (2009) 456

Prelex:http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=198554

Nr. impact-assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board:

SEC (2009) 1127 en SEC (2009) 1128 (samenvatting), SEC (2009) 1129 (opinie IAB)

Behandelingstraject Raad: Raadswerkgroep Asiel, SCIFA, JBZ-Raad (waarschijnlijk 30 november 2009), Begrotingscomité

Eerstverantwoordelijk ministerie: Ministerie van Justitie

Rechtsbasis, stemwijze Raad, rol Europees Parlement en comitologie

a) Rechtsbasis: artikel 63 lid 2 onder b EG-Verdrag

b) Stemwijze Raad en rol Europees Parlement: gekwalificeerde meerderheid, medebeslissing EP

c) Comitologie: ja, beheerscomité van het algemeen programma «Solidariteit en beheer van de migratiestromen» waaronder het EVF valt.

2. Samenvatting BNC-fiche

Korte inhoud voorstel

Het voorstel beoogt de wijziging van de beschikking tot instelling van het Europees Vluchtelingenfonds (EVF) voor de periode 2008–2013, met de bedoeling elk jaar bij beschikking van de Commissie, na consultatie van de UNHCR en in nauw overleg met de hervestigingsdeskundigen van de lidstaten, de categorieën van personen aan te wijzen als gemeenschappelijke EU-hervestigingsprioriteiten voor het volgende jaar. Voor de aangewezen groepen komt extra financiële steun beschikbaar vanuit het EVF. Hervestigen is het opnemen van erkende vluchtelingen uit derde landen die bescherming krijgen in een lidstaat van de EU. Nederland hervestigt thans in zijn nationale hervestigingsprogramma jaarlijks ongeveer 500 vluchtelingen, dit voorstel brengt in dit aantal geen wijziging.

Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

Bevoegdheid: Het voorstel is gebaseerd op artikel 63 lid 2 onder b EG-Verdrag

Subsidiariteit: positief

Proportionaliteit: positief

Risico’s/implicaties/kansen

Een kanttekening is dat indien de lidstaten een grote claim leggen voor deze hervestigingsbijdrage, er minder middelen vanuit het EVF overblijven voor communautaire acties en nationale programma’s op de andere terreinen van het EVF. Hiertoe behoren projecten op het gebied van asielprocedures, de opvang van asielzoekers en integratie van toegelaten vluchtelingen. Dat betekent dat navenant minder EVF-projecten zullen worden uitgevoerd door/in Nederland en de andere lidstaten. Tegelijkertijd zal de Nederlandse hervestigingspraktijk meer dan thans voor vergoeding uit het EVF in aanmerking komen.

Nederlandse positie en eventuele acties

Nederland staat positief tegenover de inspanningen van de Europese Unie om te komen tot een gemeenschappelijk EU-hervestigingsprogramma en om lidstaten financieel te stimuleren zich hierbij aan te sluiten. Daarmee kan de EU een grotere – en op termijn – strategischere bijdrage leveren aan de bescherming van kwetsbare vluchtelingen uit derde landen via hervestiging. Hiermee wordt ook verdere solidariteit getoond met landen van opvang (vaak ontwikkelingslanden) die grote aantallen vluchtelingen opvangen.

3. Samenvatting voorstel

Inhoud voorstel

Het voorstel beoogt de wijziging van de beschikking tot instelling van het EVF voor de periode 2008–2013, met de bedoeling financiële steun te verlenen voor de hervestiging van de categorieën van personen die elk jaar bij beschikking van de Commissie worden aangewezen als gemeenschappelijke EU-hervestigingsprioriteiten voor het volgende jaar. Hervestigen is het opnemen van erkende vluchtelingen uit derde landen die bescherming krijgen in Nederland of elders in de EU.

Het vaststellen van die prioriteiten zal gebeuren op basis van een indicatieve prognose van hervestigingbehoeften, die telkens in het voorjaar (medio maart) door het UNHCR wordt verstrekt, en in nauw overleg met de hervestigingsdeskundigen van de lidstaten en andere belanghebbenden. Daartoe zal jaarlijks een bijeenkomst met deze deskundigen worden belegd. Op basis van het resultaat van deze bijeenkomst stelt de Commissie een voorontwerp op voor een beschikking tot vaststelling van de gemeenschappelijke EU-hervestigingsprioriteiten en legt zij dit voor advies voor aan het beheerscomité van het algemeen programma «Solidariteit en beheer van de migratiestromen», waaronder het EVF valt.

Binnen twintig kalenderdagen na de vaststelling van de beschikking van de Commissie over de gemeenschappelijke EU-hervestigingsprioriteiten bezorgen de lidstaten de Commissie een raming van het aantal personen dat zij in de loop van het volgende jaar in overeenstemming met deze gemeenschappelijke EU-jaarprioriteiten zullen hervestigen. Op basis van deze toezeggingen ontvangen de lidstaten een extra financiële steun van € 4 000 per te hervestigen persoon.

