21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 741 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 januari 2019

Bijgaand stuur ik uw Kamer het verslag van de Energieraad die op 19 december 2018 onder Oostenrijks voorzitterschap plaatsvond te Brussel.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes

VERSLAG ENERGIERAAD 19 december 2018

Verordening Connecting Europe Facility

Informatie van het Oostenrijks voorzitterschap

Het Oostenrijks voorzitterschap informeerde de Raad over de stand van zaken rondom de Connecting Europe Facility (CEF). Over dit onderwerp is een gedeeltelijke Algemene Oriëntatie bereikt tijdens de Transportraad van 3 december jl. De nog openstaande punten uit het CEF-programma zijn onder meer de financiering, wat onderdeel is van de onderhandelingen over het aankomend Meerjarig Financieel Kader (MFK) voor de periode 2021 tot 2027. Het CEF richt zich op het ontwikkelen en moderniseren van trans-Europese netwerken op het gebied van energie, transport en digitalisering. Op het gebied van energie ligt de focus onder meer op het verder integreren van de Europese energiemarkt, bijvoorbeeld door het versterken van interconnecties tussen lidstaten, en het bevorderen van projecten op het gebied van hernieuwbaar en CO2-reductie.

EU-langetermijnstrategie voor klimaat

Informatie van de Commissie

Tijdens de Energieraad gaf de Europese Commissie een presentatie van de ambitieuze nieuwe langetermijnstrategie voor klimaat die in oktober jl. werd gepubliceerd. Daarna volgde een initiële gedachtewisseling over de energiedimensie van de strategie.

De Energieraad verwelkomde de mededeling van de Commissie, en een brede groep lidstaten benadrukte dat de volledige decarbonisatie van de energiesector van cruciaal belang is voor het bereiken van de doelstelling van de Overeenkomst van Parijs om de mondiaal gemiddelde temperatuurstijging tot ruim onder de 2°C te houden en ernaar te streven deze tot 1,5°C te beperken. Diverse lidstaten, waaronder Nederland, verwelkomden daarnaast dat de Commissie klimaatneutraliteit op EU-niveau in 2050 als voorkeursscenario in de langetermijnstrategie heeft opgenomen. Ook waren er lidstaten die het belang van een betaalbare en sociaal rechtvaardige overgang benadrukten en een groep landen benadrukten de vrijheid voor lidstaten om te kunnen blijven beslissen over hun eigen energiemix. Ook wezen enkele lidstaten op de noodzaak om te voorzien in adequate randvoorwaarden, waaronder aanpassing van de infrastructuur om voorbereid te zijn op meer flexibiliteit in het energiesysteem. Adequate implementatie van wetgeving uit het Clean Energy Package speelt daarbij een belangrijke rol.

Hoewel de Milieuraad het voortouw heeft bij de bespreking van de strategie, benadrukten verscheidene lidstaten dat alle relevante Raadsformaties – waaronder in het bijzonder de Energieraad – en stakeholders nauw betrokken moeten zijn om tot een gedeelde visie voor de EU te komen en brede steun voor klimaatactie te waarborgen. Het Roemeens voorzitterschap zal de discussie over de langetermijnstrategie de komende periode verder voortzetten.

Marktontwerp

Informatie van het Oostenrijks voorzitterschap

Het Oostenrijks voorzitterschap lichtte de uitkomst toe van de triloogonderhandeling tussen het voorzitterschap, het Europees Parlement en de Commissie over de elektriciteitsverordening, de elektriciteitsrichtlijn, de verordening risicoparaatheid in de elektriciteitssector en de ACER-verordening. Er is inmiddels een akkoord bereikt op alle wetsvoorstellen. Alvorens op de inhoud van de wetsvoorstellen in te gaan benadrukte het voorzitterschap dat deze overeenkomst het sluitstuk vormt van de onderhandelingen over het hele Clean Energy Package. Dit is een belangrijke mijlpaal in de totstandkoming van de Europese Energie Unie.

