21 501-34 Raad voor Onderwijs, Jeugd, Cultuur en Sport

Nr. 189 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 april 2012

Bijgaand zend ik u, mede namens de Staatssecretaris van VWS, de door de Nederlandse delegatie opgestelde verslagen van de EU Jeugd- en Sportraad van 28 en 29 november 2011 toe.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. I. Schippers

Verslag OJCS-Raad 28 november 2011 Jeugdgedeelte

1. Raadsconclusies over de oostelijke dimensie van de participatie en mobiliteit van jongeren

Het Poolse Voorzitterschap (VZP) zet uiteen dat het zeer van belang is dat deze Raadsconclusies nu voorliggen. De Conclusies worden zonder discussie aangenomen en doorgeleid voor publicatie in het publicatieblad van de Europese Unie.

2. Gedachtewisseling «Jeugd en de wereld – samenwerking in jeugdzaken buiten de grenzen van de Unie»

Commissaris Vassiliou geeft aan dat in het nieuwe «Erasmus for all» programma veel aandacht is voor contact met buurlanden. Het VZP wijst er op dat gelijke toegang voor jongeren het einddoel moet zijn.

De meeste lidstaten onderstrepen het belang dat jongeren andere culturen en omgevingen ontdekken en leren kennen. De lidstaten geven in hun interventie aan het belang van uitwisseling te onderkennen en te stimuleren. Slovenië merkt daarnaast op dat samenwerking niet alleen goed is voor het welzijn van de jeugd, maar ook voor het wederzijdse begrip tussen jeugdigen. Veel aandacht wordt gegeven aan praktische zaken zoals visumbeleid en jongerensubsidies en programma’s zoals «Youth in Action». In opkomst zijn de uitwisselingsprogramma’s met landen van de Arabische lente (door Cyprus, Griekenland en Spanje) en Latijns-Amerika (Cuba, Brazilië). Een enkele lidstaat heeft nauwe banden met de westelijke Balkan (Slovenië) en de Kaukasus (Litouwen).

Nederland dankt het VZP voor het initiatief dat vooral in het kader van «Youth in Action» van belang is. Het is belangrijk dat niet alleen studenten, maar alle jongeren hun horizon kunnen verbreden. Een voorbeeld van een geslaagd project gericht op Oost-Europa is «Code International», een uitwisselingsprogramma dat vooral werkt met sociale media. Daarnaast heeft Nederland ook een verkorte visumprocedure ingevoerd voor deelnemers aan «Youth in Action». Nederland is van mening dat er geen reden is voor aanvullende EU maatregelen aangezien de voorgestelde samenwerking al mogelijk is binnen de bestaande kaders, zoals «Youth in Action».

Inkomend voorzitter Denemarken hecht aan een sterke samenwerking met de buurlanden en heeft daarom veel projecten op dit gebied. Vooral de mobiliteit tussen oost en west is daarbij van groot belang. Mobiliteit moet ervoor zorgen dat jongeren meer kunnen leren over elkaars omstandigheden. Dit zal dan ook voortgezet worden onder Deens voorzitterschap.

3. Any other business

Het nieuwe programma jeugd en sport: «Erasmus for all»

Commissaris Vassiliou geeft aan verheugd te zijn over de langetermijnstrategie. Jongeren zullen de begunstigden zijn van dit programma. Het wordt onderbouwd door de solide prestaties van het voorgaande programma. Het is gebaseerd op drie basisacties: 1) leermobiliteit 2) samenwerking 3) steun voor beleidshervormingen. Op geen enkele manier zal het werk ondergraven worden dat op dit moment al gebeurt. De uitwisseling van jongeren zal dan ook gewoon blijven bestaan. Participatie en democratie dienen verder verspreid te worden. De Commissaris hoopt tenslotte dat alle stakeholders zich constructief opstellen bij het behandelen van dit programma.

Duitsland en Frankrijk juichen de doelstelling van «Eramus for all» toe, maar willen graag dat er een eigen hoofdstuk voor jeugd ingebouwd wordt waardoor de zichtbaarheid van jeugd versterkt wordt. Het jeugdbeleid is een zelfstandig instrument en moet dat ook blijven.

