nr. 64
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 25 oktober 2002
Met referte aan uw in de aanhef vermelde brief van 11 oktober 2002 bericht
ik u als volgt.
Het door u gevraagde overzicht van de wapenuitvoervergunningen is als
bijlage gevoegd bij het jaarrapport over 2001 inzake de Nederlandse wapenexport,
dat u op 3 juli 2002 (kamerstuk 22 054, nr. 63) is toegegaan.
In aanvulling daarop heb ik u heden een cijfermatig overzicht toegestuurd
van de in de eerste helft van 2002 afgegeven vergunningen voor de uitvoer
van militaire goederen.
Een overzicht van de individuele vergunningen die in 2000, resp. 2001
zijn afgegeven is u op 27 november 2001 (EZ01-656), resp. 12 juli
2002 (EZ02-362) door mijn ambtsvoorganger Ybema toegestuurd. Het overzicht
over 2002 kan u op zijn vroegst medio 2003 worden toegestuurd.
Ik wijs u er op dat toezending van deze overzichten geschiedt op voorwaarde
dat deze op de griffie worden bewaard, uitsluitend ter inzage door de leden
van de vaste Commissies voor resp. BZ en EZ. Dit impliceert dat een eventueel
debat hierover alleen in een besloten gedeelte van het overleg plaats kan
vinden.
U vroeg mij voorts om aan te geven welke maatregelen zijn genomen om de
uitvoerende diensten toe te rusten op hun taken in het kader van de doorvoerregeling
van militaire goederen. Ik heb geconstateerd dat de uitvoerende diensten wat
mankracht betreft voldoende zijn toegerust op de taken die voortvloeien uit
de nieuwe doorvoerregeling. Er blijkt in de praktijk echter nog onvoldoende
duidelijkheid te bestaan omtrent de onderlinge taakafbakening. Ik ben van
mening dat dit snel moet verbeteren, en zal daarvoor de medewerking van de
betrokken bewindslieden vragen. Ik zal hierover tijdens het voor 31 oktober
a.s. voorziene algemeen overleg inzake het wapenexportbeleid nadere informatie
verschaffen.
Tenslotte meld ik u dat, sinds de inwerkingtreding op 1 januari 2002
van de nieuwe wetgeving inzake doorvoer, in totaal 17 vergunningen en consenten voor doorvoer zijn verleend. Er zijn tot nu toe geen vergunningen
geweigerd.
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
J. G. Wijn