21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 690 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 december 2017

Hierbij bied ik u het verslag aan van de Telecomraad van 4 december jl. De Raad begon met een beleidsdebat over het voorstel voor een verordening voor een vrij verkeer van niet-persoonsgegevens. Hierna informeerde het Estse voorzitterschap de Raad over de voortgang van de onderhandelingen over het voorstel voor een e-privacyverordening. Vervolgens heeft de Raad een algemene oriëntatie vastgesteld inzake het voorstel voor een verordening over de organisatie van Europese nationale toezichthouders voor elektronische communicatie (BEREC-voorstel).

Daarna heeft het Estse voorzitterschap een terugkoppeling gegeven over de onderhandelingen inzake de herziening van het regelgevend kader voor elektronische communicatie (herziening telecomkader). Dit is gevolgd door de presentatie van een stappenplan voor de uitrol van 5G. Verder heeft het Estse voorzitterschap een terugkoppeling gegeven over de stand van zaken op het cyberbeveiligingspakket.

En marge van de Telecomraad heb ik gesproken met Eurocommissaris Mariya Gabriel (digitale economie en maatschappij). Naar aanleiding van het verzoek van uw Kamer tijdens het Algemeen Overleg op 29 november jl. heb ik mijn zorgen geuit over het voornemen van de Amerikaanse toezichthouder om de regels ter bescherming van de netneutraliteit te versoepelen. Ik heb gewezen op het belang van een gezamenlijk geluid van lidstaten en Europese Commissie richting de Amerikaanse collega’s.

Ten slotte presenteerde inkomende voorzitter Bulgarije het werkprogramma voor de eerste helft van 2018.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, M.C.G. Keijzer

VERSLAG TELECOMRAAD 4 DECEMBER 2017

Verordening voor een vrij verkeer van niet-persoonsgegevens

Beleidsdebat

De Raad begon met een beleidsdebat over het voorstel voor een verordening voor een vrij verkeer van niet-persoonsgegevens. De ontwerpverordening is er op gericht om ongerechtvaardigde nationale datalocatie-eisen (geografische beperkingen aan de opslag en verwerking van data) binnen de EU weg te nemen ten behoeve van grensoverschrijdende dataopslag en -verwerking. Hiermee wordt het vrije verkeer van niet-persoonlijke data versterkt. Het beleidsdebat ging in op de vraag hoe overheidsorganisaties, naast het bedrijfsleven en consumenten, kunnen profiteren van het voorstel. Daarbij gaf een aantal lidstaten, waaronder Nederland, aan dat overheidsorganisaties het goede voorbeeld moeten geven door grensoverschrijdende datadiensten af te nemen.

Alle lidstaten benadrukten verder het belang van grensoverschrijdende toegang tot data voor nationale autoriteiten, om zo de autoriteiten in staat te stellen effectief toezicht uit te oefenen. Hiertoe is het van belang dat er op Europees niveau wordt samengewerkt. Een aantal lidstaten steunt daarbij het voorstel van de Europese Commissie om een nieuw, generiek samenwerkingsmechanisme voor de toegang tot data te ontwerpen. Andere lidstaten, waaronder Nederland, stellen dat bestaande samenwerkingsmechanismen gebruikt kunnen worden.

Verder steunt het merendeel van lidstaten de mogelijkheid om met oog op de publieke veiligheid een uitzondering te maken op het verbod om datalocatie-eisen te stellen. Nederland en het merendeel van de lidstaten ziet geen noodzaak om aanvullende uitzonderingsgronden op te nemen in het voorstel. Het voorzitterschap streeft ernaar nog dit jaar een algemene oriëntatie aan te nemen over het voorstel.

Herziening regels met betrekking tot e-privacy

Voortgangsrapportage

De Raad heeft kennisgenomen van de voortgangsrapportage over het voorstel voor een verordening met betrekking tot de eerbiediging van het privéleven en de bescherming van persoonsgegevens in elektronische communicatie (e-privacyverordening). Het voorstel bevat regels voor het verwerken van gegevens in het kader van het verzorgen van elektronische communicatie. Het voorstel vervangt de huidige e-privacyrichtlijn. De verordening is een aanvulling op de Algemene Verordening Gegevensbescherming, die algemene regels op het gebied van bescherming van persoonsgegevens bevat. In de voortgangsrapportage wordt vastgesteld dat de Raad progressie maakt.

BEREC

Algemene oriëntatie

De Raad heeft een algemene oriëntatie vastgesteld inzake het voorstel voor een verordening over de organisatie van Europese nationale toezichthouders voor elektronische communicatie (BEREC: Body of European Regulators for Electronic Communications (COM/2016/591)). BEREC richt zich op (i) een geharmoniseerde toepassing van de Europese wet- en regelgeving inzake telecommunicatie en (ii) verlenen van technische expertise aan nationale autoriteiten. In de Raadspositie wordt groot belang gehecht aan de onafhankelijkheid van BEREC als samenwerkingsverband van toezichthouders, en om deze reden wordt aan BEREC geen status van EU-agentschap verleend. Verder krijgt BEREC in de Raadspositie geen bevoegdheid om juridisch bindende beslissingen te nemen. De Commissie had graag meer ambitie gezien in de Raadspositie, maar gaf aan zich in de triloog constructief op te stellen. BEREC moet volgens de Commissie eenvoudiger, efficiënter en transparanter worden. Op basis van de Raadspositie zullen de onderhandelingen met het Europees parlement en de Europese Commissie van start gaan. Het voornemen is om deze onderhandelingen in de eerste helft van volgend jaar af te ronden.

Overige onderwerpen

Herziening regelgevend kader voor elektronische communicatie

Informatie van het voorzitterschap

Het Estse voorzitterschap gaf een terugkoppeling van de eerste triloog inzake de herziening van het regelgevend kader voor elektronische communicatie (COM/2016/590). Nederland heeft daarbij, in lijn met de motie van het lid Paternotte (Kamerstuk 21 501-30, nr. 414), steun uitgesproken voor de wens van het Europees parlement om een eind te maken aan excessief hoge kosten van internationaal bellen binnen de EU.

5G roadmap

Informatie van het voorzitterschap

Het voorzitterschap presenteerde een tijdsplan voor de uitrol van 5G in de Europese Unie tot 2025, de zogenaamde 5G roadmap. Het stappenplan is een vervolg op de ministeriële verklaring inzake 5G die tijdens de informele bijeenkomst van de ministers verantwoordelijk voor telecom en concurrentievermogen in Tallinn overeen is gekomen (juli 2017). Dit stappenplan heeft brede steun van de lidstaten. Naar aanleiding van de motie van Weverling c.s.(Kamerstuk 21 501-33, nr. 677) zal ik in de Nota Mobiele Communicatie ingaan op de 3,5G Hz-band ten behoeve van 5G.

Overige onderwerpen

Verder gaf het Estse voorzitterschap een terugkoppeling van de raadsconclusies inzake het cyberbeveiligingspakket. Deze conclusies zijn bekrachtigd door de Raad Algemene Zaken van 20 november jl. (Kamerstuk 21 501-02, nr. 1803) Hieraan wordt ook een actieplan van de Raad gekoppeld, dat zich zal richten op de uitwerking van de maatregelen van het cyberbeveiligingspakket. Ten slotte presenteerde inkomende EU-voorzitterschap Bulgarije het werkprogramma voor de eerste helft van 2018. Prioriteiten binnen het werkprogramma betreffen onder meer de afronding van de herziening van het regelgevend kader voor elektronische communicatie en van de verordening voor een vrij verkeer van niet-persoonsgegevens.

Naar boven