21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 783 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 mei 2014

Met deze brief informeer ik u over de uitkomsten van de informele Landbouwraad die op 5 en 6 mei plaatsvond in Athene, Griekenland. Tevens informeer ik u over de Nationale Verklaring 2014 over het beheer van de Europese Fondsen.

Het Griekse voorzitterschap heeft een oriënterend debat gevoerd over het transformeren van de diversiteit van de Europese landbouw tot een kracht.

«Transformeren van de Europese landbouwdiversiteit in kracht»

(algemene oriëntatie)

Het thema van de informele Raad was «het transformeren van de Europese landbouwdiversiteit in kracht». Het Griekse voorzitterschap wilde daarmee een discussie voeren over de wijze waarop de diversiteit van de Europese landbouw een kracht kan zijn, eerder dan een belemmering.

De Raad bleek eenstemmig over het feit dat de diversiteit inderdaad een kracht is van het Europese landbouwmodel, voor zowel economie als ecologie. Daar stond tegenover dat de ideeën over de wijze waarop de diversiteit ondersteund zou kunnen worden uiteen liepen.

Het voorzitterschap concludeerde na afloop van de discussie van de Ministers dat agrarische diversiteit moet worden gekwalificeerd als fundamenteel voor de positie van de Europese agro-foodsector in de globale internationale concurrentieverhoudingen. De diversiteit in producten en productiemethoden zijn een wezenlijk onderdeel van het Europees landbouwmodel en vormen een belangrijk pluspunt ten opzichte van de Europese handelspartners. Het handhaven van deze agrarische diversiteit is dan ook van essentieel belang voor de concurrentiekracht van de Europese agro-foodsector. Het op flexibele wijze inzetten van het beschikbare instrumentarium van het Gemeenschappelijke Landbouwbeleid (GLB) is noodzakelijk om de agrarische diversiteit te versterken. De discussie tijdens de informele Landbouw- en Visserijraad en de uitwisseling van goede praktijken moeten dan ook een leidraad zijn voor de verdere implementatie van het nieuwe GLB. Het voorzitterschap heeft verder onderstreept dat bij dit alles onderzoek en ontwikkeling en innovatie van groot belang zijn.

Commissaris Cioloş heeft gewezen op het feit dat agrarische diversiteit een feit is en een belangrijk gegeven in het Europese landbouwmodel. Naar zijn mening zou het debat zich moet toespitsen op de noodzaak om middelen en instrumenten te vinden om de agrarische diversiteit in goede banen te leiden. De drang van de agro-foodsector om te presteren moet niet ten koste gaan van de diversiteit, maar agrarische diversiteit moet ook niet een belemmering vormen voor goede prestaties van de Europese agro-foodsector. Het vinden van de juiste balans is van wezenlijk belang, aldus de Commissaris. Om deze handschoen op te kunnen nemen, zijn onderzoek en ontwikkeling en innovatie van wezenlijk belang om op deze manier het Europees landbouwmodel naar een hoger niveau te brengen. De Commissaris heeft opgeroepen in internationale handelspolitieke onderhandelingen lef te tonen. Een offensieve houding moet de leidraad zijn. Hij heeft gepleit voor een positieve, agressieve positie in dergelijke onderhandelingen op basis van de waarden van het Europees landbouwmodel. Volgens Commissaris Cioloş hoeft er geen strijdigheid te zijn tussen agrarische diversiteit en de gemeenschappelijke kenmerken van het GLB.

Hij heeft tevens het belang van voortdurende aandacht voor vereenvoudiging van het GLB onderstreept. Dat is volgens de Commissaris niet alleen een taak voor de Europese Commissie, maar ook voor de lidstaten, zowel bij de vorming van het GLB als in de uitvoering ervan. Volgens de Commissaris is het verzoenen van de noodzaak van grotere flexibiliteit in het GLB met vereenvoudiging één van de belangrijke opgaven voor de Europese Commissie en de lidstaten.

Ik heb aangegeven dat de opgave om 9 miljard mensen te voeden betekent dat de voedselproductie met maar liefst 60% zal moeten stijgen. Dit vraagt een strategische benadering, waarbij de benodigde groei niet ten koste gaat van de huidige diversiteit. Diversiteit en behoud daarvan mag echter niet leiden tot een statische benadering van de Europese landbouwpolitiek. Het nieuwe GLB geeft daarin wel veel ruimte, maar ik heb aangegeven mij wel zorgen te maken over de gedetailleerdheid van de regelgeving en de gebruiksvriendelijkheid daarvan. Ik heb de Commissaris gevraagd om daar de komende tijd nog verder over te spreken.

Zuivel

En marge van de Raad is op initiatief van Nederland, Oostenrijk en Duitsland met Commissaris Cioloş en een aantal landen gesproken over de mogelijkheid om in juni een besluit te nemen over een zachte landing bij de afschaffing van de melkquota, door aanpassing van de vetcorrectiefactor. In de komende weken zal een voorstel hiervoor worden uitgewerkt.

Overig

Ontwikkelingen ELGF periode 2007–2013

Op verantwoordingsdag (21 mei 2014) zal de Minister van Financiën uw Kamer informeren over de Nationale Verklaring 2014: het financieel beheer van de Europese Fondsen.

In het rapport van de Algemene Rekenkamer bij de Nationale Verklaring worden voor het Europees landbouwgarantiefonds (ELGF) twee lopende onderzoeken door de antifraude-eenheid van de Europese Commissie (OLAF) vermeld. Van deze onderzoeken zijn nog geen definitieve oordelen ontvangen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven