21 501-32
Landbouw- en Visserijraad

nr. 43
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 23 september 2003

Op maandag 29 september vindt in Brussel een bijeenkomst plaats van de Europese ministers van Landbouw en Visserij. Op de agenda staan negen punten.

Tijdens de Raad zal de formele goedkeuring plaatsvinden van de wetgevingsbesluiten ten aanzien van de hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (Mid Term Review), waarover in de Raad van juni politieke overeenstemming is bereikt. De goedkeuring nu betreft de juridische uitwerking van deze besluiten en is feitelijk slechts een formaliteit.

In navolging van het hervormingspakket waarover inmiddels overeenstemming is bereikt, komt de Commissie met een nieuw mededeling met daarin voorstellen voor aanpassing van het beleid voor katoen, tabak, olijfolie en suiker. De Commissaris zal deze plannen in de Raad voor het eerst presenteren.

De agenda ziet er als volgt uit.

1. Goedkeuring van de voorlopige agenda

2. Goedkeuring van de lijst met A-punten

3. Voorstel voor een Raadsverordening inzake het beheer van visserij-inspanning voor bepaalde vangstgebieden en visbestanden (westelijke wateren) (Politiek akkoord)

Het verordeningsvoorstel is aan de Raad voorgelegd als gevolg van de gewijzigde rechtssituatie vanaf 1 januari 2003 met betrekking tot de afloop van toegangsbeperkingen voor Spanje en Portugal. Met dit wijzigingsvoorstel wordt beoogd de totale inspanning in de westelijke wateren na genoemde datum te stabiliseren. Nederland steunt de doelstelling van het verordeningsvoorstel.

Nederland acht het van belang dat voor de toekomstige regulering van de inspanning in de westelijke wateren een adequate afstemming met de beschikbaarheid van TAC's en quota plaatsvindt, om zodoende te garanderen dat het inspanningsinstrument een ondersteunende functie voor het TAC/quotumbeleid blijft behouden.

Het voorzitterschap streeft naar een politiek akkoord en zal de Raad een voorzitterscompromis presenteren.

4. (Eventueel) Voorstel voor Raadsverordening tot wijziging van Vo 1626/94 inzake technische maatregelen in de Middellandse Zee (Presentatie door de Commissie)

De Commissie zal bovengenoemd voorstel eventueel presenteren. Het betreft een wijziging van bestaande beheersmaatregelen in de Middellandse Zee. De inhoud van het voorstel is nog niet bekend.

5. Richtsnoeren voor het naast elkaar bestaan van genetisch gemodificeerde gewassen en conventionele en biologische landbouw (Oriënterend debat)

De Raad zal een oriënterend debat voeren over een document van de Commissie dat ingaat op het naast elkaar bestaan van genetisch gemodificeerde gewassen en conventionele en biologische landbouw. De Raad heeft over dit onderwerp reeds verschillende malen gesproken, maar op dat moment was het document van de Europese Commissie nog niet beschikbaar.

Achtergrond van het document van de Commissie is dat verschillende lidstaten hebben aangegeven problemen te voorzien bij het naast elkaar bestaan (coëxistentie) van genetisch gemodificeerde en conventionele gewassen. Zij hebben de Commissie gevraagd hierover een rapport uit te brengen en eventueel met passende maatregelen te komen.

Het probleem waarvoor gevreesd wordt, is het uitkruisen van gg-gewassen met gg-vrije soortgenoten.

In de mededeling geeft de Commissie aan dat in de EU geen enkele vorm van landbouw mag worden uitgesloten. Los van het feit of het om de teelt van conventionele gewassen, biologische teelten of gg-gewassen gaat. Deze redenering wordt beargumenteerd met de keuzevrijheid voor consumenten en producenten.

Tevens concludeert de Commissie dat het aan de individuele lidstaten is om maatregelen te nemen die er zorg voor dragen dat alle vormen van landbouw ook kunnen blijven voortbestaan. Daarvoor doet ze wel een aantal aanbevelingen over de meest geschikte beheersmaatregelen om vermenging (uitkruising) te voorkomen. Vanwege de grote regionale verschillen in teelten in de EU meent de Commissie dat het niet op haar weg ligt zaken dwingend voor te schrijven.

Nederland steunt de Commissie in haar opvatting dat het aan de lidstaat zelf is om adequate maatregelen te nemen om vermenging van gewassen te voorkomen. De richtsnoeren en aanbevelingen die de Commissie daarvoor geeft, kunnen daarbij een goed kader vormen. Ik vind het bovendien verstandig dat is voorzien om na twee jaar de beoogde werkwijze te evalueren, zodat eventuele noodzakelijke aanpassingen kunnen worden doorgevoerd.

6. Een duurzaam landbouwbeleid voor Europa; hervorming van de sectoren tabak, olijfolie, katoen en suiker (Presentatie door de Commissie)

Tijdens de onderhandelingen over de hervorming van belangrijke sectoren van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (Mid Term Review) heeft de Commissie aangegeven na de zomer te komen met aanvullende voorstellen voor enkele sectoren. Het betreft het beleid voor tabak, olijfolie, katoen en suiker, die niet bij de laatste hervorming waren betrokken. Voor de eerste drie genoemde producten zal de Commissie met concrete voorstellen komen. Voor suiker is toegezegd dat eerst een optie op papier met enkele alternatieven voor een nieuw beleid zal worden gepresenteerd.

Hoewel de voorstellen momenteel nog niet bekend zijn, heeft de Commissie wel aangegeven de lijn uit de laatste hervormingen te willen doorzetten. Dat betekent dat ze waarschijnlijk zal voorstellen de steun die aan genoemde producten wordt gegeven, los te koppelen van de actuele productie. Daarmee neemt de handelsverstoring van het beleid fors af, één van de redenen waarom het bestaande landbouwbeleid werd en wordt hervormd.

Bij suiker zal de Commissie, zoals gezegd, een aantal opties voor het toekomstig beleid schetsen. Het bestaande suikerbeleid staat om verschillende redenen onder druk. Zo is de afgelopen jaren de kostprijs van de productie van suiker in bepaalde gebieden buiten de EU aanzienlijk gedaald. Bovendien hebben enkele landen bij de wereldhandelsorganisatie (WTO) een klacht ingediend tegen het Europees suikerbeleid. Ze menen dat de export van de EU tegen wereldmarktprijzen slechts mogelijk is omdat de telers op de interne EU-markt een hogere prijs kunnen bedingen.

Evenals bij eerdere voorstellen tot hervorming, sta ik aanpassingen voor die de marktwerking in het beleid versterken en daarmee de concurrentie positie van de Europese en Nederlandse landbouw op de markt verbeteren. Bovendien moeten de voorstellen passen in de kaders die door de WTO aan het landbouwbeleid worden gesteld en moeten ze gefinancierd worden binnen de bestaande budgetten voor het beleid. Bij genoemde producten zijn daarnaast de belangen van de armste ontwikkelingslanden in het geding. Dat vergt een gedegen afweging waarbij ook de belangen van de Nederlandse en Europese landbouw een rol zullen spelen. Zo gauw de voorstellen bekend zijn, zal het kabinet hierover een standpunt formuleren.

7. Overbruggingssteun voor schaalvruchten in 2003 (Besluitvorming)

Spanje verzoekt de Raad akkoord te gaan met een nationale regeling voor de telers van bepaalde schaalvruchten (onder andere noten). De Spaanse minister acht een dergelijke regeling nodig omdat de oude programma's die door de EU werden gefinancierd, in 2002 grotendeels zijn afgelopen. Tijdens de laatste hervormingen van het beleid is overeengekomen dat vanaf 2004 met een nieuw, aangepast en soberder programma wordt gestart. Dat betekent dat in 2003 geen specifiek beleid voor deze sector bestaat, hetgeen door Spanje als onwenselijk wordt gezien. Men vreest inkomensgevolgen voor de telers en verlies van continuïteit van delen van de sector. Vandaar het verzoek voor het verlenen van nationale steunmaatregelen aan deze sector.

Nederland staat altijd tamelijk kritisch ten opzichte van het verlenen van nationale steun aan specifieke sectoren. Gezien het feit dat het hier evenwel een duidelijk overgangsprobleem betreft, wil ik besluitvorming niet blokkeren en overweeg ik mij van stemming te onthouden.

8. Hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid: Mid Term Review (Goedkeuring juridische teksten)

De Raad zal zonder verder debat haar goedkeuring geven aan de juridische teksten die de weerslag vormen van de besluiten van de Raad van juni over de hervorming van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Na de uiteindelijke besluitvorming zijn deze teksten opgesteld en in ambtelijke werkgroepen besproken.

Er is geen verder debat over dit onderwerp voorzien. Wellicht dat de Landbouwcommissaris nogmaals kort zal wijzen op de fundamentele aard van de veranderingen die zijn overeengekomen. Over de resultaten van de onderhandelingen is uw Kamer uitvoerig geïnformeerd via eerdere brieven.

9. Diversen

– Memorandum betreffende de hervorming van de marktordening suiker (verzoek Denemarken)

De Deense minister zal de Raad enkele mogelijkheden voorhouden ter aanpassing van de marktordening suiker. De exacte ideeën van Denemarken op dit punt zijn nog niet bekend, maar zoals eerder aangegeven zal ook de Europese Commissie komen met enkele opties voor aanpassing van het suikerbeleid.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C. P. Veerman

Naar boven