Wat betreft de elektriciteitsverordening gaf het voorzitterschap aan dat in de laatste triloogonderhandeling een akkoord is bereikt dat garandeert dat de Europese elektriciteitsmarkt goed functioneert. Een element uit de verordening waar tot op het laatste moment discussie over was, betrof zogenaamde capaciteitsmechanismen. Hiervoor is een emissieprestatiestandaard vastgesteld van 550 gram CO2 per kilowattuur óf 350 kilogram CO2 per jaar per geïnstalleerde kilowatt. Nieuwe centrales vallen onder de norm zodra de verordening in werking treedt en bestaande centrales vanaf 2025. Hiermee worden strikte eisen gesteld aan centrales die bij het toepassen van een capaciteitsmechanisme in aanmerking komen voor subsidie. Deze uitkomst is in lijn met de inzet die ik in de Geannoteerde Agenda voor de Energieraad van 19 december (Kamerstuk 21501–33, nr. 732) en in de beantwoording van uw schriftelijke vragen hierover (Kamerstuk 21501–33, nr. 735) uiteen heb gezet en kan dan ook op Nederlandse steun rekenen.

Op de elektriciteitsrichtlijn werd ook een akkoord bereikt. Eén van de laatste discussiepunten was de uitfasering van gereguleerde prijzen. Er is geen deadline vastgesteld voor de uitfasering van gereguleerde prijzen. Wel zijn er extra condities toegevoegd waaraan lidstaten moeten voldoen om gereguleerde prijzen te mogen toepassen en zal er binnenkort een evaluatie worden uitgevoerd door de Europese Commissie. Ondanks de verwatering van de oorspronkelijke bepalingen over gereguleerde prijzen, is Nederland positief over de herziening van de richtlijn waarbij de consument centraal wordt gesteld. Nederland ondersteunt de voorstellen gericht op het verbeteren van de informatievoorziening aan de consument, het aanbieden van dynamische leveringstarieven, het recht om van leverancier te wisselen en het creëren van ruimte voor de nieuwe marktrol van aggregator.

Over de verordening risicoparaatheid in de elektriciteitssector en de ACER-verordening was in een eerdere triloogonderhandelingen reeds een akkoord bereikt tussen de lidstaten, het Europees Parlement en de Europese Commissie. Wat betreft de verordening risicoparaatheid in de elektriciteitssector zijn de lidstaten, waaronder Nederland, vanaf het verschijnen van het voorstel positief over de inhoud en dit voorstel kan dan ook op Nederlandse steun rekenen. Wat betreft de ACER-verordening was het voor Nederland van belang dat de directeur van ACER voldoende onafhankelijkheid heeft en de mogelijkheid moet hebben om amendementen van de Raad van Nationale Toezichthouders op zijn voorstellen en opinies gemotiveerd naast zich neer te leggen. Omdat dit zodanig is opgenomen in de verordening wordt deze door Nederland gesteund.

Na het voorzitterschap nam de Europese Commissie het woord. Commissaris Cañete prees het voorzitterschap met het afronden van de wetsvoorstellen. De visie van een Energie Unie is nu naar de praktijk vertaald en zal een belangrijke rol spelen in het realiseren van een klimaatneutrale economie.

Diversen

Follow-up van het Hydrogen Initiative

Informatie van het Oostenrijks voorzitterschap en de Commissie

Het Oostenrijks voorzitterschap en de Europese Commissie informeerden de Raad over de laatste ontwikkelingen wat betreft het Hydrogen Initiative, een verklaring over waterstof, mede ondertekend door Nederland tijdens de informele Energieraad in Linz op 17-18 september jl. 26 lidstaten en grofweg 100 bedrijven, organisaties en instanties hebben hun steun voor deze verklaring uitgesproken. De Commissie riep op tot nauwe samenwerking tussen lidstaten op het gebied van waterstof en noemde het nut van geharmoniseerde normen.

