22 054 Wapenexportbeleid

Nr. 402 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 maart 2024

Op 19 februari heeft uw Kamer verzocht om aanvullende informatie over de Kamerbrief «Beëindiging onderhandelingen verkoop F-16’s aan Draken International» (Kamerstuk 22 054, nr. 400 van 5 februari 2024). In reactie hierop melden wij u het volgende:

Domeinen Roerende Zaken (DRZ) van het Ministerie van Financiën en Defensie hebben namens de Staat gesprekken gevoerd met de firma Draken International (hierna: Draken). De partijen hebben gezamenlijk gekeken naar de mogelijkheden om voorwaarden vast te stellen waaronder Draken zes F-16’s kon kopen. Tijdens de gevoerde gesprekken hebben de partijen vastgesteld dat een levering onder de gestelde voorwaarden niet haalbaar is. Een doorslaggevende factor was daarbij dat Defensie op 28 juni 2023 van de Amerikaanse overheid vernam dat zij het besluit heeft genomen om voor onbepaalde tijd geen vergunningsaanvragen in behandeling te nemen voor overdracht van F-16’s aan private partijen. Na navraag door Defensie herhaalde de Amerikaanse overheid dit standpunt op 7 september 2023.

Deze beleidswijziging van de Amerikaanse overheid had als resultaat dat zelfs als de Staat en Draken een koopovereenkomst zouden sluiten, de juridische levering van de betreffende toestellen aan Draken voor onbepaalde tijd, en mogelijk zelfs definitief, zou moeten worden opgeschort. Gelet op de geopolitieke ontwikkelingen, is deze beleidswijziging begrijpelijk.

Vanuit commercieel vertrouwelijk oogpunt kunnen wij geen verdere uitspraken doen over de inhoud van de gesprekken tussen de Staat en Draken. Wel kunnen wij uw Kamer melden dat beide partijen het niet langer opportuun achtten om een nieuwe verkoopovereenkomst te sluiten onder de gegeven omstandigheden. Daarmee zijn de onderhandelingen met wederzijds goedvinden beëindigd. Zoals gemeld aan uw Kamer op 5 februari, worden de zes F-16’s toegevoegd aan de 18 F-16’s die gereed worden gesteld ten behoeve van Oekraïne op basis van dezelfde voorwaarden en de gebruikelijke exportcontroletoets als eerder gecommuniceerd aan uw Kamer (Kamerstuk 36 045, nr. 173).

De Minister van Defensie, K.H. Ollongren

De Staatssecretaris van Defensie, C.A. van der Maat

Naar boven