22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Nr. 1564 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 Februari 2013

Op 29 november 2012 heeft de Europese Commissie het «Groenboek inzake een geïntegreerde markt van pakketbestellingen voor de groei van de elektronische handel in de EU» uitgebracht (COM(2012)698).

In het groenboek is aangegeven dat de deadline voor reacties 15 februari is. Die deadline is gewijzigd naar 22 februari. Gezien de datum waarop uw Kamer deze concept-kabinetsreactie ontvangt en de voorhangperiode van 30 dagen zal die deadline niet worden gehaald. De Europese Commissie is geïnformeerd dat de reactie van het Nederlandse kabinet later zal komen.

Deze brief bevat de kernpunten van de reactie van het Nederlandse kabinet op dit groenboek. De bijlage bevat de antwoorden op de vragen uit het groenboek1.

Doel groenboek

In dit groenboek wordt onderzocht wat de huidige stand van zaken in de markt voor elektronische handel en besteldiensten is en wat nodig is om te komen tot een interne markt voor leveringen. Het groenboek inventariseert daartoe de voornaamste uitdagingen voor de verschillende spelers en heeft tot doel inzicht te krijgen in kansen die bestaan om het leveringsproces te verbeteren ten behoeve van burgers en ondernemingen (met name het midden- en kleinbedrijf).

De Commissie geeft in het groenboek aan dat zij op basis van de informatie die uit de reacties op het groenboek komt in het voorjaar van 2013 conclusies zal trekken over de reeks acties die nodig zijn om de interne markt voor pakketbestellingen te voltooien.

Concept-kabinetsreactie

Inleiding

Het Nederlandse kabinet verwelkomt het «Groenboek over een geïntegreerde markt van pakketbestellingen voor de groei van de elektronische handel in de EU». Het kabinet is van mening dat versterking van de digitale interne markt essentieel is voor het stimuleren van economische groei en het creëren van meer werkgelegenheid. Een goed functionerende digitale interne markt stimuleert concurrentie tussen ondernemingen en leidt tot meer keuzemogelijkheden, betere service en lagere prijzen voor consumenten. Er is reeds een aantal initiatieven door de Europese Commissie opgestart, dan wel afgerond om te komen tot een beter functionerende digitale interne markt. Het Nederlandse kabinet beoordeelt dit groenboek dan ook in deze context.

Recente ontwikkelingen

Vertrouwen van de consument in het e-commerce proces is van belang voor de versterking van de digitale interne markt. Om dit vertrouwen te vergroten zijn belangrijke stappen gezet. De richtlijn consumentenrechten harmoniseert en versterkt een aantal consumentenrechten binnen de Europese Unie. Zo regelt deze richtlijn dat de consument dient te worden geïnformeerd over de kosten en wijze van levering. Verder wordt door deze richtlijn het herroepingsrecht verlengd. Het Commissievoorstel richtlijn alternatieve beslechting van consumentengeschillen biedt consumenten binnen de Europese Unie betere mogelijkheden tot klachtenafhandeling. Ook winkels moeten vertrouwen hebben in e-commerce om hun producten online aan te bieden. Onder andere verschillen in regelgeving kunnen een belemmering vormen bij het aanbieden van producten over de grens. Afgelopen jaren zijn stappen gezet om regelgeving te harmoniseren, zo zijn belemmeringen weggenomen voor grensoverschrijdende e-commerce door de richtlijn consumentenrechten en de nieuwe adresstandaard van het Europees Comité voor Normalisatie (CEN). De harmonisatie van consumentenrechten is echter nog niet voltooid.

Dynamische markt

E-commerce is een nieuwe, dynamische markt, die zich in snel tempo ontwikkelt en vraagt om nieuwe vormen van dienstverlening. Gelet op de onmiskenbare rol van de logistieke sector is het van belang dat deze sector gelijke tred houdt met de ontwikkelingen in e-commerce. De logistieke sector zal zich ook steeds meer richten op het bedrijf naar consument (B2C) segment. Het Nederlandse kabinet vindt het dan ook positief dat de Europese Commissie deze ontwikkelingen nauwlettend volgt, onder meer door met grote regelmaat onderzoeken te laten uitvoeren naar de ontwikkelingen in e-commerce. Het Nederlandse kabinet wijst er echter op dat in een jonge markt als e-commerce het ook van belang is deze niet te verstoren door te snel in te grijpen. Regulering werkt vaak verstarrend en dat past niet bij deze dynamische, zich snel ontwikkelende markt.

In het groenboek wordt uitgebreid ingegaan op de transparantie in kosten van levering en op kwaliteit van service (onder meer track and trace). Voorts wordt ingegaan op de concurrentie op de markt van besteldiensten en interoperabiliteit tussen webwinkels en exploitanten van besteldiensten. Het mededingingsrecht is volledig van toepassing op de markt voor besteldiensten. De Europese en nationale mededingingsautoriteiten houden toezicht op de naleving daarvan. Het is van belang dat bedrijven op deze markt zowel op prijs als op kwaliteit van service kunnen concurreren. Het uitgangspunt van het kabinet bij de beantwoording van de vragen is dat webwinkels de bezorgdienst kiezen.2 Het is dus aan de webwinkel om de exploitant te kiezen met wie hij tot goede afspraken kan komen over de te leveren service en de prijs. Het Nederlandse kabinet is van mening dat versterking van de rechten van de consument ten opzichte van de webwinkel inmiddels is geregeld in de richtlijn oneerlijke handelspraktijken en de richtlijn consumentenrechten. Op basis hiervan ziet het kabinet geen aanleiding deze markt van levering van pakketdiensten te reguleren. Wel ziet het Nederlandse kabinet mogelijkheden om deze markt verder te stimuleren. Uit onderzoek is gebleken dat zowel consumenten als webwinkels belemmeringen ervaren die voortvloeien uit een gebrek aan kennis van zowel bestaande mogelijkheden in de markt voor e-commerce als van rechten die ze hebben3. Het is dus van belang dat vanuit de Europese Commissie wordt gewerkt aan een betere voorlichting hierover. De e-commerce markt bestaat uit veel webwinkels van kleine omvang. Om de positie van deze kleine bedrijven te versterken zouden webwinkels, binnen de randvoorwaarden van het mededingingsrecht, kunnen samenwerken in een platform en in groepen onderhandelen met de exploitant van besteldiensten. Dat geldt ook voor kleine exploitanten van besteldiensten die onderhandelen met webwinkels dan wel met grotere exploitanten van besteldiensten uit de keten, waarbij ook aandacht moet zijn voor de sociale (arbeidsrechtelijke) gevolgen voor individuen, waaronder de individuele pakketbezorger. Dit aspect heeft de aandacht van het Nederlandse kabinet mede in relatie tot het bredere vraagstuk over de verhouding tussen vaste en flexibele arbeid.

De minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
2

Uit onderzoek blijkt ook dat consumenten er geen waarde aan hechten om zelf de exploitant te kunnen kiezen. (Focus on the Future, The Boston Consulting Group 2012 in opdracht van de International Post Corporation)

X Noot
3

Intra-Community cross-border parcel delivery, FTI Consulting 2011

Naar boven