Impact assessment Commissie

SEC (2009) 1127 en SEC (2009) 1128 (samenvatting), (2009) 1129 (opinie IAB)

De mededeling hervestiging beoogt een gezamenlijk EU-hervestigingsprogramma voor vluchtelingen op te zetten om te komen tot een grotere betrokkenheid van de EU bij hervestiging en tot meer afstemming en praktische samenwerking tussen Europese lidstaten die deelnemen aan hervestiging. De Europese Commissie is voorstander van een EU-hervestigingsprogramma omdat het EU-aandeel in hervestiging thans nog beperkt is.

4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en proportionaliteitsoordeel

a) Bevoegdheid

Het voorstel is gebaseerd op artikel 63 lid 2 onder b EG-Verdrag.

b) Functionele toets:

Subsidiariteit: positief

Proportionaliteit: positief

Onderbouwing:

Momenteel nemen slechts tien lidstaten (NL, ZWE, DEN, FIN, VK, IER, POR, FRA, RO en TSJ) jaarlijks deel aan hervestiging van vluchtelingen. Daarnaast vindt in een aantal lidstaten hervestiging op ad-hoc basis plaats. Er vindt geen afstemming plaats op EU-niveau en er is maar een beperkte mate van praktische samenwerking. De financiële bijdrage kan er toe leiden dat meer lidstaten worden gestimuleerd tot het hervestigen van vluchtelingen. Hiermee kan de EU de humanitaire en strategische impact van hervestiging vergroten. Hiermee wordt ook verdere solidariteit getoond met landen van opvang (vaak ontwikkelingslanden) die grote aantallen vluchtelingen opvangen. Dit kan alleen op Europees niveau worden gerealiseerd.

Het voorstel gaat niet verder dan nodig is om het doel van stimuleren van de EU-lidstaten om over te gaan tot hervestiging van vluchtelingen te bereiken.

c) Nederlands oordeel

Nederland is voorstander van hervestiging van vluchtelingen uit derde landen, om de bescherming van vluchtelingen in bepaalde regio’s van de wereld te verbeteren en om UNHCR hierbij te ondersteunen. Nederland vindt het van belang dat dit ook in EU-verband wordt opgepakt. De financiële stimulansen vanuit het EVF kunnen er aan bijdragen dat meer lidstaten worden gestimuleerd tot het hervestigen van vluchtelingen.

5. Implicaties financieel

a) Consequenties EG-begroting

Onderhavig voorstel is verenigbaar met de kredieten en de programmering van het algemeen programma «Solidariteit en beheer van de migratiestromen» tot 2013.

b) Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/of decentrale overheden

Hervestiging door Nederland zal met dit voorstel meer dan thans voor vergoeding uit het EVF in aanmerking komen. De huidige categorieën op basis waarvan een financiële tegemoetkoming per vluchteling bij het EVF kan worden verkregen worden vervangen door de jaarlijkse EU-prioriteiten voor hervestiging die door de Commissie in samenspraak met de expertgroep hervestiging worden vastgesteld. Van deze aanpassingen binnen het EVF op het gebied van hervestiging zal Nederland financieel kunnen profiteren, omdat een groter deel van het quotum dat Nederland jaarlijks hervestigt zal vallen onder de jaarlijkse prioriteiten binnen de EU. Nederland kan deze prioriteiten zelf mede bepalen.

De wijziging in het EVF kan echter ook tot gevolg hebben dat als lidstaten een grote claim leggen voor deze hervestigingsbijdrage, er minder middelen vanuit het EVF overblijven voor communautaire acties en nationale programma’s op de andere terreinen van het EVF. Hiertoe behoren projecten op het gebied van asielprocedures, de opvang van asielzoekers en integratie van toegelaten vluchtelingen. Dat betekent dat navenant minder EVF-projecten zullen worden uitgevoerd door/in Nederland en de andere lidstaten. Indien het voorstel budgettaire gevolgen heeft, worden deze ingepast op de begroting van de beleidsverantwoordelijke departementen, conform de regels budgetdiscipline.

c) Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger

Geen.

d) Administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden

Geen.

e) Administratieve lasten voor bedrijfsleven en burger

Geen.

6. Implicaties juridisch

a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid

Geen.

b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen en kaderbesluiten), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid

Hierover staat niets in het voorstel.

c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling

Het EVF is opgericht voor de periode 2008–2013.

7. Implicaties voor uitvoering en handhaving

a) Uitvoerbaarheid

N.v.t.

b) Handhaafbaarheid

N.v.t.

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

Geen.

9. Nederlandse positie (belangen en eerste algemene standpunt)

Nederland is voorstander van gemeenschappelijk hervestiging van vluchtelingen. De financiële bijdrage uit het EVF kan er toe leiden dat meer lidstaten worden gestimuleerd tot het hervestigen van vluchtelingen uit derde landen. Hiermee kan de EU de humanitaire en strategische impact van hervestiging vergroten en wordt solidariteit getoond met landen van opvang die grote aantallen vluchtelingen opvangen. Nederland hervestigt thans in zijn nationale hervestigingsprogramma jaarlijks ongeveer 500 vluchtelingen, dit voorstel brengt in dit aantal geen wijziging. Het aantal uit te nodigen vreemdelingen blijft nationaal beleid.

Naar boven