De gestructureerde dialoog

Het Poolse VZP heeft van 5–7 september 2011 een conferentie belegd in Polen met meer dan 12 000 deelnemers. Het Poolse VZP hoopt dat (visum)procedures in de toekomst worden vereenvoudigd, zodat het voor jongeren nog makkelijker wordt om te reizen. Deelnemers aan de dialoog hebben ook ingezien dat goede acties en prioritering daarvan voor jeugd heel belangrijk is.

Prioriteiten Deens VZP

Het nieuwe VZP wil per 1 januari 2012 graag inzetten op creatief talent op het terrein van jeugd. Het onderwerp van hun intrede op de arbeidsmarkt zal leiden tot raadsconclusies. Ook de onderhandelingen over «Erasmus for All» zullen een belangrijke rol gaan spelen.

Verslag OJCS-Raad 29 november 2011 Sportgedeelte

1. Raadsresolutie WADA (World Anti Doping Agency)

Het Poolse Voorzitterschap (VZP) wijst op het belang van de EU-lidstaten om een sterke en eensluidende stem te laten horen in het oprichtingsbestuur van de WADA. De resolutie betreft de representatie van de EU-lidstaten en de wijze waarop het EU-standpunt gecoördineerd wordt. De Conclusies worden zonder verdere discussie aangenomen en doorgeleid voor publicatie in het publicatieblad van de Europese Unie.

2. Raadsconclusies over de rol van vrijwilligerswerk in de sport

In 2012 worden de Europese voetbalkampioenschappen georganiseerd in Polen en de Oekraïne. Hier komt ook veel vrijwilligerswerk bij kijken. Dit heeft het Voorzitterschap (VZP) gesterkt om meer aandacht te schenken aan het thema van vrijwilligerswerk in de sport. Zweden vraagt aandacht voor fiscale maatregelen om vrijwilligerswerk te bevorderen en geeft als voorbeeld een uitzondering voor sport in de BTW-heffing. De Conclusies worden zonder verdere discussie aangenomen en doorgeleid voor publicatie in het publicatieblad van de Europese Unie.

3. Raadsresolutie over de strijd tegen match fixing

Het VZP zet uiteen dat match fixing een zeer actueel probleem is, gezien de opduikende resultaten van wedstrijdvervalsing her en der. Om die reden heeft het VZP ook gekozen voor het op de agenda zetten van het thema van good governance, waarover in het volgende punt gediscussieerd zal worden. Commissaris Vassiliou geeft aan blij te zijn dat de zorgen van de Commissie zijn overgenomen door de lidstaten. Belangrijke acties en maatregelen in de strijd tegen wedstrijdvervalsing worden uitgevoerd op nationaal niveau en de Commissie wil daarbij aansluiten. Voorlichting en preventieve maatregelen voor spelers en officials kunnen een belangrijke rol spelen bij het bestrijden van wedstrijdvervalsing in de sport. De Conclusies worden zonder verdere discussie aangenomen en doorgeleid voor publicatie in het publicatieblad van de Europese Unie.

4. Gedachtewisseling «Good governance in sport»

Integriteit is een belangrijk onderwerp voor het Poolse VZP. Daarom is het VZP ook blij met de expertgroep goed bestuur. De uitkomsten van deze gedachtewisseling worden gebruikt als input voor de expertgroep goed bestuur.

De Commissaris geeft aan tevreden te zijn met het agenderen van dit onderwerp op de Raad. De Commissie respecteert en verdedigt de sport en de autonomie van de sector, maar autonomie betekent niet boven de wet staan. Ook de sport moet nationale en EU-regels nakomen. In de expertgroep goed bestuur zal gewerkt worden aan een aantal basisbeginselen voor goed bestuur in de sport. Goed bestuur is ook een onderwerp van het subprogramma Sport in het Erasmusprogramma. In het kader van de «preparatory programmes» zijn er al EU-projecten op het terrein van goed bestuur gehonoreerd.

