22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 2244 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 november 2016

Overeenkomstig de bestaande afspraken ontvangt u hierbij drie fiches, die werden opgesteld door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).

Fiche: Herziening Europass besluit (Kamerstuk 22 112, nr. 2243)

Fiche: Raadsverordening voor vaststelling steun en restituties voor Landbouwproducten

Fiche: Verordening voor het toekennen van tijdelijke autonome handelsmaatregelen voor Oekraïne (Kamerstuk 22 112, nr. 2245)

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

Fiche: Raadsverordening voor vaststelling steun en restituties voor landbouwproducten

1. Algemene gegevens

  • a) Titel voorstel

    Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1370/2013 houdende maatregelen tot vaststelling van steun en restituties in het kader van de gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten

  • b) Datum ontvangst Commissiedocument

    6 oktober 2016

  • c) Nr. Commissiedocument

    COM(2016) 653

  • d) EUR-lex

    http://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?qid=1475852841975&uri=CELEX:52016PC0653

  • e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board Niet opgesteld

  • f) Behandelingstraject Raad

    Landbouwraad

  • g) Eerstverantwoordelijk ministerie

    Ministerie van Economische Zaken

  • h) Rechtsbasis

    Artikel 43, lid 3 van de Verdrag betreffende de werking van de EU

  • i) Besluitvormingsprocedure Raad

    gekwalificeerde meerderheid

  • j) Rol Europees Parlement

    Geen.

2. Essentie voorstel

Inhoud voorstel

Als gevolg van een recente uitspraak1 van het Europese Hof van Justitie (het Hof) wordt een artikel (artikel 7) van de iGMO-verordening (Verordening nr. 1308/2013 van het Europees Parlement en de Raad) verplaatst naar een Raadsverordening (Verordening nr. 1370/2023 van de Raad). Het betrokken artikel legt de referentiedrempels2 vast die gelden voor het vaststellen van de openbare interventieprijzen3 in het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Omdat artikel 43(3) van het Verdrag voor de Werking van de Unie (VWEU) bepaalt dat de Raad zelfstandig dergelijke onderwerpen mag bepalen, oordeelde het Hof dat het artikel in de iGMO-verordening – die samen met het Europees Parlement is vastgesteld – nietig is, evenals het daarmee samenhangende artikel in de Raadsverordening waarin de openbare interventieprijzen zijn vastgesteld. Om uitvoering te geven aan de Hofuitspraak stelt de Commissie daarom voor om het artikel uit de iGMO-verordening integraal op te nemen in de Raadsverordening. Daarnaast wordt het artikel over de openbare interventieprijzen (artikel 2) aangepast aan de overname van het artikel uit de iGMO verordening.

Het Hof heeft in haar uitspraak op 7 september 2016 bepaald dat de rechtgevolgen van de vernietigde artikelen maximaal 5 maanden gehandhaafd blijven zodat er tijd is om de artikelen op de juiste wijze op te nemen in wetgeving.

a) Impact assessment Commissie

Omdat er geen sprake is van een inhoudelijke wijziging van de verordening is er geen impact assessment opgesteld.

3. Nederlandse positie ten aanzien van het voorstel

a) Essentie Nederlands beleid op dit terrein

Nederland hecht aan een correcte uitoefening van de institutionele bevoegdheden van Raad en Europees Parlement. Nederland hecht ook aan opvolging van uitspraken van het Hof. Dat betekent in dit geval dat de institutionele bevoegdheidsverdeling moet worden gerespecteerd en dat recht moet worden gedaan aan de bevoegdheid van de Raad op het vlak van het vaststellen van prijzen en steunbedragen.

