22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 2899 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 juli 2020

Bij deze bied ik u de kabinetsreactie aan op de openbare raadpleging die de Europese Commissie organiseert in verband met de beoordeling van de mogelijke economische, sociale en milieugevolgen van de beleidsoptie bij de herziening van de EU-Verordening1 betreffende de overbrenging van afvalstoffen, de EVOA2. Deze consultatie vindt plaats in het kader van de herziening van deze verordening op grond van artikel 60, lid 2a, EVOA. Met deze brief geef ik gevolg aan de afspraak inzake informatievoorziening over Europese besluitvorming.3

Vanuit het hoofddoel bescherming van het milieu, legt de huidige EVOA al beperkingen op aan internationale transporten van afval. Zo is het nu al verboden om afval uit de EU te storten of op een andere manier te «verwijderen» in landen, die niet tot de Europese Vrijhandelsassociatie behoren. Verder is het nu ook al verboden gevaarlijk afval uit de EU te exporteren naar niet-OESO-landen.

In deze reactie geeft het kabinet aan wijzigingen te steunen die de effectiviteit van de EVOA verbeteren en die een zo hoogwaardig mogelijke verwerking van het afval binnen de EU bevorderen. Alleen als duidelijk wordt aangetoond dat een specifieke afvalstroom op een milieuverantwoorde wijze wordt verwerkt, willen we export van dat afval uit de EU kunnen blijven toestaan. Deze voorwaarde van een milieuverantwoorde verwerking dient daarbij goed te zijn geborgd. De verwerking van dat afval wordt daarmee de facto gekoppeld aan Europese eisen voor een milieuverantwoorde verwerking.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer


X Noot
1

Verordening (EG) nr. 1013/2006

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

X Noot
3

Kamerstuk 22 112, nr. 1581

Naar boven