Zweden, Denemarken, Duitsland, Hongarije, Portugal, Italië en Slovenië benadrukken het belang van de autonomie van de sector. Zweden hecht daarnaast sterk aan de beginselen van gelijke kansen voor mannen en vrouwen, transparantie en stemrecht voor iedereen.

Finland hecht aan internationale samenwerking en het vinden van oplossingen voor belangrijke vraagstukken als de strijd tegen wedstrijdvervalsing en het stimuleren van goed bestuur in de sport. De sportsector wordt steeds commerciëler: dat is een extra uitdaging bij het komen tot gemeenschappelijke regels. Alle belanghebbenden moeten inspraak krijgen en een «bottum up» aanpak is dan ook van belang. Tegelijkertijd moet de overheid niet wachten tot de sportwereld deze beginselen implementeert. Een goede boekhouding is van belang.

Frankrijk, Italië en België geven aan ethische beginselen in de sport van groot belang te vinden. Corruptie in de sport is dan ook een strafbaar feit in Frankrijk. België acht daarnaast ook de rechten van kinderen in sport, sociale inclusie en solidariteit van belang. Het gaat daarbij dan wel om het juiste evenwicht tussen zelfregulering en de rol van de overheid.

Het Verenigd Koninkrijk geeft aan dat de sector zowel in de basissport als in de topsport veel moet doen aan de beginselen van goed bestuur. Het is echter niet aan de overheid om de sport structuren op te leggen. Een van de belangrijkste aanbevelingen in het Verenigd Koninkrijk is het instellen van onafhankelijke bestuursvoorzitters en onafhankelijke directeuren in de sportsector.

Nederland dankt voor het prioriteren van dit onderwerp. Naast fair play op het veld moet er ook fair play zijn bij de besturen van sportorganisaties. De autonomie van de sport wordt in Nederland en door de EU erkend. Sportorganisaties hebben het recht zichzelf te organiseren maar daarmee ook de plicht om dat op een manier te doen die de sport past: eerlijk, transparant en met gelijke regels en kansen voor iedereen. De sector heeft een aantal principes van goed bestuur opgesteld en houdt zelf toezicht op de implementatie hiervan. Dit wordt in Nederland gedaan door bijvoorbeeld minimumkwaliteitseisen te stellen aan sportbonden die in aanmerking willen komen voor een deel van de opbrengsten uit kansspelgelden.

Letland, Estland, Luxemburg, Slowakije en Malta zijn van mening dat de sportbonden geholpen dienen te worden bij het uitoefenen van goed bestuur maar overregeluring moet vermeden worden. De overheid erkent bonden die goed functioneren. Deze bonden mogen bepaalde middelen van overheidswege gebruiken. Het is belangrijk dat er richtsnoeren komen voor de sector met ruimte voor maatwerk voor de verschillende lidstaten. In Slowakije moeten sportorganisaties die een subsidie krijgen hun jaarrekening op internet publiceren zodat inzichtelijk is voor iedereen hoe het overheidsgeld besteed is. Alleen goed georganiseerde sportbonden komen in aanmerking voor een subsidie van de overheid.

Het VZP concludeert dat de sportsectoren verschillend zijn georganiseerd. De autonomie van de sport moet gerespecteerd worden. Dit betekent niet dat autonome sportorganisaties zich niet aan de regels moeten houden. In de gedachtewisseling is gebleken dat er overeenstemming bestaat over de definitie van goed bestuur, met daarin aandacht voor transparantie, gendergelijkheid en financiële helderheid.

5. Any other business

Het VZP ligt toe hoe de WADA-vergadering in Montreal is verlopen. Daarnaast worden er twee promotiefilms getoond: de UEFA promotiefilm 2012 en de promotie van het Europese voetbalkampioenschap in Polen en de Oekraïne in 2012. Tenslotte geeft het Deense VZP een presentatie van haar agenda op het terrein van sport voor de 1e helft van 2012. Prioriteiten zijn de voortgang van het «Erasmus for all» programma en het subonderdeel sport daarin, de strijd tegen doping, de strijd tegen match fixing en het bevorderen van vrijwilligerswerk in de sport.

Naar boven