b) Beoordeling + inzet ten aanzien van dit voorstel

Aanpassing van de Raadsverordening is het logische gevolg van de Hofuitspraak, het voorstel repareert de door de Hofuitspraak vernietigde bepalingen. Nederland steunt het voorstel van de Commissie. Nederland heeft wel een vraag bij de handhaving van de kruisverwijzing naar artikel 13 van de iGMO-verordening in het aangepaste artikel 2 van de Raadsverordening. In artikel 13 iGMO-verordening is vastgelegd dat de Commissie de openbare interventie kan openen voor rundvlees indien de gemiddelde marktprijs voor rundvlees onder 85% van de referentiedrempel als bedoeld in artikel 7 ligt, in artikel 2 van de Raadsverordening dat de interventieprijs niet hoger mag liggen dan het in artikel 13 iGMO-verordening bedoelde niveau. In het voorstel voor de aanpassing van de Raadsverordening is wel opgenomen dat verwijzingen naar de referentiedrempels in de iGMO-verordening moeten worden opgevat als verwijzingen naar de referentiedrempels in de Raadsverordening (artikel 1a, lid 3). Deze kruisverwijzing wekt echter onnodig verwarring en doet inhoudelijk niet volledig recht aan het Hof arrest omdat het niveau van de interventieprijs op deze manier niet rechtstreeks in de Raadsverordening wordt bepaald. Gelet op de Hofuitspraak vindt Nederland daarom dat in artikel 2 van de Raadsverordening moet worden opgenomen dat de interventieprijs voor rundvlees ten hoogste op 85% van de referentiedrempel ligt in plaats van dit via een kruisverwijzing naar de iGMO-verordening te bepalen. Nederland zal zich ervoor inzetten het voorstel op dit punt aangepast te krijgen. Nederland zal zich er ook voor inzetten om snel tot een akkoord te komen, voordat de vijf-maanden termijn waarin de rechtsgevolgen van de door het Hof vernietigde artikelen gehandhaafd blijven, verstreken is.

c) Eerste inschatting van krachtenveld

Het Commissie voorstel beperkt zich tot de in het licht van het arrest noodzakelijke technische aanpassing om de continuïteit te borgen. Op dit moment zijn zowel openbare interventie als particuliere opslag opengesteld voor magere melkpoeder. Deze openstelling is verlengd tot 30 september 2017. Een aantal lidstaten pleit ook voor een inhoudelijke aanpassing van de Raadsverordening ten gunste van hogere interventieprijzen. Nederland is tegen een verhoging van de interventieprijzen, omdat hiermee het vangnet te hoog komt te liggen en de vrije marktwerking wordt beperkt.

4. Beoordeling bevoegdheid, subsidiariteit en proportionaliteit

a) bevoegdheid

De EU is bevoegd om tot maatregelen te komen gebaseerd op artikel 43 VWEU: de uitvoering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. Het betreft hier een gedeelde bevoegdheid (art. 4 lid 2 VWEU). Volgens Nederland is dit de juiste rechtsbasis.

b) subsidiariteit

Het oordeel over de subsidiariteit is positief. Steunmaatregelen zoals openbare interventie en particuliere opslag zijn instrumenten van de gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten, onderdeel van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, en dienen om tijdelijke verstoringen van de interne landbouwmarkten op te vangen. Voor een betrouwbaar functionerend vangnet zijn Europees bepaalde referentiedrempels en interventieprijzen noodzakelijk.

c) proportionaliteit

Het oordeel over de proportionaliteit is positief. Het voorstel bevat enkel het strikt noodzakelijke om uitvoering te geven aan het dwingende arrest van het Hof.

5. Financiële implicaties, gevolgen voor regeldruk en administratieve lasten

a) Consequenties EU-begroting

Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting.

b) Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of decentrale overheden

Het voorstel heeft geen financiële consequenties.

c) Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger

Het voorstel heeft geen financiële consequenties.

d) Gevolgen voor regeldruk/administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden, bedrijfsleven en burger

N.v.t.

e) Gevolgen voor concurrentiekracht

N.v.t.

6. Implicaties juridisch

a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid (inclusief toepassing van de lex silencio positivo)

Het voorstel heeft geen juridische consequenties.

b) Gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen, incl. NL-beoordeling daarvan

N.v.t.

c) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij verordeningen en besluiten) met commentaar t.a.v. haalbaarheid

Een Raadsverordening is verbindend in al haar onderdelen en «rechtstreeks toepasselijk». De voorgestelde datum van inwerkingtreding van de Verordening is de dag van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Naast het feit dat het voorstel een herstelactie betreft behoeft de vaststelling van steun in het kader van Europese steunmaatregelen geen nationale implementatiemaatregelen.

d) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling

Er is geen evaluatie-/horizonbepaling in het voorstel opgenomen. Dit is ook niet nodig omdat de Raadsverordening een wijziging betreft van de reeds bestaande Raadsverordening (1370/2013).

7. Implicaties voor uitvoering en/of handhaving

N.v.t.

8. Implicaties voor ontwikkelingslanden

Deze verordening heeft geen implicatie voor ontwikkelingslanden.


X Noot
1

Arrest van het Hof van Justitie van 7 september 2016 in zaak C/113/14 (Duitsland/parlement en Raad)

X Noot
2

Referentiedrempels bepalen wanneer steunmaatregelen worden opengesteld.

X Noot
3

Interventieprijzen bepalen de hoogte van de steun.

Naar boven