21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 573 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 december 2015

Hierbij stuur ik uw Kamer het verslag van de Telecomraad van 11 december 2015. Bij de Telecomraad was Eurocommissaris Oettinger (Digital Economy & Society) aanwezig.

Het Luxemburgse voorzitterschap heeft de Raad geïnformeerd over de voortgang van de onderhandelingen over de ontwerprichtlijn Toegankelijkheid overheidswebsites en de uitkomst van de trilogen over de ontwerprichtlijn Netwerk- en informatiebeveiliging. Tijdens de Raad was er ook een beleidsdebat over de herziening van het regelgevend kader voor elektronische communicatienetwerken en -diensten (herziening telecomkader).

Onder het punt diversen heeft de Europese Commissie de Raad geïnformeerd over zowel de voortgang van het internationaal overleg over Internet Governance, als over de voortgang van de onderhandelingen inzake het handelsverdrag tussen de EU en de Verenigde Staten, Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP).

Tot slot heeft Nederland, als inkomende voorzitter van de Raad, zijn plannen voor het aankomende voorzitterschap gepresenteerd.

De eerstvolgende Telecomraad is gepland op 26 mei 2016.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

VERSLAG TELECOMRAAD 11 DECEMBER 2015

Voortgang ontwerprichtlijn Toegankelijkheid overheidswebsites

Het Luxemburgse voorzitterschap heeft de Raad geïnformeerd over de voortgang van de onderhandelingen over de ontwerprichtlijn Toegankelijkheid overheidswebsites. Op 18 december 2015 heeft het voorzitterschap aan het Coreper een mandaat gevraagd voor het starten van de onderhandelingen (triloog) met het Europees Parlement begin 2016. Het Nederlandse voorzitterschap zal de onderhandelingen (triloog) met het Europees Parlement starten. De Europese Commissie onderstreepte het belang van een goede dienstverlening aan burgers, in het bijzonder voor burgers met beperkingen, en sprak de verwachting uit dat het Nederlandse voorzitterschap voor voortgang kan zorgen op deze richtlijn.

Ontwerprichtlijn netwerk- en informatiebeveiliging

Het voorzitterschap heeft de Raad ingelicht over de uitkomsten van de onderhandelingen over de ontwerprichtlijn inzake netwerk- en informatiebeveiliging. De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie heeft uw Kamer voorafgaand aan de Telecomraad geïnformeerd over de voortgang van de onderhandelingen (Kamerstuk 33 602, nr. 7). In de triloog van 7 december jl. is een politiek akkoord bereikt met het Europees Parlement. Tijdens de Telecomraad gaf Commissaris Oettinger aan dat veiligheid een centraal thema voor de toekomst wordt, deze richtlijn is een eerste Europese stap. De lidstaten spreken momenteel verder over technische details. In het Coreper van 18 december 2015 is de lidstaten gevraagd om het akkoord op basis van de volledige tekst te bevestigen. Conform eerdere toezeggingen zal de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie uw Kamer nader informeren.

Herziening van het regelgevend kader voor elektronische communicatienetwerken en – diensten

Tijdens de Raad vond een beleidsdebat plaats over de aanstaande herziening van het regelgevend kader voor elektronische communicatienetwerken en -diensten (herziening telecomkader).

Commissaris Oettinger benadrukte de waarde van connectiviteit voor de economie en de burger. Daarvoor zijn investeringen in netwerken cruciaal. Regels zullen moeten worden gemoderniseerd, waarbij het volgens Commissaris Oettinger kan gaan om deregulering, maar eventueel ook om regulering van nieuwe spelers. Commissaris Oettinger wees op het belang van het bereiken van een gelijk speelveld tussen telecombedrijven en bedrijven die communicatiediensten over het internet (Over-The-Top, OTT) aanbieden. In dat verband wees hij ook op de lopende publieke consultatie over digitale platforms. Commissaris Oettinger benadrukte daarnaast de noodzaak van harmonisatie van spectrumbeleid, met het oog op de inzet van nieuwe technologieën en het bereiken van connectiviteit zonder grenzen. De Europese Commissie zal volgend jaar de uitkomst van de publieke consultatie presenteren en zal medio volgend jaar een wetgevend voorstel doen.

