21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 319 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 mei 2011

Hierbij doe ik u toekomen, mede namens de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, het verslag van de Transportraad van 31 maart 2011. De volgende Transportraad zal plaatsvinden op 16 juni 2011.

De Raad bereikte zonder veel discussie een algemene oriëntatie op het voorstel voor een besluit inzake toegang tot de Public Regulated Service (PRS) van Galileo. PRS is één van de vijf voorziene signalen van Galileo en zal een robuust signaal voor plaats- en tijdbepaling zijn dat alleen beschikbaar is voor overheden en door deze overheden geautoriseerde gebruikers.

Meer discussie vond plaats over de tussentijdse evaluatie van de Europese satelliet- en navigatie programma’s EGNOS en Galileo (GNSS). De Raad nam Raadsconclusies aan.

In zijn interventie wees Europees Commissaris Tajani op het politieke en industriële belang van het Europese GNSS-programma. Met betrekking tot Galileo zullen voor de zomer de laatste contracten worden ondertekend. De eerste vier satellieten zullen in de komende twaalf maanden worden gelanceerd. Vanaf eind 2014 komen de eerste diensten beschikbaar, op basis van 18 satellieten (de totale constellatie omvat 30 satellieten). Vanaf 2020 moet het systeem volledig ontplooid zijn. De Commissie gaf verder aan initiatieven te nemen om de kosten te drukken. Preciezere cijfers zullen beschikbaar zijn nadat de laatste contracten zijn afgesloten.

Ik heb de Commissie bedankt voor de tussentijdse evaluatie en de gerealiseerde voortgang. Daarbij heb ik aangegeven teleurgesteld te zijn dat, ondanks alle maatregelen zoals risicomanagement en eenduidige aansturing, er toch sprake is van een forse kostenoverschrijding. Het besef dat deze overschrijding voornamelijk wordt veroorzaakt door externe oorzaken doet hieraan niets af. Dit levert een dilemma op: enerzijds ben ik voorstander van een concurrerend Galileo systeem met een goed rendement voor de samenleving; anderzijds zal de extra financiering, juist in deze tijd van noodzakelijke bezuinigingen, bijzonder lastig zijn. Het is daarom cruciaal dat het uiterste wordt gedaan om tot een concreet programma van kostenbesparing te komen. Ik heb de Commissie dan ook opgeroepen om op korte termijn maatregelen te presenteren om tot kostenbesparing te komen.

Dit kan inhouden dat onderdelen van het systeem later dan 2019 worden geïntroduceerd. Met de voorstellen tot besparing verwacht ik tevens maatregelen om herhaling van kostenoverschrijdingen in de toekomst te voorkomen. Een dergelijk realistisch plan voor de verdere bouw en exploitatie van de systemen kan een goede uitgangspositie bieden voor de onderhandelingen over de komende meerjarenbegroting. De dekking van de meerkosten van Galileo zouden gevonden moeten worden in de EU begroting.

Veel lidstaten gaven aan het GNSS-programma te ondersteunen. Daarbij benadrukte een aantal lidstaten dat gezocht moet worden naar kostenbesparingen. Financiering zou ook in de toekomst uit het EU budget moeten plaatsvinden.

Een debat vond plaats over het voorstel tot wijziging van de verordening tot oprichting van het Europese agentschap voor maritieme veiligheid (EMSA). Dit voorstel beoogt zowel de huidige rol van EMSA op onderdelen te verduidelijken, alsmede het takenpakket uit te breiden. In haar interventie verwelkomde de Commissie het debat en benadrukte zij dat het voorstel slechts bescheiden ambities heeft.

Ik heb tijdens mijn interventie aangegeven dat in 2009 het derde pakket maritieme veiligheid is aangenomen. Hieruit vloeien nieuwe taken voort voor EMSA die moeten worden verankerd in het voorstel tot herziening van de EMSA verordening. Het is daarbij verleidelijk om de expertise en instrumenten van EMSA ook in te zetten op aanpalende terreinen. Voorkomen moet echter worden dat daarmee de aandacht van de kerntaken van EMSA wordt afgeleid. Daarnaast moet, zeker in de huidige tijd, ook goed gekeken worden naar de budgettaire gevolgen hiervan. Alleen indien de toegevoegde waarde kan worden aangetoond, moet de inzet van expertise en instrumenten van EMSA op aanverwante terreinen worden overwogen. Daar past een zeer zorgvuldige besluitvorming bij.

Uit het debat bleek dat de meeste lidstaten deze mening waren toegedaan. De komende tijd zal verder gesproken worden over het voorstel. Besluitvorming is voorzien tijdens de Transportraad van juni.

De Raad nam een besluit aan waarmee de EU wordt gemachtigd toe te treden tot het Protocol van 2002 bij het Verdrag van Athene. Dit is een internationaal verdrag inzake aansprakelijkheid en compensatie bij vervoer van passagiers en bagage over zee. Voor de Raad was nog discussie ontstaan over de rechtsgrondslag van het besluit. Uiteindelijk is er voor gekozen om het voorstel op te splitsen in twee delen met onderscheidende rechtsbases: artikel 100 VWEU voor het transportgedeelte van het besluit en artikel 81 VWEU voor de onderdelen die meer op het terrein van justitie liggen. Hiermee konden alle lidstaten akkoord gaan.

Op het gebied van luchtvaart ging de Raad zonder verdere discussie akkoord met het onderhandelingsresultaat tussen de EU en de ICAO voor verdere samenwerking. Ook werd het mandaat voor de Commissie om te onderhandelen met Zwitserland over de aanpassing van de reeds bestaande luchtvaartovereenkomst, goedgekeurd. In deze luchtvaartovereenkomst zouden ook intra-Europese cabotagerechten moeten worden opgenomen.

Onder het agendapunt «diversen» presenteerde de Commissie kort het Witboek Vervoer. De Commissie benadrukte het strategische karakter ervan, maar nuanceerde tegelijkertijd de betekenis («het is geen wetgeving»). In de ogen van de Commissie is het Witboek zeer genuanceerd: het terugdringen van vervoer is geen optie, maar het moet zeker veel schoner en minder afhankelijk van fossiele brandstoffen. Tijdens deze Raad vond verder geen debat plaats over het Witboek, dit zal gebeuren tijdens de Transportraad van juni. De Commissie gaf aan uit te kijken naar dit debat. U ontvangt zo spoedig mogelijk een kabinetsreactie op het Witboek Vervoer.

Tevens werd onder dit agendapunt door de Commissie kort stilgestaan bij de uitkomst van de onderhandelingen over een luchtvaartakkoord met Brazilië. Dit akkoord maakt meer vluchten mogelijk en biedt daarmee, mede gezien het WK voetbal in 2014 en de Olympische Spelen in 2016 in Brazilië, nieuwe kansen voor Europese luchtvaartmaatschappijen op de Braziliaanse markt.

De minister van Infrastructuur en Milieu,

M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Naar boven