22 054 Wapenexportbeleid

Nr. 376 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 december 2022

Uw Commissie heeft op 23 november jl. gevraagd om een (vertrouwelijke) brief over het exportcontrolebeleid voor halfgeleidertechnologie ter voorbereiding op de vertrouwelijke briefings van respectievelijk 1 en 8 december. Met deze openbare brief met vertrouwelijke bijlage1 beantwoord ik, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, uw vraag.

In deze brief schets ik het beleid ten aanzien van exportcontrole van dual use goederen en het additionele afwegingskader van het kabinet voor halfgeleidertechnologie. Tijdens het Commissiedebat van 23 november jl. werd ook gevraagd naar de positie van internationale partners. Omwille van de vertrouwelijkheid van gesprekken met derde landen, kan ik helaas niet ingaan op de posities die zij innemen in de gesprekken met de Nederlandse overheid. Tevens ga ik in op de maatregelen van de Amerikaanse administratie op gebied van halfgeleiders van 7 oktober jl.

Exportcontrole van dual use goederen

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is verantwoordelijk voor de exportcontrole op militaire en dual use goederen. In de uitvoering van het beleid werkt het Ministerie van Buitenlandse Zaken intensief samen met de Douane. Zoals bekend is het besluit tot afgifte van exportvergunningen voor dual use goederen een nationale bevoegdheid, maar zijn de overkoepelende juridische kaders voor exportcontrole overeengekomen in EU-verband.

Het doel van exportcontrole van dual use goederen, diensten en technologie is erop gericht te voorkomen dat export hiervan, rechtstreeks of via doorgeleiding, ongewenste gevolgen heeft, zoals ten behoeve van proliferatie van massavernietigingswapens, conventionele militaire inzet of voor mensenrechtenschendingen. Zoals vermeld in de Kamerbrief Open Strategische Autonomie is exportcontrolebeleid een manier om ongewenste technologische overdracht te voorkomen2.

Nederland beoordeelt elke vergunningaanvraag voor export van dual use goederen en technologie op een case-by-case basis op het risico van ongewenst eindgebruik. Deze beoordeling vindt plaats voorafgaand aan de export. De overheid maakt deze risicoanalyse in het kader van de (inter)nationale veiligheid op basis van de daarvoor geldende criteria, zoals de eigenschappen van het te exporteren product, de toepasbaarheid van het product, de eindgebruiker en het land van bestemming. Bij het analyseren van de mogelijke risico’s, gebruikt de overheid verschillende bronnen, zowel vertrouwelijk als openbaar, waaronder het Dreigingsbeeld Statelijke Actoren3 en informatie uit de rapportages van de AIVD en MIVD4.

Uitgangspunten bij exportcontrole van halfgeleidertechnologie

Het hiervoor beschreven exportcontrolekader doet geen recht aan de unieke aard en het grote belang van halfgeleidertechnologie, en alle (toekomstige) technologische toepassingen. Halfgeleiders zitten namelijk verwerkt in alle elektronica, van mobiele telefoons en ijskasten tot vitale infrastructuur en militaire toepassingen, en zijn dus inherent dual use. De rol van Nederland(se bedrijven) in de halfgeleiderketen is cruciaal en uniek, met name op het gebied van de machines waarmee geavanceerde halfgeleiders worden gemaakt. Dit gaat niet alleen om lithografie-machines maar ook om machines die in andere stappen van de halfgeleider productieproces een essentiële rol spelen.

Meerdere factoren spelen een rol in exportcontrolebeleid in deze sector, waaronder risico-inschattingen voor de (inter)nationale veiligheid, de strategische positie van het Nederlandse bedrijfsleven binnen de wereldwijde halfgeleiderindustrie en het belang van deze sterke positie voor de EU als geheel, de mondiale verwevenheid van de halfgeleiderwaardeketen, en de geopolitieke dynamiek. Om deze factoren mee te wegen in de toetsing bij de export van dergelijke technologieën, heeft het kabinet een aanvullend strategisch kader voor exportcontrole van de halfgeleidertechnologie ontwikkeld dat past binnen het bestaande exportcontrolebeleid. In dit kader zijn drie strategische doelen gedefinieerd met nationale veiligheid als uitgangspunt:

  • 1. Voorkomen dat Nederlandse goederen bijdragen aan ongewenst eindgebruik, zoals militaire inzet of in massavernietigingswapens.

