22 026 Nederlands deel van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam–Brussel–Parijs en Utrecht–Arnhem–Duitse grens

Nr. 358 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 maart 2012

Conform de Regeling Grote Projecten, bied ik u hierbij de dertigste voortgangsrapportage (VGR 30) HSL-Zuid aan1. Deze voortgangsrapportage behandelt de verslagperiode van 1 juli 2011 tot en met 31 december 2011. Ik zal mij in deze brief beperken tot de belangrijkste ontwikkelingen rondom dit project. Daarnaast wil ik u middels deze brief informeren over de prestaties van de Beneluxtrein.

Voortgangsrapportage 30 HSL-Zuid op hoofdlijnen

Op 16 september 2011 is het noordelijke deel van de HSL-Zuid van ERTMS level 1 naar ERTMS level 2 geschakeld. Hierdoor kan nu over het gehele traject van de HSL-Zuid onder ERTMS level 2 gereden worden. Tevens is een belangrijke mijlpaal bereikt om het EMC-problematiek structureel op te lossen, doordat in oktober en november vier AT-stations opgeleverd zijn.

Het aanbod in treindiensten via de HSL-Zuid is gedurende de verslagperiode niet gewijzigd. Wel is het aantal gemaakte reizen via de HSL-Zuid opnieuw toegenomen ten opzichte van de vorige verslagperiode. Ook de gemiddelde aankomstpunctualiteit van de Thalys en de Fyra heeft zich opnieuw verbeterd ten opzichte van de vorige verslagperiode.

Gedurende de verslagperiode is ook gestart met een pilot naar geluidsbeperkende maatregelen rondom de HSL-Zuid. Onderzoeksbureau M+P heeft in december 2011 een plan van aanpak opgesteld. Naar aanleiding hiervan zal gewerkt worden aan een nieuw rekenmodel voor de bakconstructie bij Lansingerland, nieuwe referentiemetingen op zeven verschillende locaties en de effecten worden onderzocht van een drietal geluidsreducerende maatregelen. Deze geluids-reducerende maatregelen worden naar verwachting eind deze zomer getroffen. Ik zal hier nader op ingaan bij de beantwoording van de recent gestelde Kamervragen.

Met betrekking tot de financiën is het potentiële beroep (50% waarde) op de risicoreservering met € 4 miljoen toegenomen, van € 35 naar € 39 miljoen (op basis van de 90% waarde bedraagt het potentiële beroep € 67 miljoen). Aan het einde van de verslagperiode was in de risicoreservering nog een bedrag aanwezig van € 39 miljoen. Het hiervoor genoemde potentiële beroep op de risico-reservering is voor mij aanleiding om deze ruimte van € 39 miljoen te handhaven.

Prestaties Beneluxtrein

NS Internationaal heeft mij gemeld dat de gemiddelde punctualiteit van de Intercity Amsterdam–Brussel, ook wel bekend als de Beneluxtrein, in de tweede helft van 2011 83,1% bedroeg. Dit is een lichte verslechtering ten opzichte van de eerste helft van 2011 toen de gemiddelde punctualiteit zo’n 83,9% bedroeg. In de tweede helft van 2011 bedroeg de gemiddelde uitval van de Beneluxtrein 7,0%.

De minister van Infrastructuur en Milieu, M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven