21 501-32
Landbouw- en Visserijraad

nr. 347
MOTIE VAN HET LID ATSMA C.S.

Voorgesteld 2 juli 2009

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat een meerderheid van de Kamer naar aanleiding van de motie-Ouwehand c.s. (31 700 XIV, nr. 106) de zogenaamde verrijkte kooi reeds per 1 januari 2017 in plaats van 1 januari 2021 wil verbieden;

overwegende, dat ondernemers, onder meer vanwege het wettelijke verbod op de legbatterij per 1 januari 2012, hebben geïnvesteerd in alternatieve huisvesting, conform de op dat moment toegestane wettelijke mogelijkheden;

overwegende, dat tientallen legpluimveehouders door het verbod op de verrijkte kooi met een desinvestering geconfronteerd dreigen te worden;

overwegende, dat er bij betreffende ondernemers sprake is van een directe schade alsmede van indirecte schade in de vorm van inkomensderving;

verzoekt de regering alvorens tot besluitvorming over te gaan, door middel van onafhankelijk onderzoek zowel de directe als indirecte schade voor de betreffende ondernemers in beeld te brengen, en de Kamer hierover te berichten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Atsma

Cramer

Van der Vlies

Naar boven