Lidstaten vroegen aandacht voor een telecomkader dat een antwoord geeft op de groeiende behoefte aan snelle en betrouwbare verbindingen, toekomstbestendig is en bijdraagt aan een stabiel en voorspelbaar investeringsklimaat. Veel lidstaten, waaronder grote lidstaten zoals Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, wezen op de noodzaak van investeringen in connectiviteit, ook op het platteland. Waar de markt niet voorziet in investeringen in netwerken, zou de overheid moeten kunnen bijspringen. Meerdere lidstaten merkten op dat het staatssteunkader daarvoor meer ruimte zou moeten bieden. Enkele lidstaten waren voor een ambitieuzere definitie van breedband in de regels voor de universele dienst, maar de meeste lidstaten wilden die definitie nationaal kunnen invullen. Lidstaten onderstreepten ook het belang van behoud van mededinging in de markt. Volgens enkele lidstaten, waaronder België, zijn de regels voor toegangsregulering onvoldoende toegesneden op gebieden met twee netwerken.

Ten aanzien van de uitgifte van radiospectrum waren lidstaten eensgezind in hun wens om de nationale competenties op dit terrein te behouden. De voorwaarden die aan spectrumvergunningen worden verbonden, moeten kunnen aansluiten bij nationale omstandigheden. Meerdere lidstaten spraken wel hun steun uit voor een sterkere samenwerking van lidstaten op spectrumbeleid.

Naar aanleiding van de opkomst van communicatiediensten die over het internet worden geleverd (Over-The-Top (OTT) diensten) pleitten veel lidstaten voor het creëren van een gelijk speelveld met traditionele telecombedrijven. Sommige lidstaten gaven aan dit bij voorkeur te realiseren door generieke regelgeving op te leggen aan alle partijen en specifieke regels voor telecombedrijven waar mogelijk te schrappen. Andere lidstaten waarschuwden er echter voor specifieke regels niet te schrappen, omdat de bescherming van eindgebruikers en de kwaliteit van telecomdiensten daarmee in het geding kunnen zijn. Veel lidstaten pleitten voor een voorzichtige benadering, waarbij specifieke regels voor telecombedrijven alleen worden doorgetrokken naar OTT-spelers op basis van bewezen noodzaak. Bescherming van eindgebruikers van communicatiediensten moet volgens veel lidstaten leidend zijn.

Nederland heeft aandacht gevraagd voor het vinden van een balans tussen harmonisatie en flexibiliteit voor lidstaten om rekening te houden met nationale omstandigheden en voorkeuren Dit kan onder meer door lidstaten de keuze tussen verschillende regelgevende opties te bieden. Deze boodschap vond weerklank bij een aantal lidstaten.

DIVERSEN

Internet Governance

De Commissie informeerde de Raad over de voortgang van de VN-onderhandelingen over de herziening van de afspraken van de World Summit on the Information Society (WSIS) uit 2005 en – daaraan gekoppeld – een verlenging van het mandaat van het mondiale Internet Governance Forum (IGF). Daarover is inmiddels besloten op een high-level bijeenkomst van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties op 15 en 16 december 2015. De Commissie hamerde op het belang van wereldwijde, gemeenschappelijke afspraken over de informatiemaatschappij. Daarbij is het multistakeholdermodel, waar ook niet-statelijk actoren in deelnemen, een belangrijke voorwaarde voor de EU bij de onderhandelingen.

Daarnaast berichtte de Commissie over de voortgang bij de overdracht van internetbeheerstaken aan de internationale internetgemeenschap. De Commissie wees daarbij op de noodzaak van gezamenlijk optreden van de lidstaten voor een sterkere onderhandelingspositie van de EU. Frankrijk uitte haar zorgen over een bestuursmodel op basis van consensus, waarbij het veto van één land besluitvorming kan belemmeren.

Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP)

Verder informeerde de Commissie de Raad over de stand van zaken bij de onderhandelingen over het Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP). De Commissie gaf aan dat er geen apart hoofdstuk komt over digitale economie en elektronische handel. De Commissie zet wel in op ambitieuze afspraken ten aanzien van elektronische etikettering, elektronische toegankelijkheid en interoperabiliteit en het verminderen van wederzijdse barrières voor grensoverschrijdende elektronische handel. De Commissie benadrukte dat TTIP geen effect heeft op huidige en toekomstige Europese en nationale regelgeving voor enkele specifieke onderwerpen, zoals regelgeving over audiovisuele media, e-privacy en boekenprijzen.

Presentatie werkprogramma Nederlands voorzitterschap

Tot slot heeft Nederland, als inkomende voorzitter van de Raad van Ministers, zijn werkplan voor het voorzitterschap toegelicht zoals weergegeven in de geannoteerde agenda voor de Telecomraad (Kamerstuk 21 501-33, nr.570).