21 501-31 Raad voor de Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken

Nr. 372 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2015

Hierbij zend ik u het verslag van de informele Gezondheidsraad van 20–21 april te Riga (Letland).

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

Verslag informele EU bijeenkomst van Ministers van volksgezondheid van 20–21 april te Riga

Op 20 en 21 april 2015 vond in Riga (Letland) de informele Raad voor Werkgelegenheid en Sociaal beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken plaats. Voor het volksgezondheidsgedeelte stonden er twee onderwerpen op de agenda: «towards a new framework for the EU alcohol policy» en «the challenges of nutrition policy in the EU». En marge van de bijeenkomst kwamen België en Nederland overeen meer te gaan samenwerken op het terrein van de inkoop van geneesmiddelen.

Towards a new framework for the EU alcohol policy

Het Letse voorzitterschap pleit voor een nieuw raamwerk voor Europees alcoholbeleid en nodigt de lidstaten uit om van gedachten te wisselen over de manier waarop een nieuw raamwerk voor Europees alcoholbeleid vormgegeven zou kunnen worden.

Een groot aantal lidstaten participeert in de gedachtewisseling en spreken zich allen uit als voorstander van een eventuele nieuwe EU alcoholstrategie. Wel wordt de Commissie opgeroepen om de nationale bevoegdheid van de lidstaten op het terrein van alcoholbeleid in acht te nemen en wordt benadrukt dat de strategie geen verplichtend karakter dient te krijgen. Wel zou de Commissie een rol kunnen spelen in de ondersteuning van uitwisseling van goede voorbeelden over de grensoverschrijdende aspecten van alcoholbeleid (onder andere internetverkoop van alcohol, marketing en de naleving van de regelgeving).

The challenges of nutrition policy in the EU

Het Letse voorzitterschap gaat in op de grote gevolgen die niet-overdraagbare ziekten als diabetes, obesitas, hart- en vaatziekten hebben voor mensen en gezondheidsstelsels en de rol die goede voeding van jongs af aan speelt in het voorkomen van deze ziekten. In de gedachtewisseling ligt de nadruk op transvetten, suikers en voedseladditieven.

Een groot aantal lidstaten merkt op dat goede voeding een positief effect kan hebben op herstel bij verschillende ziekten. Ook vindt men het wenselijk om de inname van transvetten en suikers te reduceren. De meeste lidstaten verwelkomen dan ook het aangekondigde rapport van de Commissie inzake transvetten, maar willen pas praten over de aanpak nadat het rapport gepresenteerd is. Tot dit rapport er is, zijn de nationale benaderingen voldoende. Tevens vinden de meeste lidstaten het wenselijk dat er nagedacht wordt over een vrijwillig EU-framework voor suiker.

Op het vlak van voedseladditieven vinden veel lidstaten Europees onderzoek naar de effecten van cumulatie en van interactie tussen stoffen relevant maar zien daar vooral een rol weggelegd voor de Europese Voedselautoriteit (EFSA).

Nederland geeft aan, met het oog op gezonde voeding, beleid over productsamenstelling op EU-niveau noodzakelijk te vinden vanwege het grensoverschrijdende aspect en de impact op de interne markt.

Nederland is dan ook voorstander van het op Europees niveau afspreken van maximale hoeveelheden voor transvetten in levensmiddelen. Ook voor zout, suiker en verzadigde vetten moeten op termijn normen worden afgesproken. Nederland constateert veel steun bij andere lidstaten om producten te verbeteren wat betreft gehaltes aan zout, verzadigd vet, suiker en calorieën en benoemt dat dit thema een prioriteit is tijdens het Nederlandse voorzitterschap in 2016. Nederland is daarbij van mening dat Publiek Private Partnerships hierbij van groot belang zijn. Om een grote verandering te bewerkstelligen om aandoeningen als obesitas, diabetes en hart- en vaatziekten succesvol tegen te gaan, is samenwerking nodig; hier kan niet alleen de overheid een grote rol in spelen.

Daarnaast staat Nederland positief tegenover aanvullend onderzoek naar gecumuleerde effecten van voedseladditieven, met de kanttekening dat EFSA de autoriteit is voor de risk assessments evenals de adviseur voor het vaststellen van maximaal toegestane hoeveelheden.

Samenwerking Nederland en België voor goedkopere medicijnen

En marge van de bijeenkomst hebben Nederland en België verklaard te gaan samenwerken rond de onderhandelingen met farmaceutische bedrijven over de prijzen van dure geneesmiddelen. Het doel daarvan is om in het belang van de patiënt de prijzen van geneesmiddelen omlaag te krijgen. Tot nu toe onderhandelden Nederland en België afzonderlijk over de prijs van geneesmiddelen. Nu wordt onderzocht hoe samenwerking kan leiden tot lagere prijzen in beide landen zonder dat het ten koste gaat van de kwaliteit. In 2016 wordt een pilot gestart waarin beide landen gezamenlijk gaan onderhandelen over een duur geneesmiddel, waarna het project geëvalueerd zal worden. Naast gezamenlijk optrekken rond prijsonderhandelingen, wordt ook onderzocht hoe breder kan worden samengewerkt, bijvoorbeeld als het gaat om gegevensuitwisseling, de opzet van registers en het afstemmen van evaluatiemethodes.

Naar boven