  • 2. Voorkomen van ongewenste strategische afhankelijkheden.

  • 3. Behoud van Nederlands technologisch leiderschap en westerse standaarden.

Bij beoordeling van een casus betreffende halfgeleidertechnologie wordt per geval een specifiek afweging gemaakt op basis van de drie uitgangspunten. Door de tijd heen kan de manier waarop de afweging wordt gemaakt, veranderen. Dit kader is op 18 december 2020 vastgesteld door de ministerraad, uw Kamer is op dezelfde datum hierover vertrouwelijk geïnformeerd5.

Overige factoren

Het is belangrijk hierbij te vermelden dat het kabinet dit exportcontrolekader niet in een vacuüm beziet, maar als onderdeel van een bredere inzet ten bate van de halfgeleiderwaardeketen. Hieronder vallen maatregelen om in de context van bovengenoemd kader bepaalde technologieën te beschermen, denk aan de investeringstoets (wet veiligheidstoets, investeringen, fusies en overnames) en maatregelen op het gebied van kennisveiligheid. Tegelijkertijd zijn maatregelen nodig voor behoud van technologisch leiderschap. Zo wordt specifiek voor de halfgeleidersector in Europees verband gewerkt aan de Chips Act. Voor meer informatie over het investeringsklimaat verwijs ik u naar de Minister van Economische Zaken en Klimaat.

Uiteraard is het van belang om stil te staan bij de internationale dimensie van exportcontrole. Internationale samenwerking is een essentieel onderdeel van exportcontrolebeleid. Bijzonder relevant zijn de gesprekken en afspraken in multilaterale exportcontroleregimes. Afspraken in deze regimes werken door in Europese (en nationale) regelgeving. Europese wetgeving is de basis van het Nederlandse exportcontrolebeleid, en Nederland streeft naar eensgezinde uitvoering hiervan. Verder voert Nederland doorlopend bilaterale gesprekken met partners over exportcontrole. Primaire partners zijn de EU lidstaten en de Europese Commissie. Verder zijn er ook gesprekken met de VS, Japan, Zuid-Korea, en andere gelijkgezinde landen. Met het EU-VS Trade and Technology Council (TTC) is er bovendien een meer gestructureerde dialoog over exportcontrole tussen Europa en de VS.

Amerikaanse maatregelen van 7 oktober jl.

Op 7 oktober jl. nam de Amerikaanse overheid unilaterale maatregelen aan, gericht op de export van halfgeleiders en halfgeleidertechnologie naar China. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft tijdens een Commissiedebat op 13 oktober toegezegd om de Kamer te informeren over de gevolgen van deze maatregelen. Met deze brief geeft het kabinet uitvoering aan deze toezegging6. Deze maatregelen houden in dat zeer geavanceerde halfgeleiders en Amerikaanse halfgeleidertechnologie (met toepassingen op bijvoorbeeld AI-terrein) in principe niet langer door Amerikaanse bedrijven naar China geëxporteerd mogen worden. Ook worden «US persons», waaronder Amerikaanse burgers en ingezetenen worden verstaan, geacht zich niet langer in te zetten voor de geavanceerde halfgeleiderproductie in China. De Amerikaanse maatregelen raken Nederlandse bedrijven indirect vanwege Amerikaanse dochterondernemingen en Amerikaans personeel.

De Nederlandse inzet is er vooral op gericht om ervoor te zorgen dat zoveel mogelijk onduidelijkheid wordt weggenomen voor de Nederlandse bedrijven. Verder wordt er met de VS gesproken over het mitigeren van onvoorziene gevolgen van deze maatregelen voor het gelijke speelveld binnen de waardeketen. Over deze maatregelen vindt ook dialoog plaats tussen de EU en de VS, onder andere in de context van de TTC.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.N.A.J. Schreinemacher


X Noot
1

Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
2

Kamerstuk 35 982, nr. 9

X Noot
4

Kamerstuk 30 977, nr. 162

X Noot
5

Kamerstuk 35 570 XVII, nr. 51

X Noot
6

Kamerstuk 21 501-02, nr. 2535

Naar boven