21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 1284 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 april 2021

Met deze brief informeer ik uw Kamer over de agenda van de Landbouw- en Visserijraad van 26 april aanstaande. Op het moment van schrijven is er nog geen definitieve agenda beschikbaar.

I. Agenda Raad

Gedachtewisseling over de ontwikkelingen op de landbouwmarkten

De Europese Commissie zal een overzicht geven van de situatie op de Europese landbouwmarkten, waarbij zij waarschijnlijk ook in zal gaan op de ontwikkelingen in relatie tot de COVID-19-pandemie en de Brexit. Op het moment van schrijven is er nog geen stuk voorhanden met de laatste ontwikkelingen. De Europese Commissie publiceert de reguliere monitoring van de landbouwmarkten en bespreekt dit periodiek met de lidstaten. De prijzen van de meeste gemonitorde landbouwproducten laten de laatste weken een (voorzichtige) opgaande lijn zien. Veel prijzen komen uit een diep dal en liggen nog lang niet op het vijfjaarsgemiddelde. Voor granen, oliehoudende zaden en schapen- en geitenvlees bevinden de prijzen zich echter op een hoog niveau.

Ik zal de situatie in Nederland schetsen en aangeven welke risico’s en zorgen ik zie. Ik zal daarbij met name ingaan op de actuele situatie in landbouwsectoren die (negatieve) gevolgen ondervinden van de maatregelen in Nederland en elders in het kader van de COVID-19-pandemie, de Brexit en/of andere (mondiale) ontwikkelingen op de landbouwmarkten.

Internationale handel in landbouwgoederen en studie impact van toekomstige handelsakkoorden op de landbouwsector

Onder dit agendapunt zal de Europese Commissie de Raad informeren over de stand van zaken van haar werkzaamheden op het gebied van internationale handel in landbouwgoederen. Op het moment van schrijven is er nog geen stuk van de Europese Commissie beschikbaar. Mogelijk geeft de Commissie een update over de laatste stand van zaken van de handelsrelatie met het Verenigd Koninkrijk.

Ook zal de Europese Commissie de Raad informeren over de studie naar cumulatieve effecten van handelsakkoorden op de Europese landbouwsector. Deze studie is gedaan door het Joint Research Centre en op 26 januari 2021 gepubliceerd.1 Er is een mogelijkheid tot gedachtewisseling tussen lidstaten. Ik zal de Commissie bedanken voor het uitvoeren van deze studie, en het belang van de studie benadrukken. De studie geeft namelijk inzicht in de effecten van akkoorden die nog in onderhandeling zijn en van bestaande akkoorden. Dit inzicht is nodig om het Europese marktaanbod te kunnen wegen bij handelsakkoorden die in onderhandeling zijn. Verder zal ik aangeven het belangrijk te vinden dat cumulatieve studies met regelmaat worden uitgevoerd omdat in handelsakkoorden vaak sprake is van gefaseerde markttoegang en de volledige effecten pas na 5 tot 10 jaar na inwerkingtreding of voorlopige toepassing zichtbaar worden. De studie identificeert rundvlees, pluimvee, schapenvlees, suiker en rijst als kwetsbare sectoren in de EU. Ik zal daarom aangeven dat daar prudent mee moet worden omgegaan in onderhandelingen.

AOB: Evaluatie van de EU-strategie over dierenwelzijn

De Europese Commissie heeft een evaluatie uitgevoerd van de afgelopen EU-strategie inzake dierenwelzijn en zal hier een presentatie over geven.

