21 501-34
Raad voor Onderwijs, Jeugdzaken en Cultuur

nr. 102
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 juni 2008

Hierbij stuur ik u het verslag van de Europese Onderwijs, Jeugd en Cultuur Raad van 21–22 mei 2008.

Dit betreft de delen onderwijs, cultuur en audiovisueel.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

R. H. A. Plasterk

VERSLAG OJC-RAAD VAN 21–22 MEI 2008

MEDIA/AUDIOVISUEEL

Er is overeenstemming bereikt over de Raadsconclusies op het gebied van mediageletterdheid en over de gemeenschappelijke benadering voor verlenging van het Safer Internet programma. Het belangrijkste onderwerp tijdens de Raad van 21 mei betrof een gedachtewisseling over de mededeling «Creatieve online inhoud».

Media geletterdheid

De OJC-Raad stemde in met de voorliggende conclusies op het gebied van mediageletterdheid. Hiermee steunt de Raad de Commissie in haar voornemen om mediageletterdheid in Europa te bevorderen maar maakt zij wel bezwaar tegen de wens van de Commissie om al op korte termijn een aanbeveling over dit onderwerp op te stellen en om een aparte expertgroep op te richten die dit onderwerp nader moet uitwerken.

Safer internet

De Raad bereikte zonder veel discussie een gemeenschappelijke benadering over verlenging van het «Safer Internet-programma» tot 2013. Het Europees Parlement moet zich nog uitspreken over het voorstel van de Commissie (co-decisie).

Creatieve online inhoud

Doel van deze mededeling is het vergroten van het aanbod, en de toegankelijkheid daarvan, van online inhoud. Deze doelstelling werd breed ondersteund. Lidstaten kregen van het voorzitterschap veel ruimte om aan te geven wat hier naar hun mening voor nodig is. Op een tweetal thema’s – zowel DRM als piraterij – reageerden lidstaten in lijn met het streven van de Commissie. Zo gaven enkele lidstaten aan dat DRM-systemen kunnen helpen om rechthebbenden te beschermen maar dat het absoluut noodzakelijk is dat dit soort systemen gebruiksvriendelijker worden. Tevens wees een aanzienlijk aantal lidstaten er in algemene bewoordingen op dat piraterij bestreden moet worden opdat rechthebbenden de vruchten kunnen plukken van hun (artistieke) arbeid.

Het meest besproken onderdeel van deze mededeling betrof het zogenaamde grensoverschrijdende rechtenbeheer en de positie van kleinere collectieve (rechten-)beheersorganisaties (CBO’s). Ongeveer de helft van de lidstaten bleek met Nederland en het Europees Parlement van mening dat de plannen van de Commissie kunnen leiden tot een verschraling van de diversiteit in het aanbod van online muziek. Deze lidstaten riepen de Commissie op om niet vast te houden aan de lijn die zij in 2005 inzette maar om rekening te houden met de aanbeveling van het Europees Parlement (rapport Lévai) ter bescherming van kleinere, veelal nationaal opererende artiesten en het behoud van een stelsel met een CBO in iedere lidstaat. Nederland gaf op dit punt nog aan zich te kunnen voorstellen dat een zwaarder instrument dan een aanbeveling nodig is om dit onderwerp goed te kunnen regelen.

Commissaris Reding gaf in haar afsluitende bijdrage aan goede nota te hebben genomen van de bezwaren die er bij de lidstaten leven en beloofde de uitkomsten van het raadsdebat mee te zullen nemen.

CULTUUR

Tijdens de Raad waren voor Cultuur twee onderwerpen geagendeerd: Interculturele Vaardigheden en het Werkplan Cultuur 2008–2010. Op beide terreinen zijn Raadsconclusies aangenomen.

Interculturele Vaardigheden

Alle lidstaten stemden in met de ontwerpconclusies over Interculturele Vaardigheden. Een enkele lidstaat ging in op het belang van waarden in de Europese samenleving en de noodzaak om de burgercompetenties van jongeren te verbeteren. De Europese Commissie benadrukte ook het belang van het onderwerp en gaf aan dit werk onder Frans voorzitterschap opvolging te willen geven, maar hoe dat zal gebeuren bleef onduidelijk.

