Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 maart 2013
Bij brief van 28 februari 2013 vraagt de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie
mij ter aanvulling op het BNC-fiche inzake het Besluit Solidariteitsclausule een appreciatie
te geven van de consequenties van de voorlopige uitkomst van de onderhandelingen over
het Meerjarig Financieel Kader voor het Solidariteitsfonds. Door middel van deze brief
voldoe ik aan dit verzoek, evenals aan de toezegging aan Lid Van der Steur om de Kamer
over de verdeelsleutel van het Meerjarig Financieel Kader te informeren.
In het Besluit Solidariteitsclausule staat de bepaling opgenomen dat een door een
crisis getroffen lidstaat, waar passend, financiële ondersteuning uit het Solidariteitsfonds
kan ontvangen. Omdat de EU-begroting geen voorzieningen kent, gaan uitkeringen uit
het Solidariteitsfonds ten laste van andere uitgaven of moeten middels extra afdrachten
worden bekostigd. De Solidariteitsclausule kan indirect dus financiële consequenties
hebben voor de EU-begroting en voor de nationale begroting. Daar waar het voorstel
financiële consequenties heeft voor de rijksoverheid worden deze kosten, conform de
regels budgetdiscipline, gedragen binnen de begrotingen van de verantwoordelijke ministeries.
Het Solidariteitsfonds is gemaximeerd voor een periode van zeven jaar (tot en met
2013). Voor wat betreft eventuele bijdragen uit het Solidariteitsfonds na 2013 is
van belang dat de omvang en de uitkeringsvoorwaarden van dit fonds onderdeel zijn
van de onderhandelingen inzake een nieuw Meerjarig Financieel Kader 2014–2020. Tijdens
de Europese Raad van 7-8 februari jl. is een politiek akkoord bereikt over een Meerjarig
Financieel Kader 2014–2020. In totaal nemen de begrootte uitgaven af ten opzichte
van het vorige Meerjarig Financieel Kader. De precieze verdeelsleutel over de verschillende
posten, waaronder het Solidariteitsfonds, laat echter nog op zich wachten. Naar verwachting
zal dat nog wel enkele weken duren. De Kamer zal geïnformeerd worden wanneer de verdeelsleutel
voor het Solidariteitsfonds bekend is.
De Kamer zal daarnaast in de geannoteerde agenda van de JBZ-Raad en wanneer daartoe,
gezien het verloop van de onderhandelingen aanleiding bestaat, geïnformeerd worden
over de voortgang van de onderhandelingen over de Solidariteitsclausule. In deze informatie
zal, zoals de vaste commissie in haar brief verzoekt, het krachtenveld in de Raad
ten aanzien van de reikwijdte van het voorstel, de criteria voor gecoördineerde actie,
de verhouding tussen lidstaten, Raad, Commissie, Hoge Vertegenwoordiger, betrokken
diensten (zowel nationale als Europese diensten, ook militair) en de financiële consequenties,
worden aangegeven.
De minister van Veiligheid en Justitie,
I.W. Opstelten