Wijziging van de Gasrichtlijn

Informatie van het Oostenrijks voorzitterschap

Het Oostenrijks voorzitterschap informeerde de Raad over de stand van zaken met betrekking tot de herziening van de Gasrichtlijn. Er is nog steeds sprake van een grote verdeeldheid tussen de lidstaten. Er is een relatief grote groep van lidstaten die van mening is dat het tijd is voor besluitvorming in de Raad om een akkoord te bereiken over een algemene oriëntatie zodat de onderhandelingen met het Europees Parlement kunnen worden gestart. Ook de Commissie is deze mening toegedaan.

Daar staat een kleinere groep van lidstaten tegenover die kritisch is op het voorstel en vindt dat er moet worden gewerkt aan een compromis waarin recht wordt gedaan aan hun bezwaren. Naar hun mening is het dan ook te vroeg om te komen tot besluitvorming.

Ook werd gerefereerd aan de trilaterale gesprekken tussen Oekraïne, Rusland en de Commissie over gecontinueerde transit van Russisch gas door Oekraïne na afloop van het huidige transitcontract eind 2019. Deze gesprekken worden mogelijk op 15 en 20 januari a.s. vervolgd. Zodra bekend is waar deze gesprekken toe hebben geleid, zal het kabinet de Tweede Kamer daarover informeren zoals toegezegd door de Minister van Buitenlandse Zaken tijdens overleg met de Tweede Kamer op 19 december 2018.

Nederland heeft aangegeven nog steeds inhoudelijke bezwaren te hebben tegen het voorstel, met name waar het gaat om het verschuiven van bevoegdheden van de lidstaten naar de Commissie en het opleggen van bepalingen uit het EU-energierecht aan derde landen. Daarnaast vindt Nederland dat het voorstel afbreuk kan doen aan het investeringsklimaat in de EU doordat ook voor bestaande investeringen de regels worden aangepast. Tegelijkertijd heeft Nederland aangegeven samen met het Roemeens voorzitterschap en andere lidstaten te willen toewerken naar een compromis.

Europees leiderschap in hernieuwbare energie: de staat van mariene energie

Informatie van de Commissie

Commissaris Vella van DG MARE (Maritieme zaken en visserij) informeerde de Raad over de stand van zaken van activiteiten op het gebied van energie uit water. De Commissie vroeg hierbij specifiek aandacht voor het potentieel van hernieuwbare energie uit water, zoals getijdenenergie en golfenergie, en drijvende windturbines. De Commissie gaf aan dat er veel potentie is voor deze vormen van energie in Europa en dat de EU wereldwijd gezien een goede positie heeft op deze markt. Wel gaf de Commissie aan dat verdere investeringen nodig zijn om de kostprijs per kWh te verlagen.

Externe energiebetrekkingen

Informatie van de Commissie

De Europese Commissie informeerde de Raad over recente ontwikkelingen op het gebied van externe energiebetrekkingen, waaronder de achtste EU-VS Energieraad en de Ministerial Council van de Energy Community.

Verkiezing Directeur-Generaal van het International Renewable Energy Agency

Informatie van de Italiaanse delegatie

De Italiaanse delegatie informeerde de Raad over de verkiezing van de nieuwe Directeur Generaal (DG) van de International Renewable Energy Agency (IRENA) en de Italiaanse kandidaat, Francesco La Camera. De verkiezing vond plaats op laatste dag van de 9e IRENA Assembly van 11-13 januari in Abu Dhabi. Francesco La Camera kreeg steun van 110 van de 141 aanwezige landen en won daarmee overtuigend van de Colombiaanse kandidaat. Hij zal in april dit jaar de huidige DG Adnan Z. Amin opvolgen.

Werkprogramma inkomend Roemeens voorzitterschap

Informatie van de Roemeense delegatie

Het inkomend Roemeens voorzitterschap informeerde de Raad over de prioriteiten in het werkprogramma op het gebied van energie. Roemenië zal prioriteit geven aan de implementatie van de wetsvoorstellen uit het Clean Energy Package en zal de discussie over de wijziging van de gasrichtlijn voortzetten. Ook zal aandacht uitgaan naar de discussie over de langetermijnstrategie voor klimaat.

Naar boven