Werkplan Cultuur 2008–2010

De lidstaten gaven aan het werkplan belangrijk te vinden. Enkelen benadrukten dat met het huidige werkplan concreet de mogelijkheid geschapen wordt om met een aantal prioritaire thema’s aan de slag te gaan in werkgroepen, anderen noemden nog onderwerpen waarvan zij graag zouden zien dat zij meer onder de aandacht komen (bijvoorbeeld een brede ratificatie van de UNESCO conventie over culturele diversiteit en het belang van het bestrijden van roof van cultureel erfgoed).

Vooruitblik Frans Voorzitterschap m.b.t. het Cultuurterrein

De Franse minister blikte alvast vooruit naar het Franse voorzitterschap in de tweede helft van 2008 en noemde vier hoofdlijnen:

1. De classificering en bescherming van het Erfgoed. De minister noemde daarbij nadrukkelijk het Europese Erfgoed Label en de lancering van de Europese Digitale Bibliotheek als prioriteiten, maar Frankrijk wil ook de bestrijding van illegale handel in cultuurgoederen agenderen.

2. Bescherming van het legale aanbod online. Bijzondere nadruk zal het Franse voorzitterschap geven aan het belang van bestrijding van piraterij.

3. De bevordering van de culturele diversiteit en de promotie van de UNESCO conventie. Onder deze noemer valt ook een manifestatie ter afsluiting van het jaar van de interculturele dialoog (op 17–19 november in Parijs).

4. «Architectuur en duurzame ontwikkeling» (bouwend op het Architectuurforum waar Nederland (Berlage Instituut) sinds jaar en dag actief is).

ONDERWIJS

Er zijn zonder veel discussie Raadsconclusies aangenomen over Meertaligheid en over het Leren door Volwassenen. Het voorstel voor een Jaar van Creativiteit en Innovatie (2009) is aangenomen. Tevens heeft een gedachtewisseling plaatsgevonden op het terrein van Creativiteit en Innovatie.

Meertaligheid

De Raad bereikte zonder veel discussie overeenstemming over de Raadsconclusies Meertaligheid. Enkele lidstaten gaven aan veel belang te hechten aan meertaligheid en met name aan het verzoek aan de Commissie om een beleidskader vast te stellen, zoals in de conclusies verwoord staat.

Leren door Volwassenen

De Raad stemde in met de Raadsconclusies over Leren door Volwassenen, waarin aangegeven staat dat zowel de vergrijzing als concurrentie op wereldschaal nopen tot maatregelen om de kennis en vaardigheden van de beroepsbevolking op peil te houden.

Creativiteit en Innovatie

De Raad stemde in met het voorstel voor een Europees jaar van creativiteit en innovatie (2009).

Daarnaast vond een gedachtewisseling plaats over creativiteit en innovatie in het onderwijs. Het aanleren van creativiteit is volgens de voorzitter immers een noodzakelijke voorwaarde voor innovatie.

Ook lidstaten benadrukten het belang van creativiteit en innovatie voor duurzame economische groei, voor verbetering van de concurrentiepositie en voor persoonlijke en maatschappelijke ontwikkeling.

Enkele benadrukten daarnaast dat een goed kennisniveau voorwaarde is voor creativiteit en innovatie. Het is echter niet de bedoeling om creativiteit en innovatie als aparte vakken op te nemen in het lespakket. Creativiteit en innovatie zouden als vaardigheden geïntegreerd moeten worden in de reeds bestaande vakken, bijvoorbeeld via aangepaste lesmethoden. Bij het bevorderen van creativiteit en innovatie is de rol van de leraar essentieel. Het onderwerp is ook nauw gelieerd aan het thema «ondernemerschap». Meer zelfstandigheid van scholen wordt gezien als kernpunt om dit alles te bereiken.

Vooruitblik Franse voorzitterschap – onderwijsterrein

Frankrijk geeft aan welke onderwerpen zij tijdens het EU-voorzitterschap naar voren wil brengen. Europese samenwerking in het beroepsonderwijs (Kopenhagenproces) en het hoger onderwijs staan hoog op de agenda. Daarnaast is mobiliteit volgens Frankrijk een belangrijk thema voor iedereen in de onderwijswereld (leerlingen, studenten, leraren, onderzoekers).

Naar boven