De Commissie heeft de afgelopen strategie laten onderzoeken op relevantie, coherentie, effectiviteit en efficiëntie. Uit het onderzoek blijkt dat de strategie onder meer heeft bijgedragen aan de ondersteuning van lidstaten bij de verbetering van de handhaving en naleving van de regelgeving. Sommige uitdagingen van de strategie blijken volgens de Commissie uit dit onderzoek echter nog steeds relevant. Een blijvende uitdaging is de noodzaak om de naleving in de lidstaten op sommige risicogebieden te verbeteren (transport, het routinematig staartcouperen bij varkens, sommige bedwelmingsmethoden). Gelet op de toenemende belangstelling van EU-burgers voor dierenwelzijn, is de doelstelling om consumenten en het publiek van passende informatie te voorzien volgens de Commissie zelfs nog relevanter geworden dan bij de start van de afgelopen strategie in 2012. Daarnaast is het volgens de Commissie nodig om de synergiën met het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) voor de periode 2021–2027 verder te optimaliseren en om beter gebruik te maken van de instrumenten die het biedt om de dierenwelzijnsnormen in de veehouderij te verbeteren en om het bewustzijn van de GLB-begunstigden over dierenwelzijnseisen te vergroten. Wat het EU-regelgevingskader betreft, zijn er volgens de Commissie nog steeds de hiaten die in 2012 bestonden, vooral wat betreft de bescherming van bepaalde gehouden soorten waarvoor op EU-niveau geen specifieke regels bestaan. De bevindingen van de evaluatie zullen worden meegenomen in de lopende evaluatie («fitness check») van de EU-wetgeving inzake dierenwelzijn en dienen als informatiebron voor mogelijke toekomstige initiatieven op het gebied van dierenwelzijn, zoals aangekondigd door de «Van boer-tot-bord»-strategie. De resultaten van de «fitness check» moeten helpen bij de afweging of en welke herziening nodig is van de vijf EU-richtlijnen en twee EU-verordeningen die gaan over dierenwelzijn op landbouwbedrijven, tijdens transport en bij het doden. Wat betreft de handhaving wil de Commissie bijzondere aandacht schenken aan nalevingsrisicogebieden die bij de uitgevoerde evaluatie zijn geïdentificeerd.

De Raad heeft de Europese Commissie in zijn conclusies van december 2019 gevraagd om een nieuwe strategie te ontwikkelen die mede rekening houdt met de uitkomsten van de evaluatie. Nederland heeft (samen met Duitsland, Denemarken, Zweden en België, de zogenoemde Vughtgroeplanden) al bij de Europese Commissie gepleit voor een nieuwe EU-strategie voor dierenwelzijn, inclusief ambitieuzere EU-regelgeving op dit gebied, onder meer gericht op verbetering van dierenwelzijn bij transport en voor de varkenshouderij, maar ook op dierenwelzijnsvoorschriften voor commercieel gehouden en verhandelde diersoorten waarvoor nog geen specifieke EU-regelgeving bestaat.

AOB: GLB-hervormingspakket post 2020

Tijdens de Landbouw- en Visserijraad 26 april a.s. zal het Portugese voorzitterschap een stand van zaken geven over de triloogfase van de onderhandelingen over het toekomstig Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. In het verslag van de laatste Landbouw- en Visserijraad (Kamerstuk 21 501–32, nr. 1283) heb ik uw Kamer geïnformeerd over de besprekingen over de drie GLB-hervormingsverordeningen tijdens de Raad en de daaropvolgende zogenaamde supertriloog die op 26 maart plaatsvond. Belangrijke thema’s in die besprekingen waren het nieuwe uitvoeringsmodel, de doelgerichtheid van directe betalingen en onderdelen van de GMO-wijzigingsverordening.

In april vinden de drie volgende trilogen plaats. Het voorzitterschap zal de uitkomst hiervan terugkoppelen tijdens de Raad. Indien nodig en opportuun zal ik reageren en daarbij het belang van tijdige besluitvorming onderstrepen alsook mij ervoor inzetten om de Nederlandse positie te verankeren in de verdere onderhandelingen. Prioriteiten zijn daarbij een hoog ambitieniveau voor de groene architectuur, een werkbaar uitvoeringsmodel en het meetellen van specifieke investeringssteun voor jonge boeren in het vast te stellen minimale steunpercentage voor jonge boeren.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven